EUROPESE COMMISSIE
Brussel, 20.7.2021
SWD(2021) 703 final
WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE
Verslag over de rechtsstaat 2021
Landenhoofdstuk over Bulgarije
bij het document
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S
Verslag over de rechtsstaat 2021
Situatie op het gebied van de rechtsstaat in de Europese Unie
{COM(2021) 700 final} - {SWD(2021) 701 final} - {SWD(2021) 702 final} - {SWD(2021) 704 final} - {SWD(2021) 705 final} - {SWD(2021) 706 final} - {SWD(2021) 707 final} - {SWD(2021) 708 final} - {SWD(2021) 709 final} - {SWD(2021) 710 final} - {SWD(2021) 711 final} - {SWD(2021) 712 final} - {SWD(2021) 713 final} - {SWD(2021) 714 final} - {SWD(2021) 715 final} - {SWD(2021) 716 final} - {SWD(2021) 717 final} - {SWD(2021) 718 final} - {SWD(2021) 719 final} - {SWD(2021) 720 final} - {SWD(2021) 721 final} - {SWD(2021) 722 final} - {SWD(2021) 723 final} - {SWD(2021) 724 final} - {SWD(2021) 725 final} - {SWD(2021) 726 final} - {SWD(2021) 727 final}
Samenvatting
De hervormingen in Bulgarije op gebieden zoals justitie en corruptie werden eerst door de Commissie gevolgd in het kader van het mechanisme voor samenwerking en toetsing en worden momenteel gevolgd in het kader van het rechtsstaatmechanisme. Naar aanleiding van het verslag over de rechtsstaat 2020 hebben de Bulgaarse autoriteiten een speciaal actieplan vastgesteld dat betrekking heeft op kwesties in alle vier de pijlers.
De hervorming van het justitiële stelsel in Bulgarije is een geleidelijk proces met belangrijke gevolgen voor de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht en het vertrouwen van de bevolking, maar er is nog steeds sprake van uitdagingen. Een nieuwe wet inzake de procureur-generaal en diens adjuncten is in werking getreden. Inmiddels is tegen deze wet beroep aangetekend bij het grondwettelijk hof, dat de wet ongrondwettelijk verklaarde. Als gevolg hiervan blijft het probleem met betrekking tot de verantwoording en strafrechtelijke aansprakelijkheid van de procureur-generaal bestaan. Ook zorgen in verband met de samenstelling en werking van de hoge justitiële raad zijn nog niet weggenomen. In een ontwerp van een nieuwe grondwet werd een hervorming ten aanzien van deze kwestie voorgesteld, maar uiteindelijk niet goedgekeurd. De inspecteur-generaal en de inspecteurs van de inspectiedienst van de hoge justitiële raad zetten hun werkzaamheden voort, ondanks het feit dat hun mandaat in april 2020 verstreek. De promotieregeling binnen justitie stemt tot bezorgdheid, aangezien de benoeming van rechters in hogere functies niet heeft plaatsgevonden via de gewone procedure van een vergelijkend examen. Ondanks wetgevende inspanningen blijft de digitalisering van justitie in de praktijk nog steeds achter. Er is aanzienlijke vooruitgang geboekt met de efficiëntie van het administratieve rechtsstelsel.
De uitvoering van de institutionele hervormingen met betrekking tot corruptiebestrijding is geconsolideerd. De nieuwe strategie voor corruptiebestrijding voor de periode 2021-2027 is goedgekeurd en heeft een nieuwe reeks prioriteiten, dat wil zeggen het versterken van de capaciteiten om corruptie te bestrijden, het uitbreiden van de verantwoordingsplicht van lokale autoriteiten en het creëren van een omgeving voor de strijd tegen corruptie waarin een snelle respons mogelijk is. Met betrekking tot de doeltreffendheid van de maatregelen in verband met de integriteit van het openbaar bestuur, lobbyactiviteiten en de bescherming van klokkenluiders, waarvoor geen speciale regelgeving bestaat, blijven aanzienlijke uitdagingen bestaan. Ondanks de uitbreiding van de onderzoeksactiviteiten en de versterking van de middelen, blijft het aantal definitieve veroordelingen in ophefmakende corruptiezaken laag en moet in dit verband nog steeds een solide staat van dienst worden opgebouwd.
Wat betreft mediapluriformiteit is het Bulgaarse rechtskader gebaseerd op een reeks constitutionele waarborgen en wetgevende maatregelen. Nieuwe wetgeving is goedgekeurd om de richtlijn audiovisuele mediadiensten om te zetten, die erop gericht is de onafhankelijkheid van de regulerende instantie voor de media, de raad voor elektronische media, te versterken. Het gebrek aan transparantie op het gebied van media-eigendom is nog steeds een bron van zorg. De werkomgeving en de veiligheid van journalisten lijken niet te zijn verbeterd. De COVID-19-pandemie heeft gevolgen gehad voor de mediapluriformiteit en de bescherming van journalisten in economische termen, met name wat betreft de regionale journalistiek, maar er zijn geen specifieke steunmaatregelen vastgesteld.
Wat de controles en waarborgen betreft, blijft het beperkte gebruik van effectbeoordelingen en openbare raadplegingen in het wetgevingsproces een punt van zorg, met name in verband met wetsontwerpen die door het parlement worden voorgesteld. Vergelijkbare zorgen blijven bestaan in verband met de praktijk van het invoeren van belangrijke veranderingen door middel van amendementen op andere ongerelateerde wetgevingshandelingen, waarbij de vereisten met betrekking tot openbare raadpleging en effectbeoordeling worden omzeild. De noodregeling in verband met de COVID-19-pandemie is nog steeds van kracht. De middelen van de nationale mensenrechteninstellingen zijn verhoogd. Er is afgezien van het ontwerp van de wet inzake buitenlandse financiering voor niet-gouvernementele organisaties, maar de ruimte voor het maatschappelijk middenveld in het land blijft beperkt.
Bij de toetreding van Bulgarije tot de Europese Unie in 2007 is het mechanisme voor samenwerking en toetsing ingesteld als een overgangsmaatregel om Bulgarije te helpen bij zijn voortdurende inspanningen om zijn justitiële stelsel te hervormen en de strijd tegen corruptie en de georganiseerde misdaad op te voeren
. Overeenkomstig de beschikking tot vaststelling van het mechanisme en zoals benadrukt door de Raad, houdt het mechanisme op te bestaan wanneer aan alle ijkpunten voor Bulgarije is voldaan
. Volgens het recentste verslag over het mechanisme voor samenwerking en toetsing, dat in oktober 2019 is goedgekeurd, heeft Bulgarije verdere toezeggingen gedaan en was de Commissie van oordeel dat Bulgarije in het kader van het mechanisme voldoende vooruitgang had geboekt om de toezeggingen die het land bij zijn toetreding tot de Unie heeft gedaan, na te komen. De Commissie onderstreepte eveneens dat Bulgarije consequent zal moeten blijven werken aan de omzetting van de in het verslag gespecificeerde verbintenissen in concrete wetgeving en aan de verdere uitvoering ervan. Bij een besluit in verband met de stopzetting van het mechanisme voor samenwerking en toetsing zal naar behoren rekening worden gehouden met de door de Raad en het Europees Parlement ingenomen standpunten
.
