Aanbevolen procedures analyseren voor verschillende implementatiescenario's
Twee factoren zijn bepalend voor het implementatieproces voor apparaten in een organisatie: of de apparaten eigendom van de organisatie of de gebruiker zijn en hoe de apparaten bij een MDM-oplossing worden ingeschreven.
Als er eenmaal een goed beeld is van de algemene implementatiestappen, kan het IT-team van een organisatie zich gaan verdiepen in de implementatie- en beheervoorzieningen die Apple biedt. Als je een belangrijke partij binnen de organisatie bent, is het belangrijk om de onderstaande implementatiescenario's door te nemen.
Bekijk de video Apparaten voorbereiden voor leerlingen voor een overzicht van essentiële taken en hulpmiddelen die nodig zijn om Apple apparaten te configureren en te beheren. Het selecteren van een implementatiemodel, het inschrijven van apparaten bij een oplossing voor mobielapparaatbeheer en het implementeren van basisapps voor leerlingen zijn enkele onderwerpen die aan bod komen.
Plan opstellen voor lesgeven en leren vanuit huis
Aangezien veel leerlingen vanuit huis deelnemen aan lessen, is dit een goed moment om anders te kijken naar de verbindings- en toegangsmogelijkheden voor de tools die aan alle leerlingen worden aangeboden. Wifi in de school en filtering van inline materiaal zijn prima als alle leerlingen op school zitten. Wanneer dat echter niet mogelijk is, kan het uitdelen van apparaten met een mobiele verbinding voor leren op afstand ervoor zorgen dat bepaalde groepen leerlingen toch toegang tot onderwijs hebben. Denk hierbij aan leerlingen die thuis geen apparaat of goede internetverbinding hebben. Een iPad met een mobiele verbinding kan dan een oplossing zijn. Deze combineert krachtige tools en apps voor creatieve leerervaringen met ingebouwde LTE van gigabitklasse en een functie voor een persoonlijke hotspot.
Volg deze aanbevolen procedures voor de implementatie van leren op afstand:
Gebruik eSIM's (embedded SIM) voor schaalbaarheid en bestendigheid tegen sabotage.
Kies een data-abonnement zonder limiet voor datagebruik of throttling.
Controleer of de aanbieder voldoende dekking en capaciteit kan leveren in de gebieden waar leerlingen wonen of lessen volgen.
Implementeer een oplossing voor het filteren van materiaal die minimale latentie veroorzaakt en de privacy van gebruikers respecteert. Een voorbeeld hiervan is Cisco Security Connector, verkrijgbaar in de App Store. Zie Materiaalfilters gebruiken voor meer informatie.
Zie iPad met mobiele verbinding implementeren voor meer informatie over leren op afstand met de iPad.
De apparaten kopen en distribueren
Bij deze implementatie, waarbij apparaten het eigendom van de organisatie zijn, koopt de organisatie de apparaten bij Apple of bij een deelnemende erkende Apple reseller of aanbieder. Apparaten kunnen vervolgens op twee manieren worden geïmplementeerd:
Eén-op-één-implementatie: Iedere gebruiker krijgt een apparaat.
Implementatie voor gedeeld gebruik: Een apparaat wordt gedeeld door verschillende gebruikers.
Zie Configuratie-opties voor apparaatinschrijving voor meer informatie over de twee MDM-inschrijvingsprocessen voor het model waarbij apparaten het eigendom van de organisatie zijn.
Bij een typische één-op-één-implementatie koopt de organisatie apparaten voor alle in aanmerking komende managers, medewerkers, leerkrachten en leerlingen. Dit kan het geval zijn voor een bepaald leerjaar, een afdeling, een hele scholengemeenschap of een universiteit. Eén-op-één-implementaties werken het best als aan deze voorwaarden wordt voldaan:
Gebruikers configureren hun eigen apparaten.
Er worden beheerde Apple ID's gebruikt.
In eerste instantie wordt er één app of een beperkte set basisapps automatisch op apparaten geïmplementeerd.
