Een scanner configureren voor gebruik met de Mac
Je kunt een scanner toevoegen aan de lijst met apparaten in het paneel 'Printers en scanners' in Systeemvoorkeuren.
Als je al een printer hebt toegevoegd die ook een scanner is, kun je de scanmogelijkheden waarschijnlijk al gebruiken zonder iets extra's te hoeven doen. Selecteer de printer in de lijst aan de linkerkant en klik vervolgens op 'Scan'.
Zorg voordat je de scanner gaat configureren ervoor dat de meest recente scannersoftware op macOS beschikbaar is. Vraag bij de fabrikant van de scanner of er updates beschikbaar zijn voor je scannermodel.
Als je een multifunctionele AirPrint-printer of een AirPrint-scanner hebt, hoef je niet te controleren op software-updates.
Volg de instructies bij je scanner om het apparaat uit te pakken en op je Mac aan te sluiten.
Als je Mac één USB-C-poort heeft, en je een USB-scanner wilt aansluiten, gebruik je een multipoortadapter. Sluit de scanner aan en sluit vervolgens een USB-C-kabel aan op een lichtnetadapter om de gebruiksduur van de batterij van je Mac te verlengen. Zie USB-C-kabels gebruiken bij de Mac.
Belangrijk: Installeer geen software die bij de scanner werd geleverd. De nieuwste scannersoftware wordt automatisch gedownload.
Kies Apple-menu > 'Systeemvoorkeuren' en klik op 'Printers en scanners' .
Als de scanner niet in de lijst aan de linkerkant staat, klik je op de knop met het plusteken . Als er een venstermenu verschijnt, kies je 'Voeg printer of scanner toe'.
Selecteer je scanner en klik op 'Voeg toe'.
Als de scanner niet in de lijst voorkomt, raadpleeg je de documentatie bij de scanner om na te gaan hoe je scantaken met het apparaat uitvoert.