I.Justitieel stelsel
Het justitiële stelsel van de Republiek Bulgarije
omvat in totaal 182 gewone en gespecialiseerde rechtbanken. De gewone rechtbanken behandelen zaken in drie instanties. Dit stelsel omvat 113 districtsrechtbanken, 28 regionale rechtbanken en 5 hoven van beroep. De gespecialiseerde rechtbanken omvatten militaire rechtbanken, strafrechtbanken en administratieve rechtbanken. Het hof van cassatie is de rechtbank van laatste aanleg in zaken die reeds door gewone, militaire en gespecialiseerde strafrechtbanken zijn behandeld, terwijl voor bestuursrechtelijke zaken het administratief hooggerechtshof de rechtbank van laatste aanleg is. Ook het Openbaar Ministerie behoort tot het justitieel apparaat, wat niet het geval is voor het grondwettelijk hof van Bulgarije
. Het Openbaar Ministerie heeft een uniforme structuur en staat onder leiding van de procureur-generaal. Bulgarije neemt deel aan het Europees Openbaar Ministerie. De hoge justitiële raad is de hoogste administratieve autoriteit binnen het Bulgaarse rechtswezen. Deze raad is verantwoordelijk voor het bestuur van het rechtswezen en moet de onafhankelijkheid ervan waarborgen. Rechters, aanklagers en onderzoekers
worden benoemd, gepromoveerd, overgeplaatst en ontslagen door hun respectieve kamer (de gerechtelijke kamer of de kamer voor rechtsvervolging) van de hoge justitiële raad. De hoge raad van toezicht van de orde van advocaten is een bij wet ingesteld onafhankelijk en zelfstandig orgaan
.
Onafhankelijkheid
De mate waarin de rechterlijke macht in Bulgarije door het publiek als onafhankelijk wordt gezien, is nog steeds laag, is bij bedrijven gemiddeld en is licht gedaald ten opzichte van 2020. Slechts 31 % van het publiek is van mening dat de onafhankelijkheid “redelijk goed of zeer goed” is. Bedrijven achten de mate van onafhankelijkheid nog steeds “gemiddeld”, waarbij 43 % de onafhankelijkheid “redelijk goed of zeer goed” noemt
. Onder het publiek is de mate waarin de rechterlijke macht als onafhankelijk wordt gezien de afgelopen vijf jaar consistent laag gebleven. De mate waarin bedrijven de rechterlijke macht als onafhankelijk zagen, was tot 2019 zeer laag en is sindsdien gemiddeld, ondanks lichte schommelingen.
De nieuwe wet inzake de verantwoording en strafrechtelijke aansprakelijkheid van de procureur-generaal en diens adjuncten is ongrondwettelijk verklaard en er blijven uitdagingen bestaan. De onmogelijkheid om een strafrechtelijk onderzoek in te stellen tegen de procureur-generaal en diens adjuncten is een slepende kwestie die niet alleen door de Europese Commissie
, maar ook door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens
en de Raad van Europa
reeds aan de orde is gesteld. De combinatie van de bevoegdheden van de procureur-generaal en diens plaats in de hoge justitiële raad leidt ertoe dat hij of zij een aanzienlijke invloed heeft binnen het Openbaar Ministerie, evenals mogelijkerwijs in de hoge justitiële raad (zowel in de raad voor rechtsvervolging als in de plenaire vergadering) en binnen de magistratuur. Op 29 januari 2021 keurde het parlement een wet goed inzake de uitvoering van het Kolevi-arrest van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, waarin een nieuw kader werd vastgesteld voor onderzoeken tegen de procureur-generaal en/of diens adjuncten. Binnen het nieuwe mechanisme kreeg een speciale aanklager de opdracht onderzoeken tegen een procureur-generaal en/of diens adjuncten uit te voeren. Een weigering van de speciale aanklager om een onderzoek te starten zou in eerste aanleg kunnen worden getoetst voor de gespecialiseerde strafrechtbank. Naar aanleiding van enkele van de suggesties van de Raad van Europa werd in de nieuwe wet bepaald dat de speciale aanklager zou worden benoemd door de plenaire vergadering van de hoge justitiële raad, in plaats van door de kamer voor rechtsvervolging van die hoge raad. Op 10 februari 2021 betwistte de president van de republiek de grondwettelijkheid van de nieuwe wet voor het grondwettelijk hof. Naar aanleiding hiervan besloot de plenaire vergadering van de hoge justitiële raad de selectieprocedure voor de speciale aanklager op te schorten in afwachting van de beslissing van het grondwettelijk hof. Op 11 mei 2021 deed het grondwettelijk hof uitspraak, waarbij het verklaarde dat de bepalingen die door de president van de republiek werden betwist ongrondwettelijk waren en dat het volledige mechanisme bijgevolg ongrondwettelijk was. Op 23 februari 2021 verzochten de Bulgaarse autoriteiten bovendien, naar aanleiding van een aanbeveling van de Commissie, om een nieuw advies van de Commissie van Venetië over deze wet. Vanwege de uitspraak van het grondwettelijk hof zal het verwachte advies echter niet worden afgegeven. De Raad van Europa heeft een aantal andere problemen in verband met deze wet geconstateerd. Deze problemen vloeien voort uit de bovengenoemde grote invloed van de procureur-generaal, die ertoe kan leiden dat deze de controle heeft over de kandidaturen voor de functie van speciale aanklager en diens benoeming. Op 11 maart 2021 benadrukte het Comité van Ministers van de Raad van Europa dat het beperken van de invloed van de procureur-generaal binnen het Openbaar Ministerie, diens eventuele potentiële invloed in de hoge justitiële raad en binnen de magistratuur, van belang is om de uitvoering van een doeltreffend onderzoeksmechanisme mogelijk te maken, onder meer door de rechterlijke toetsing uit te breiden tot alle weigeringen van aanklagers om een onderzoek te starten.
Het ontbreken van een rechterlijke toetsing van een beslissing van een aanklager om geen onderzoek in te stellen, stemt tot bezorgdheid. Op 11 maart 2021 herhaalde het Comité van Ministers van de Raad van Europa zijn aanbeveling met betrekking tot de invoering van een rechterlijke toetsing voor weigeringen van aanklagers om een onderzoek in te stellen, samen met regelingen om een buitensporige werklast voor rechtbanken en aanklagers te vermijden. Deze aanbeveling werd gedaan in de context van het mechanisme voor versterkt toezicht van de Raad van Europa, dat in werking werd gesteld naar aanleiding van de uitspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens waarin de ondoeltreffendheid van strafrechtelijke onderzoeken als een structureel probleem werd aangemerkt.
De zorgen in verband met de samenstelling en de werking van de hoge justitiële raad zijn nog niet weggenomen. De situatie waarin de meerderheid van de rechters nog steeds niet door collega-rechters wordt gekozen, is onveranderd gebleven
. Bovendien speelt de procureur-generaal, zoals uitgelegd in de voorgaande paragrafen, nog steeds een doorslaggevende rol in de kamer voor rechtsvervolging
en heeft hij nog steeds een aanzienlijke invloed op de plenaire vergadering
en mogelijk ook op de gerechtelijke kamer
, aangezien leken die door het parlement worden gekozen voor de gerechtelijke kamer ook afkomstig kunnen zijn uit de gelederen van de aanklagers
. Uit het stemmen in de praktijk blijkt dat de door collega’s gekozen rechters in de hoge justitiële raad een beperkte invloed hebben op de besluitvorming en dat de procureur-generaal mogelijk invloed uitoefent op de hoge justitiële raad. Niettegenstaande de vooruitgang die door middel van eerdere hervormingen is geboekt, wordt de toestand van de hoge justitiële raad door de Raad van Europa
en diverse belanghebbenden
nog steeds aangemerkt als een bron van zorg. Hoewel hervormingen hebben geleid tot een evenwichtigere samenstelling van de hoge justitiële raad
, blijft de betrokkenheid van aanklagers en met name de procureur-generaal bij het beheer van rechters aanleiding geven tot zorgen
. De pogingen om in de grondwet de samenstelling van de hoge justitiële raad te wijzigen, met amendementen die in september 2020 werden ingediend, waren deels bedoeld om deze zorgen uit de weg te ruimen. Een aanpak van het probleem met betrekking tot de samenstelling van de hoge justitiële raad is dringender geworden omdat het bestaande systeem gevolgen zou hebben voor de toekomstige verkiezingen van de leden van de hoge justitiële raad, van wie het huidige mandaat binnenkort afloopt, alsook voor andere belangrijke functies binnen de rechterlijke macht. Een positieve ontwikkeling in verband met de werking van de hoge justitiële raad was de invoering van een onlineregister van standpunten die deze raad, met inbegrip van zijn plenaire vergadering en de twee kamers, heeft ingenomen tegen bedreigingen van de rechterlijke onafhankelijkheid. Het register bevat echter slechts zaken waarin de hoge justitiële raad of andere gerechtelijke organen een standpunt hebben ingenomen en niet alle gevallen waarin een aanval is gedaan op de rechterlijke onafhankelijkheid, wat sommige belanghebbenden ontoereikend achten. Daarnaast hebben belanghebbenden ook gewezen op zaken waarin sommige standpunten van de hoge justitiële raad worden gekenmerkt als strijdig met standpunten van de leden van de rechterlijke macht zelf.