Aanvullende apps kunnen worden geïmplementeerd via een selfservice-model.
Op de apparaten staan instellingen en beperkingen die leerlingen helpen om zich te concentreren en die een onjuiste configuratie voorkomen. Je kunt bijvoorbeeld instellen dat onmisbare apps niet kunnen worden verwijderd.
Gebruik van de functie 'Beheerde verloren-modus' om kwijtgeraakte apparaten te vinden en het activeringsslot om diefstal tegen te gaan.
Er zijn eenvoudige selfservice-informatiebronnen beschikbaar voor gebruikers.
Bij een implementatie voor gedeeld gebruik worden apparaten gedeeld tussen leerlingen, al dan niet binnen dezelfde klas. Met Gedeelde iPad kunnen scholen apparaten delen tussen leerlingen, waarbij gegevens van de leerlingen gescheiden blijven en er toch een gepersonaliseerde ervaring kan worden aangeboden. Leerlingen hebben toegang tot hun persoonlijke materiaal, zoals huiswerk, apps en opdrachten, via een wachtwoord of een gemakkelijk te onthouden pincode van vier cijfers.
Implementaties met Gedeelde iPad werken het best als aan deze voorwaarden wordt voldaan:
Leerlingen gebruiken zo veel mogelijk hetzelfde apparaat om het inloggen te versnellen. Met behulp van de Klaslokaal-app kunnen leerkrachten eenvoudig apparaten toewijzen aan leerlingen, zodat leerlingen kunnen werken met het apparaat dat ze het laatst hebben gebruikt. Voor meer informatie raadpleeg je Wat is Klaslokaal? in de gebruikershandleiding voor Klaslokaal.
Toewijzing van opslag gepland voor een goede balans tussen inlogsnelheid en beschikbare werkruimte. Zie de aandachtspunten voor het toewijzen van gebruikersruimte in Gedeelde iPad voor meer informatie.
Alle apps worden op alle apparaten geïmplementeerd.
De beperking voor het tonen van apps wordt per gebruikersgroep gebruikt om aan te sluiten op de leeromgeving.
Opmerking: Gedeelde iPad werkt alleen met beheerde Apple ID's.
Een mix van implementaties gebruiken
Binnen de organisatie kan sprake zijn van verschillende soorten implementaties. Enkele voorbeelden:
Een middelbare school kan kiezen voor een één-op-één-implementatie voor alle klassen.
Een grote scholengemeenschap kan eerst een één-op-één-implementatie uitvoeren voor één richting en deze implementatie daarna uitrollen voor de hele scholengemeenschap.
Een basisschool kan een één-op-één-implementatie voor de bovenbouw combineren met implementatie voor gedeeld gebruik voor de onderbouw.
In het hoger onderwijs kan een afdeling kiezen voor een één-op-één-implementatie.
Gebruikers de apparaten laten kopen en instellen
In dit model zijn de apparaten eigendom van de gebruikers en zijn die gebruikers verantwoordelijk voor het kopen, instellen en configureren van de apparaten. Dit type implementatie wordt vaak een BYOD-implementatie genoemd, wat staat voor Bring Your Own Device. Om voorzieningen van de organisatie te kunnen gebruiken, zoals wifi, e-mail en agenda's, of om het apparaat te configureren voor de specifieke behoeften van de onderwijsinstelling of het bedrijf, worden apparaten meestal door gebruikers ingeschreven bij de MDM-oplossing van de organisatie. Bij het model waarbij apparaten het eigendom van de gebruikers zijn, kun je apparaten configureren via Gebruikersinschrijving.
Gebruikersinschrijving is geïntegreerd met beheerde Apple ID's om een gebruikersidentiteit op het apparaat in te stellen. Een beheerde Apple ID is onderdeel van het gebruikersinschrijvingsprofiel en de gebruiker moet zich authenticeren om de inschrijving te voltooien. De beheerde Apple ID kan worden gebruikt naast de persoonlijke Apple ID waarmee de gebruiker al is ingelogd. Er is geen interactie tussen de twee Apple ID's.