Het actieplan dat werd aangenomen om bepaalde uitdagingen aan te pakken waarop in het verslag over de rechtsstaat 2020 werd gewezen, heeft onder meer betrekking op hervormingen van het justitiële stelsel. Op 6 november 2020 maakte de regering een actieplan bekend om de hervormingen met betrekking tot de verantwoordingsplicht en strafrechtelijke aansprakelijkheid van de procureur-generaal te voltooien, de werking en samenstelling van de inspectiedienst van de hoge justitiële raad te verbeteren, de criteria die een aanvullende vergoeding voor magistraten toestaan te herzien en de uitdagingen in verband met de rechterlijke onafhankelijkheid aan te pakken.
Er is een werkgroep opgericht die zich bezighoudt met een mogelijke hervorming van de samenstelling en werking van de inspectiedienst van de hoge justitiële raad. Als onderdeel van het bovengenoemde actieplan van de regering richtte de minister van Justitie in december 2020 een werkgroep op die de opdracht heeft wetswijzigingen op te stellen om de problemen in verband met de inspectiedienst aan te pakken die in het verslag over de rechtsstaat 2020 en door de Commissie van Venetië
als punten van zorg werden aangemerkt. Momenteel controleert de inspectiedienst de werkzaamheden van de rechterlijke macht, verifieert hij de integriteit en eventuele belangenconflicten van magistraten en doet hij voorstellen aan de hoge justitiële raad betreffende het inleiden van tuchtprocedures tegen magistraten. De inspectiedienst bestaat uit een inspecteur-generaal en tien inspecteurs, die onafhankelijk zijn en door de nationale vergadering worden gekozen
. Het mandaat van de werkgroep omvat een evaluatie van integriteitscontroles, de tuchtrechtelijke aansprakelijkheid van magistraten, het creëren van een deontologisch preventiesysteem, eigendoms- en belangenverklaringen en het formaliseren van de huidige praktijk waarbij het parlement de inspecteur-generaal en de inspecteurs kan benoemen uit personen die worden genomineerd door de plenaire vergaderingen van de hogere rechtbanken en beroepsorganisaties. Er is echter geen specifiek tijdschema voor de afronding van de wijzigingen en de bezorgdheid omtrent de rechterlijke onafhankelijkheid en de uitoefening van druk op rechters, zoals aan de orde gesteld in het verslag over de rechtsstaat 2020 en door de Commissie van Venetië, blijft bestaan. De inspecteur-generaal en de inspecteurs werken nog steeds op basis van een verstreken mandaat
, krachtens het continuïteitsbeginsel
. Ook andere instellingen bevinden zich in deze situatie: vijf andere onafhankelijke en toezichthoudende autoriteiten werken op basis van een verstreken mandaat. In andere gevallen hebben wijzigingen van de regels inzake de verkiezing en het mandaat de automatische herverkiezing van de huidige directeurs mogelijk gemaakt.
De promotieregeling voor magistraten stemt nog steeds tot bezorgdheid. Magistraten krijgen normaal gesproken een promotie nadat zij zijn geslaagd voor een vergelijkend examen. In de praktijk is echter al meer dan drie jaar geen vergelijkend examen voor de promotie van rechters afgerond. Naast het normale promotieproces door middel van een vergelijkend examen krijgen leken die lid zijn van de hoge justitiële raad na het einde van hun mandaat een promotie. De plenaire vergadering van het hof van cassatie heeft de grondwettelijkheid van de nieuwe wet betwist voor het grondwettelijk hof
, omdat zij van mening was dat deze een automatische promotie inhield. Op 11 mei 2021 oordeelde het grondwettelijk hof dat de wet die voorziet in de promotie van leken die lid zijn van de hoge justitiële raad aan het einde van hun mandaat grondwettelijk is, omdat de hoge justitiële raad nog steeds betrokken is bij de beslissing. Belanghebbenden hebben het gebrek aan regelmatige vergelijkende examens voor promotie en het promotiemechanisme voor de leden van de hoge justitiële raad bekritiseerd. Omdat er geen sprake is van regelmatige vergelijkende examens, vinden steeds meer detacheringen plaats. Belanghebbenden meldden met name dat het aantal gedetacheerde rechters sinds 2017 toeneemt, evenals het aantal langetermijndetacheringen (met instemming), soms voor 90-100 maanden of langer, teneinde de hogere functies in te vullen. In de Europese normen wordt benadrukt dat promotie moet plaatsvinden op basis van verdienste en dat detachering met instemming en op tijdelijke basis moet plaatsvinden en alleen in buitengewone omstandigheden. De situatie waarin geen regelmatige op verdienste gebaseerde promoties plaatsvinden, kan gevolgen hebben voor de onafhankelijkheid van rechters. Er zijn ook zorgen geuit in verband met de beoogde hervorming van de gerechtelijke kaart, waarbij rechters van districtsrechtbanken, die deel zouden gaan uitmaken van regionale rechtbanken, automatisch een promotie zouden krijgen.Omdat de besprekingen zich nog in een vroeg stadium bevinden, is een brede raadpleging over de hervorming van de gerechtelijke kaart mogelijk. Bovendien is het belangrijk dat een hervorming van de gerechtelijke kaart wordt gebaseerd op een grondige beoordeling van de waarschijnlijke effecten hiervan en dat hierbij de rechterlijke onafhankelijkheid en de toegang tot de rechter in stand worden gehouden.
De hoge justitiële raad past momenteel de criteria voor beslissingen over aanvullende bezoldigingen aan. Er werden twee werkgroepen opgericht om de punten van zorg aan te pakken die de Raad van Europa heeft geuit met betrekking tot de ruime discretionaire bevoegdheden van de voorzitters van rechtbanken in verband met de toekenning van aanvullende bezoldigingen aan magistraten . De ontwerpregels werden in maart 2020 opgesteld, maar zijn nog niet besproken in de plenaire vergadering van de hoge justitiële raad noch openbaar gemaakt. Het is daarom te vroeg om te beoordelen of de vastgestelde problemen zijn aangepakt in het licht van de aanbevelingen van de Raad van Europa. Het is van belang dat bij eventuele wijzigingen rekening wordt gehouden met die aanbevelingen.
Het onlineregister voor het lidmaatschap van magistraten van beroepsorganisaties is verwijderd. De verplichting voor magistraten om hun lidmaatschap van beroepsorganisaties te melden
, werd in 2020 ingetrokken. Op het moment dat het verslag over de rechtsstaat 2020 werd gepubliceerd, was de onlinedatabank van magistraten die lid waren van beroepsorganisaties nog steeds beschikbaar op de website van de hoge justitiële raad. De autoriteiten hebben dit punt van zorg ondertussen aangepakt en het register is sinds 14 januari 2021 niet langer online beschikbaar.
Kwaliteit
De gerechtskosten zijn verlaagd voor online ingediende vorderingen. Het wetboek van burgerlijke rechtsvordering is gewijzigd om het te betalen bedrag voor elektronisch ingediende verzoeken om bijstand en bescherming met 15 % te verlagen. De maatregel is echter nog steeds te beperkt om de gerechtskosten voor het inleiden van procedures aanzienlijk te verlagen
, omdat deze slechts elektronisch ingediende dossiers en niet alle zaken betreft. Deze maatregel heeft bovendien geen betrekking op de drempel voor rechtsbijstand en voorziet niet in een vrijstelling van de betaling van gerechtskosten voor begunstigden van rechtsbijstand
. De effecten van de hervorming worden bovendien beperkt door het gebrek aan digitalisering. Daarnaast heeft het Comité voor de uitbanning van discriminatie van vrouwen van de VN specifieke zorgen geuit met betrekking tot de beperkte toegang tot de rechter voor vrouwen en meisjes.
Er werden wijzigingen geïntroduceerd om het gebruik van videoconferenties in burgerlijke, administratieve en strafrechtelijke procedures mogelijk te maken. Op 17 december 2020 werden wijzigingen van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering, het wetboek van administratieve rechtspraak en het wetboek van strafvordering goedgekeurd. Deze maken het gebruik van videoconferenties in burgerlijke en administratieve procedures mogelijk, evenals het gebruik van videoconferenties voor het verzamelen van bewijsmateriaal in strafrechtelijke procedures. Het systeem lijkt in de praktijk echter nog niet te zijn uitgevoerd. Verdere verbeteringen zijn aangekondigd door middel van twee projecten in het kader van het nationaal herstel- en veerkrachtplan van Bulgarije. Ondanks deze hervormingen en plannen is het momenteel voor personeel van rechtbanken en rechters niet mogelijk om veilig op afstand te werken en is een beveiligde elektronische communicatie slechts beschikbaar voor de communicatie tussen rechtbanken, maar niet met andere juristen. Hoewel het mogelijk is om elektronische bestanden voor lopende en afgesloten zaken te raadplegen en online informatie te ontvangen over gerechtskosten, is het nog steeds niet mogelijk om online een procedure in te leiden, online rechtsbijstand aan te vragen en officiële gerechtelijke stukken elektronisch te betekenen
. Het door het Europees Sociaal Fonds gefinancierde project voor de ontwikkeling van een model tot optimalisering van de gerechtelijke kaart van de Bulgaarse rechtbanken en openbare ministeries en van een uniform informatiesysteem voor de rechtbanken (2016-2020) beslaat in totaal zeven activiteiten, waarvan er twee specifiek verband houden met de digitalisering en e-justitie. Er zijn zorgen geuit met betrekking tot de uitvoering van het uniforme informatiesysteem voor de rechtbanken (UCIS) bij gebrek aan een volledig digitaliseringsproces
. Door de COVID-19-pandemie zijn de tekortkomingen van het justitiële stelsel van het land op het gebied van de digitalisering van justitie duidelijk geworden. Tijdens de noodtoestand
werd de behandeling van rechtszaken gedurende één maand opgeschort, met uitzondering van dringende zaken
. Toen de noodtoestand op 13 maart 2020 werd afgekondigd door de ministerraad keurde de gerechtelijke kamer van de hoge justitiële raad een nieuwe organisatie van werkzaamheden in rechtbanken goed om besmetting te beperken. Hoorzittingen op afstand zijn echter in zeer weinig zaken georganiseerd op initiatief van specifieke rechtbanken en werken op afstand was een uitzondering.
De financiële en menselijke middelen van de gespecialiseerde strafrechtbank zijn uitgebreid. Aan de gespecialiseerde strafrechtbank (eerste aanleg), die problemen had in verband met het gebrek aan menselijke of financiële middelen, zijn twee aanvullende functies voor rechters toegewezen. Dit is een positieve ontwikkeling waarmee een punt van zorg is aangepakt waarop werd gewezen in het landenhoofdstuk voor Bulgarije van het verslag over de rechtsstaat 2020. De gemelde investeringen van de regering in het justitiële stelsel zijn de afgelopen jaren toegenomen
.
De regeling die van toepassing was op advocatenkantoren is gewijzigd bij een nieuwe wet. In februari 2021 werden wijzigingen van de wet op de orde van advocaten ingevoerd, waarmee het mogelijk werd om eenpersoonsvennootschappen van advocaten op te richten en het niet langer verboden was voor advocaten om de functies van directeur en uitvoerend directeur van commerciële ondernemingen uit te oefenen. Met deze wijzigingen werd het mogelijk om meer advocatenkantoren op te richten, wat vervolgens de mededinging tussen advocaten zou versterken en een betere toegang tot rechtsbeoefenaren mogelijk zou maken.
Efficiëntie
De efficiëntie van de administratieve rechtspraak wordt steeds beter. De prestaties van de administratieve rechtbanken behoren wat betreft de duur van de procedures tot de efficiëntste in de EU. Vanwege het gebrek aan gegevens over de efficiëntie van litigieuze en niet-litigieuze civielrechtelijke en handelszaken (gerechten van eerste en tweede aanleg) is echter geen goede evaluatie van de algemene efficiëntie van het justitiële stelsel mogelijk
. Wat betreft de tijd die nodig is voor de afhandeling van zaken voor het hof van cassatie, doet Bulgarije het nog steeds goed in vergelijking met de andere lidstaten
. Bovendien worden, wat betreft de efficiëntie op specifieke gebieden van het EU-recht, zaken op het gebied van elektronische communicatie en consumentenbescherming snel afgehandeld.
II.Corruptiebestrijding
Na de uitgebreide hervormingen van 2017 en 2018 heeft Bulgarije de commissie voor de bestrijding van corruptie en de verbeurdverklaring van illegaal verkregen vermogensbestanddelen (hierna “commissie voor corruptiebestrijding” genoemd) opgericht. Deze commissie is hoofdzakelijk verantwoordelijk voor zowel de preventieve als repressieve maatregelen met betrekking tot belangrijke corruptiezaken, het bijhouden en beheren van het openbare register van vermogensverklaringen, het monitoren van en advies geven over kwesties in verband met belangenconflicten en de inbeslagname van illegaal verkregen vermogensbestanddelen. Zij voert daarnaast beoordelingen van het risico op institutionele corruptie uit om op maat gemaakte actieplannen voor de integriteit van de instellingen te ontwikkelen. De aanbevelingen die naar aanleiding van deze beoordelingen aan openbare instellingen worden gedaan, zijn bindend en over vervolgmaatregelen moet er regelmatig verslag worden uitgebracht aan de commissie voor corruptiebestrijding. De bevoegdheid voor corruptiezaken op hoog niveau is overgedragen aan de gespecialiseerde strafrechtbank en het gespecialiseerde strafgerechtshof en het onderzoek in dergelijke zaken wordt verricht onder het toezicht van het bureau van de speciale aanklager.
Deskundigen en leidinggevenden uit het bedrijfsleven zijn van mening dat het niveau van corruptie in de openbare sector nog steeds hoog is. In de corruptieperceptie-index 2020 van Transparency International scoort Bulgarije 44/100, waarmee het in de Europese Unie op de 19e plaats en wereldwijd op de 69e plaats staat. Deze perceptie is relatief stabiel gebleven
in de afgelopen vijf jaar.
De commissie voor corruptiebestrijding heeft haar organisatorische structuur verder gestroomlijnd. Zij heeft haar financiële middelen, die begin 2021 werden verhoogd, gerationaliseerd. Zij heeft daarnaast haar personeelsbestand uitgebreid, onder meer door nieuwe inspecteurs aan te werven in het directoraat dat verantwoordelijk is voor het bestrijden van corruptie. In 2020 nam de commissie voor corruptiebestrijding 6,2 miljoen EUR aan illegaal verkregen vermogensbestanddelen in beslag en werd aan dertig personen een sanctie opgelegd vanwege belangenconflicten. In vergelijking met 2019 was er sprake van een afname (van ongeveer 20 %) van het aantal verrichte inspecties en het aantal ontvangen meldingen van vermeende inbreuken in verband met corruptie.
De nieuwe strategie voor corruptiebestrijding voor de periode 2021-2027 werd in maart 2021 goedgekeurd. Hiermee wordt voortgebouwd op lessen die zijn getrokken uit de eerdere strategie, waarbij nieuwe prioriteiten zijn vastgesteld met betrekking tot sectoren met een hoog risico, waaronder het versterken van de capaciteit om corruptie te bestrijden; het uitbreiden van de verantwoordingsplicht van lokale autoriteiten en het creëren van een omgeving voor de strijd tegen corruptie waarin een snelle respons mogelijk is. De strategie bevat ook een lijst met relevante doelstellingen, prestatie-indicatoren en entiteiten die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering.
Het actieplan dat in november 2020 werd aangenomen om bepaalde uitdagingen aan te pakken waarop in het verslag over de rechtsstaat 2020 werd gewezen, heeft ook betrekking op problemen in verband met corruptie. Het actieplan is erop gericht de onderzoeken te verbeteren en de werkzaamheden van de commissie voor corruptiebestrijding te blijven versterken. Bovendien wordt, zoals aangekondigd in het actieplan, momenteel nagedacht over manieren om de efficiëntie van onderzoeken en rechtszaken te verbeteren. Op 30 maart 2021 kreeg een werkgroep de opdracht wijzigingen van het wetboek van strafrecht aan te bevelen om de efficiëntie van onderzoeken en rechtszaken te verbeteren.
Ondanks de uitbreiding van de onderzoeksactiviteiten, blijven de resultaten wat definitieve veroordelingen in corruptiezaken op hoog niveau betreft beperkt en bestaat er geen solide staat van dienst ten aanzien van definitieve veroordelingen. In 2020 sprak het hof van cassatie in totaal 33 vonnissen uit in corruptiezaken. In 19 zaken werd het oordeel bevestigd, in 8 zaken werd het besluit van de appelrechter ingetrokken en terugverwezen voor een nieuwe behandeling, in vier zaken werd het besluit van de appelrechter gewijzigd en in twee van deze zaken werd de strafrechtelijke procedure voortgezet. Op 17 december 2020 beval OLAF aan bijna 6 miljoen EUR terug te vorderen na vermeend machtsmisbruik bij een Bulgaars ministerie. Tot slot is er nog geen solide staat van dienst opgebouwd op het gebied van definitieve veroordelingen in corruptiezaken op hoog niveau.
Er is beperkt bewijs voor de doeltreffendheid van maatregelen in verband met de integriteit van het openbaar bestuur. Voor de handhaving van de gedragscode van ambtenaren
zijn institutionele tuchtcommissies binnen elke openbare dienst verantwoordelijk. De ontwikkeling van ethische normen voor het gedrag van hooggeplaatste ambtenaren (waaronder ministers en burgemeesters), systemen voor de controle van de integriteit en bijstand voor de uitvoering ervan valt onder de bevoegdheid van de commissie voor corruptiebestrijding. Ethische bepalingen voor leden van het parlement zijn vastgelegd in het reglement van orde van de nationale vergadering
. De uitvoering hiervan valt onder de verantwoordelijkheid van een commissie van de nationale vergadering. Hoewel wettelijke bepalingen zijn vastgesteld, is er geen feitelijk bewijs dat deze worden uitgevoerd of doeltreffend zijn
. Wat de leden van de rechterlijke macht betreft, is er noch bewijs dat opleidingen inzake corruptiebestrijding worden aangeboden, noch dat een adviescommissie is opgezet voor zaken die verband houden met ethische kwesties. Wat betreft de politie heeft de inspectiedienst van het ministerie van Binnenlandse Zaken in 2021 een nieuw systeem uitgerold voor video-opnames tijdens acties van veiligheidsfunctionarissen en controles langs de weg. Bewijs van inbreuken op de integriteitsregels, waaronder corruptie, dat is vergaard door middel van een instrument voor video-opnames, is gebruikt om disciplinaire maatregelen te nemen, sancties op te leggen of politieagenten van verschillende diensten te veroordelen
.
Er is voorzien in een controlesysteem voor vermogensverklaringen en belangenconflicten. In 2020 verrichtte de commissie voor corruptiebestijding 21 587 controles van vermogens- en belangenverklaringen van hooggeplaatste ambtenaren (ten opzichte van 9 900 controles in 2019), met inbegrip van controles van personen die deelnamen aan de lokale verkiezingen. De verklaringen zijn openbaar toegankelijk via het register van hooggeplaatste ambtenaren op de webpagina van de commissie voor corruptiebestrijding. Maatregelen in verband met belangenconflicten en onverenigbaarheden voor ambtenaren (die van toepassing zijn op de medewerkers van centrale en lokale overheden) zijn vastgesteld in de ambtenarenwet, de arbeidswet, de wet op het ministerie van Binnenlandse Zaken, de wet op het staatsagentschap voor nationale veiligheid, de douanewet en andere organieke wetten.
Er zijn nog steeds geen speciale regels voor lobbyactiviteiten vastgesteld. Hoewel de regulering van lobbyactiviteiten deel uitmaakt van het nationale actieplan naar aanleiding van het verslag over de rechtsstaat 2020, zijn er nog geen concrete vorderingen gemaakt.
Er bestaat geen specifieke wet voor de bescherming van klokkenluiders. De bestaande strafwetgeving die van toepassing is op getuigen voorziet echter mutatis mutandis in de bescherming van personen die misdaad, met inbegrip van corruptie, melden. Anonieme klachten zijn noch toegestaan, noch beschermd, wat betekent dat de commissie voor corruptiebestrijding de informatie die zij van onbekende personen of geheime bronnen ontvangt, niet kan gebruiken.
De autoriteiten hebben enkele maatregelen genomen om het risico op corruptie in verband met de maatregelen in het kader van de COVID-19-pandemie te beperken. Deze maatregelen hebben betrekking op sectoren met een groot risico op corruptie, zoals de gezondheidszorg en openbare aanbestedingen. Er werden dringende procedures voor openbare aanbesteding gebruikt, waarbij veel gebruik werd gemaakt van gunningsprocedures via onderhandelingen zonder bekendmaking en vereenvoudigde procedures (d.w.z. met een enkele aanbieder zonder eerder bewezen ervaring of bedrijfscapaciteit voor het specifieke contract). Als onderdeel van de beleidsbenadering voor de omgang met de COVID-19-pandemie komen vertegenwoordigers van het ministerie van Binnenlandse Zaken, het ministerie van Gezondheid en de toezichtsautoriteiten periodiek bijeen om operationele informatie uit te wisselen en te beslissen over de maatregelen die moeten worden genomen, waaronder het beperken van het risico op corruptie. Binnen het directoraat-generaal voor de bestrijding van georganiseerde criminaliteit van het ministerie van Binnenlandse Zaken is een afzonderlijke eenheid opgericht om corruptie in de gezondheidszorg te bestrijden.
III.Mediapluriformiteit en -vrijheid
Het Bulgaarse rechtskader is gebaseerd op een reeks constitutionele waarborgen en wetgevende maatregelen, zoals de radio- en televisiewet
. De wet inzake de toegang tot openbare informatie regelt de toegang tot openbare informatie en het hergebruik van overheidsinformatie. De regulerende instantie voor de media, de raad voor elektronische media (CEM) is opgericht bij en werkt in overeenstemming met de radio- en televisiewet.
Er is een nieuwe wet aangenomen om de onafhankelijkheid van de regulerende instantie voor de media — CEM — te versterken en er worden stappen genomen om haar middelen uit te breiden. In december 2020 keurde de nationale vergadering de wet tot wijziging van de radio- en televisiewet
goed om de herziene richtlijn audiovisuele mediadiensten om te zetten. Hiermee zal de onafhankelijkheid van CEM worden verbeterd, met name door ervoor te zorgen dat CEM optreedt in het openbaar belang en maatregelen neemt voor de bescherming van de vrijheid en pluriformiteit op het gebied van meningsuiting en informatie en de onafhankelijkheid van aanbieders van mediadiensten. Met de verhoging van de begroting van CEM met 574 867 EUR (1,12 miljoen BGN), waarin is voorzien in de staatsbegroting voor 2021, moeten de punten van zorg worden aangepakt die zijn geuit in het verslag over de rechtsstaat 2020 met betrekking tot het tekort aan middelen van CEM om haar taken op doeltreffende wijze uit te voeren
. Hoewel dit een positieve ontwikkeling is, heeft de regering de begroting van de regulerende instantie voor de media onlangs, in maart en april 2021, verlaagd. Bovendien is het nog de vraag of de geplande verhoging van de begroting toereikend zal zijn gezien de aanvullende taken in verband met de uitvoering van de herziene richtlijn audiovisuele mediadiensten
.
Het gebrek aan transparantie op het gebied van media-eigendom is nog steeds een bron van zorg. Ondanks de regelmatige bijwerkingen van het openbaar register van CEM van lineaire en niet-lineaire mediadiensten als bedoeld in het verslag over de rechtsstaat 2020, worden gegevens over media-eigendom nog steeds niet volledig bekendgemaakt aan het publiek. Sommige belanghebbenden zijn bezorgd dat het probleem met de transparantie van de media kan worden verergerd door de aanzienlijke concentratie van de nieuwsmedia die in 2020 plaatsvond
.
Het gebrek aan regelgeving ter waarborging van de eerlijke en transparantie toewijzing van overheidsreclame geeft nog steeds aanleiding tot zorg. Daarnaast hebben belanghebbenden erop gewezen dat de transparantie bij de toewijzing van overheidsmiddelen aan de media nog steeds problematisch is.
De politieke inmenging in de media is nog steeds een nijpend probleem. Het ontbreken van wetgeving die voorkomt dat politici en partijen media bezitten, lijkt een belangrijke factor te zijn en in de sectoren televisie en kranten werd in dit opzicht een hoger risico geregistreerd. De autoriteiten hebben een actieplan gepresenteerd waarin dit probleem is opgenomen als een van de prioriteiten voor het Bulgaarse programma voor nationale ontwikkeling 2030. Er zijn echter nog geen concrete maatregelen vastgesteld.
De COVID-19-pandemie heeft negatieve gevolgen gehad voor de pluriformiteit van de media en er zijn geen maatregelen genomen om de mediasector rechtstreeks te steunen. De pandemie heeft de pluriformiteit van de media en de bescherming van journalisten met name in economische termen aangetast, als gevolg van loonsverlagingen en uitgestelde betalingen, wat een ernstige impact had op de regionale journalistiek, zoals opgemerkt door belanghebbenden
. Naar verluidt zijn enkele van de kleinere en regionale media failliet gegaan als gevolg van de pandemie.
De werkomgeving en veiligheid van journalisten geven nog steeds aanleiding tot bezorgdheid
. Toegang tot openbare informatie blijft lastig en journalisten hebben nog steeds te maken met politieke druk en zelfcensuur
. Sinds het vorige verslag zijn zes nieuwe waarschuwingen van aanvallen op en intimidatie van journalisten geregistreerd op het platform van de Raad van Europa ter bevordering van de bescherming van de journalistiek en de veiligheid van journalisten. Een van deze waarschuwingen betrof de zaak van een journalist die door de politie zou zijn geslagen en 24 uur zou zijn vastgehouden, die het Openbaar Ministerie niet wilde onderzoeken. De overige waarschuwingen hadden betrekking op aanvallen op en intimidatie van journalisten en andere actoren uit de media, evenals rechtszaken op verkeerde gronden. De COVID-19-pandemie heeft bovendien geleid tot de opschorting van de werkzaamheden aan het stappenplan, dat in maart 2020 door Reporters without Borders aan de Bulgaarse autoriteiten werd gestuurd, om de zorgen omtrent de persvrijheid in Bulgarije aan te pakken, waaronder aspecten zoals de veiligheid van journalisten, de toegang tot informatie, de toewijzing van overheidsreclames en de financiering van de media.
IV.Andere institutionele kwesties in verband met controles en waarborgen
Bulgarije is een representatieve democratische republiek met een rechtstreeks verkozen president, een parlementair eenkamerstelsel en een grondwettelijk hof dat met de grondwettigheidstoetsing van wetten is belast. De uiteindelijke beslissingsbevoegdheid voor het aannemen van wetten berust bij de nationale vergadering
. Bulgarije heeft twee nationale mensenrechteninstellingen. De eerste, de ombudsdienst, is een onafhankelijk grondwettelijk orgaan waarvan de leden door de nationale vergadering worden gekozen en dat tot taak heeft de mensenrechten en de fundamentele vrijheden te bevorderen en te beschermen. De tweede is de commissie ter bescherming tegen discriminatie, een orgaan dat beleidsmaatregelen op het gebied van gendergelijkheid en non-discriminatie toepast.
Het opzetten van een post-monitoringmechanisme moet nog worden afgerond. Zoals meegedeeld in het verslag met betrekking tot het mechanisme voor samenwerking en toetsing van oktober 2019
en herhaald in het verslag over de rechtsstaat 2020, heeft de Bulgaarse regering besloten een aanvullend, uitgebreider mechanisme in te stellen voor binnenlandse monitoring in een coördinatie- en samenwerkingsraad (hierna “raad voor post-monitoring” genoemd). Deze raad moet de vooruitgang van Bulgarije op het gebied van de hervorming van het justitiële stelsel en de bestrijding van corruptie en de georganiseerde criminaliteit op een onafhankelijke, transparante en objectieve manier beoordelen
. De activiteiten van de raad zouden beginnen zodra het mechanisme voor samenwerking en toetsing formeel zou worden beëindigd. De oprichting van de burgerraad — een orgaan binnen de coördinatie- en samenwerkingsraad met leden van het maatschappelijk middenveld, waarvoor een selectieprocedure was gestart — is echter opgeschort in afwachting van het besluit van het administratief hooggerechtshof in verband met een beroep dat in verband met de kwestie is ingediend.
Het actieplan dat werd aangenomen in antwoord op het verslag over de rechtsstaat 2020 bevat maatregelen die erop gericht zijn enkele vastgestelde problemen met betrekking tot controles en waarborgen aan te pakken. Dit omvat stappen om de middelen voor de nationale mensenrechteninstellingen te verhogen en het besluitvormingsproces te verbeteren. Voor het laatste werden twee initiatieven gepland: het opstellen van richtsnoeren voor effectbeoordelingen achteraf en het uitvoeren van effectbeoordelingen achteraf van belangrijke wetten.
In een recente studie wordt bevestigd dat beperkt gebruik wordt gemaakt van openbare raadplegingen en effectbeoordelingen, met name voor wetgeving die door leden van het parlement wordt voorgesteld. In een studie die werd verricht door het nationaal centrum voor parlementair onderzoek, dat deel uitmaakt van de nationale vergadering, werden de wetgevingsactiviteiten van de nationale vergadering in de periode van april 2017 tot en met maart 2021 onderzocht. De belangrijkste bevindingen bevestigen het toegenomen aantal wetsontwerpen dat door de leden van het parlement wordt voorgesteld, zonder verplichte raadpleging van belanghebbenden, effectbeoordeling en controle van de verenigbaarheid met de EU-wetgeving zoals voor ontwerpwetgeving die door de regering wordt voorgesteld. De autoriteiten hebben zich ertoe verbonden zich te houden aan de onlangs versterkte regels
en de praktijk voort te zetten waarbij de regering wetsontwerpen bij het parlement indient met een volledige of gedeeltelijke effectbeoordeling
. Deze inspanningen om de kwaliteit van effectbeoordelingen en openbare raadplegingen te verbeteren, hebben echter geen betrekking op de wetsontwerpen die door de leden van het parlement worden voorgesteld. Bovendien zijn wetgevende maatregelen slechts bij een beperkt aantal wetsontwerpen gebaseerd op wetenschappelijke kennis, ondanks het feit dat het opstellen van een effectbeoordeling sinds 2016 een verplichte stap in het wetgevingsproces is. Om dit probleem aan te pakken, hebben de autoriteiten zich ertoe verbonden effectbeoordelingen achteraf uit te voeren van belangrijke wetgeving, waarvoor op 3 december 2020 richtsnoeren werden vastgesteld door de ministerraad. Openbare raadplegingen en de feedback van belanghebbenden vormen bovendien een integraal onderdeel van het proces. Voor de meeste voorgestelde wetsontwerpen geldt echter dat geen informatie beschikbaar is over openbare raadplegingen of discussies die door de leden van het parlement of de regering worden georganiseerd om de problemen en de redenen voor het goedkeuren van het wetsontwerp vast te stellen. Daarnaast werden de standpunten van sommige of alle belanghebbenden slechts bij een zeer beperkt aantal van de voorgestelde wetsontwerpen opgenomen onder de redenen voor goedkeuring van de wet.
De praktijk van het invoeren van belangrijke wetswijzigingen door middel van amendementen op andere wetgevingshandelingen blijft aanleiding tot zorg geven. De wetgevingstechniek waarbij overgangsbepalingen van één wetgevingshandeling worden gebruikt om belangrijke amendementen op andere niet-gerelateerde handelingen in te voeren, werd voortgezet. Hiermee worden de zorgen die in het verslag over de rechtsstaat 2020 werden geuit, bevestigd, aangezien met dergelijke amendementen de vereisten inzake openbare raadplegingen en effectbeoordelingen worden omzeild. Een andere trend die werd geconstateerd in het verslag over de rechtsstaat 2020 en die nog steeds een punt van zorg is, is daarnaast de wetgevingspraktijk waarbij tussen de eerste en de tweede lezing in de nationale vergadering belangrijke amendementen worden goedgekeurd zonder dat een openbare raadpleging plaatsvindt.
De noodregeling in verband met de COVID-19-pandemie is nog steeds van kracht. Na de goedkeuring van de regeling voor de noodtoestand van 13 maart tot en met 13 mei 2020
, werd op 12 mei 2020 een wijziging op de volksgezondheidswet goedgekeurd
waarin een nieuwe noodregeling werd ingevoerd (hierna “epidemische noodtoestand” genoemd)
. Op 13 mei 2020 besloot de ministerraad, op voorstel van de minister van Volksgezondheid, om voor een maand een epidemische noodtoestand uit te roepen, die meerdere keren is verlengd en nog steeds van kracht is tot [31 juli 2021]. Deze nieuwe noodregeling is beoordeeld door het grondwettelijk hof
en op 23 juli 2020 grondwettelijk verklaard
.
De nationale vergadering heeft regels goedgekeurd om de continuïteit tijdens de COVID-19-pandemie te waarborgen. Om zich aan de situatie aan te passen, zette de nationale vergadering haar normale werkzaamheden voort en keurde zij op 6 november 2020 bepaalde regels goed, waardoor het voor leden van het parlement die vanwege COVID-19 in verplichte isolatie of quarantaine zijn, mogelijk is geworden om per videoconferentie deel te nemen aan plenaire vergaderingen. Op 23 november 2020 vochten 54 parlementsleden de grondwettelijkheid van deze regels aan voor het grondwettelijk hof, dat oordeelde dat de regels verenigbaar waren met de grondwet.
De financiële en personele middelen van de nationale mensenrechteninstellingen zijn verhoogd. De begrotingen van de ombudsdienst en de commissie ter bescherming tegen discriminatie zijn verhoogd. De Bulgaarse autoriteiten hebben meegedeeld dat voor de geraamde begroting voor de periode 2021-2023 een verhoging van 10 % van de personele middelen voor beide instellingen gepland is. Met het oog op de verbetering van de capaciteit van de ombudsdienst is in de ontwerpbegroting bovendien voorzien in aanvullende uitgaven.
Het ontwerp van wetgeving over grotere transparantie bij de buitenlandse financiering van ngo’s is niet verder nagestreefd. Het wetsontwerp dat op 3 juli 2020 werd ingediend
en gericht was op het opleggen van nieuwe verplichtingen aan non-profitorganisaties gaf aanleiding tot zorg onder belanghebbenden
wat betreft de verenigbaarheid ervan met het EU-recht
. Naar aanleiding van de publicatie van het verslag over de rechtsstaat 2020 werd het wetsontwerp niet verder besproken. De ruimte voor het maatschappelijk middenveld blijft echter “ingeperkt” en leden van het maatschappelijk middenveld lijken in sommige gevallen onder druk te worden gezet, door middel van lastercampagnes, intimidatie en negatieve verhalen. In november 2020 ontving Bulgarije ter gelegenheid van de universele periodieke doorlichting verschillende aanbevelingen in verband met de noodzaak om de ruimte voor het maatschappelijk middenveld te verbeteren en intimidatie en bedreigingen aan te pakken.
Bijlage I: lijst van bronnen in alfabetische volgorde*
* De lijst van de bijdragen die zijn ontvangen in het kader van de raadpleging voor het verslag over de rechtsstaat 2021 is te vinden op
https://ec.europa.eu/info/policies/justice-and-fundamental-rights/upholding-rule-law/rule-law/rule-law-mechanism/2021-rule-law-report-targeted-stakeholder-consultation
Bulgaarse regering (2021), bijdrage van Bulgarije aan het verslag over de rechtsstaat 2021.
Bulgaarse regering (2021), Draft National Corruption Prevention and Counteraction Strategy (2021-2027),
https://www.strategy.bg/PublicConsultations/View.aspx?lang=bg-BG&Id=5828
Bulgarian Centre for Not-for-profit Law (2021), bijdrage aan het verslag over de rechtsstaat 2021.
Bulgarian Donation Forum (2021), bijdrage aan het verslag over de rechtsstaat 2021.
Bulgarian Helsinki Committee (2021), bijdrage aan het verslag over de rechtsstaat 2021.
Bulgarian Institute for Legal Initiatives Foundation (2021), bijdrage aan het verslag over de rechtsstaat 2021.
Bureau voor de grondrechten (2020), Coronavirus COVID-19 outbreak in the EU — Fundamental Rights Implications,
https://fra.europa.eu/sites/default/files/fra_uploads/bulgaria-report-covid-19-april-2020_en.pdf
Bureau voor de grondrechten (2021), Legal environment and space of civil society organisations in supporting fundamental rights in Bulgaria.
Centre for Media Pluralism and Media Freedom (2021), Media Pluralism Monitor 2021 — Report on Bulgaria.
Cepej (2013), Revised Guidelines on the Creation of Judicial Maps to Support Access to Justice within a Quality Judicial System,
https://rm.coe.int/european-commission-for-the-efficiency-of-justice-cepej-revised-guidel/168078c492
Cepej (2020), Study on the functioning of the judicial systems in the EU Member States.
Civicus Monitor — Tracking Civic Space — Bulgaria,
https://monitor.civicus.org/country/bulgaria/
Directoraat-generaal Communicatie (2019), Flash Eurobarometer 482: businesses’ attitudes towards corruption in the EU.
Directoraat-generaal Communicatie (2020), Special Eurobarometer 502: corruption.
Europees Hof voor de Rechten van de Mens, arrest van 5 februari 2010, Kolevi/ Bulgarije.
Europees Netwerk van Raden voor de rechtspraak (2019), Independence and Accountability of the Judiciary – ENCJ Survey on the independence of judges.
Europees Parlement (2020), Resolutie over de rechtsstaat en de grondrechten in Bulgarije, (2020/2793(RSP)).
Europees Parlement, Member states must stop selling EU passports immediately, MEPs demand — Persbericht van 22 oktober 2020,
https://www.europarl.europa.eu/news/nl/press-room/20201016IPR89564/member-states-must-stop-selling-eu-passports-immediately-meps-demand
Europese Commissie (2019), Verslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad over de vooruitgang van Bulgarije met betrekking tot het mechanisme voor samenwerking en toetsing, COM(2019) 498.
Europese Commissie (2020), Verslag over de rechtsstaat 2020 — Situatie op het gebied van de rechtsstaat in de Europese Unie.
Europese Commissie (2021), EU-scorebord voor justitie.
Europese Commissie, Europees Bureau voor fraudebestrijding, OLAF recommends recovery of nearly € 6 million after alleged abuse of power at Bulgarian ministry — EU-persbericht nr. 04/2021,
https://ec.europa.eu/anti-fraud/media-corner/news/01-02-2021/olaf-recommends-recovery-nearly-eu6-million-after-alleged-abuse-power_en
Fins voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie (2019), Presidency report,
https://data.consilium.europa.eu/doc/document/ST-14856-2019-INIT/en/pdf
Greco (2015), Fourth Evaluation Round – Evaluation report on Bulgaria, Corruption prevention in respect of members of parliament, judges and prosecutors,
https://rm.coe.int/CoERMPublicCommonSearchServices/DisplayDCTMContent?documentId=09000016806c983f
Grondwettelijk hof, arrest nr. 6 van 2021 in zaak nr. 15 van 2020,
http://www.constcourt.bg/bg/Acts/GetHtmlContent/96c8d204-d2eb-4785-beac-7133ed3b6cd2
Grondwettelijk hof, zaak nr. 15 van 2020 —
http://www.constcourt.bg/bg/Cases/Details/585
Hof van cassatie van Bulgarije (2019), jaarverslag 2020.
Hof van cassatie van Bulgarije (2021), bijdrage aan het verslag over de rechtsstaat 2021.
Hof van Justitie van de Europese Unie, arrest van 18 juni 2020, Commissie/Hongarije, C-78/18.
Institute for Market Economics (IME) (2021), Study on secondment of magistrates,
https://ime.bg/bg/articles/komandirovane-na-magistrati-ili-kadruvane-tihomylkom/#ixzz6pUEALbxu
Kritiek van de hoge raad van toezicht van de orde van advocaten over de hervorming van de gerechtelijke kaart —
https://www.vas.bg/bg/a/predlozheniyata-za-reforma-na-sdebnata-karta
.
Magistrats Européens pour la Démocratie et les Libertés (2021), bijdrage aan het verslag over de rechtsstaat 2021.
Ministerie van Financiën (2019), National Development Programme Bulgaria 2030,
https://www.minfin.bg/upload/46720/National%2BDevelopment%2BProgramme%2BBULGARIA%2B2030.pdf
Ministerraad (2020), Guidance for ex-post impact assessment,
https://www.strategy.bg/Publications/View.aspx?lang=bg-BG&categoryId=&Id=320&y=&m=&d
Nationale vergadering van de Republiek Bulgarije (2017), Rules of organisation and procedure of the National Assembly,
https://www.parliament.bg/en/rulesoftheorganisations
Nationale vergadering van de Republiek Bulgarije (2020), besluit tot verlenging van de noodtoestand — 3 april 2020,
https://www.parliament.bg/bg/desision/ID/157396
Nationale vergadering van de Republiek Bulgarije (2020),
besluit tot uitroeping van de noodtoestand — 13 maart 2020,
https://www.parliament.bg/bg/desision/ID/157374
Persbericht over de open brief aan de hoge justitiële raad tegen het gekozen model voor de hervorming van de gerechtelijke kaart, ondertekend door 500 rechters. —
https://news.lex.bg/564
Persbericht van het hof van cassatie over het nationale instituut voor justitiebeheer —
http://www.vks.bg/novini/nip.html
Raad van de Europese Unie (2017), Conclusies van de Raad over het mechanisme voor samenwerking en toetsing,
https://data.consilium.europa.eu/doc/document/ST-15587-2017-INIT/nl/pdf
Raad van Europa, Comité van Ministers (2010), Recommendation CM/Rec(2010)12 of the Committee of Ministers to member states on judges: independence, efficiency and responsibilities.
Raad van Europa, Comité van Ministers (2019), Decision CM/Notes/1362/H46-6.
Raad van Europa, Comité van Ministers (2019), Interim Resolution, CM/ResDH(2019)367.
Raad van Europa, Comité van Ministers (2020), Decision CM/Del/Dec(2020)1377bis/H46-9.
Raad van Europa, Comité van Ministers (2021), Decision CM/Notes/1398/H46-6 van 9-11 maart,
https://search.coe.int/cm/Pages/result_details.aspx?ObjectID=0900001680a1abfa
Raad van Europa, Commissie van Venetië (2010), Report on the Independence of the Judicial System Part I: The Independence of Judges (CDL-AD(2010)004).
Raad van Europa, Commissie van Venetië (2017), Bulgaria — Opinion on the judicial system act (CDL-AD(2017)018).
Raad van Europa, Commissie van Venetië (2019), Bulgaria — Opinion on draft amendments to the Criminal Procedure Code and the Judicial System Act, concerning criminal investigations against top magistrates (CDL-AD(2019)031).
Raad van Europa, Commissie van Venetië (2020), Bulgaria — Urgent interim opinion on the draft new constitution opinion (CDL-AD(2020)035).
Raad van Europa, Commissie van Venetië (2020), Poland — Joint Urgent Opinion of the Venice Commission and the Directorate General of Human Rights and Rule of Law (DGI) of the Council of Europe on amendments to the Law on the Common courts, the Law on the Supreme court and some other Laws, (CDL-AD(2020)017).
Raad van Europa, Department for the Execution of Judgments of the European Court of Human Rights (2021), Memorandum H/Exec(2021)9.
Raad van Europa, Platform ter bevordering van de bescherming van de journalistiek en de veiligheid van journalisten,
https://www.coe.int/en/web/media-freedom/bulgaria
Regionaal bureau voor Europa van het OHCHR van de VN (2021), bijdrage aan het verslag over de rechtsstaat 2021.
Reporters without Borders — Bulgaria,
https://rsf.org/en/bulgaria
Transparency International (2021), Corruption Perceptions Index 2020.
U.S. Department of the Treasury (2021), Specially designated nationals list update — 2 juni 2021,
https://home.treasury.gov/policy-issues/financial-sanctions/recent-actions/20210602
Bijlage II — Bezoek aan Bulgarije
De diensten van de Commissie hebben in maart 2021 virtueel vergaderd met:
·Access to Information Programme
·Anti-corruption Fund Foundation
·Association of European Journalists — Bulgaria
·Bulgaars instituut voor wetgevingsinitiatieven
·Bulgaarse vereniging van rechters
·Bureau van de procureur-generaal
·Bureau van de speciale aanklager
·Centre for the Study of Democracy
·Commissie voor de bestrijding van corruptie en de verbeurdverklaring van illegaal verkregen vermogensbestanddelen
·Directoraat voor de modernisering van het bestuur
·For the truth project
·Gespecialiseerde strafrechtbank
·Hof van cassatie
·Hoge justitiële raad
·Hoge raad van toezicht van de orde van advocaten
·Inspectiedienst van de hoge justitiële raad
·Instituut voor de markteconomie
·Ministerie van Binnenlandse Zaken
·Ministerie van Cultuur
·Ministerie van Justitie
·Nationale raad voor journalistieke ethiek
·Orde van advocaten Sofia
·Raad voor corruptiebestrijding
·Regulerende instantie voor audiovisuele diensten — CEM
·Uitgeversvakbond in Bulgarije
·Vereniging van aanklagers in Bulgarije
* De Commissie heeft eveneens de volgende organisaties ontmoet in een aantal horizontale vergaderingen:
·Amnesty International
·Center for Reproductive Rights
·Civicus
·Civil Liberties Union for Europe
·Civil Society Europe
·Conference of European Churches
·EuroCommerce
·European Center for Not-for-Profit Law
·European Centre for Press and Media Freedom
·European Civic Forum
·European Federation of Journalists
·European Partnership for Democracy
·European Youth Forum
·Front Line Defenders
·Human Rights House Foundation
·Human Rights Watch
·ILGA-Europe
·International Commission of Jurists
·International Federation for Human Rights
·International Planned Parenthood Federation European Network (IPPF EN)
·International Press Institute
·Netherlands Helsinki Committee
·Open Society European Policy Institute
·Philanthropy Advocacy
·Protection International
·Reporters without Borders
·Transparency International EU