Zoomen, verplaatsen, draaien of kantelen
Je kunt een kaart naar wens aanpassen. Je kunt bijvoorbeeld een kaart kantelen om de camerahoek voor 3D-weergaven aan te passen, of je kunt inzoomen voor meer details.
In- en uitzoomen: Klik op de zoomknoppen ( en ) rechtsonder op de kaart.
Om de schaal van de kaart weer te geven terwijl je zoomt, kies je 'Weergave' > 'Toon schaal'. De schaal verschijnt linksbovenin.
Vraag het aan Siri. Zeg bijvoorbeeld: "Zoom in op de kaart."Meer informatie over Siri.
Omhoog, omlaag, naar links of naar rechts bewegen: Houd de muis- of trackpadknop ingedrukt en sleep de kaart. Op een trackpad kun je ook met twee vingers slepen.
Een kaart draaien: Plaats de aanwijzer op het kompas en sleep naar links en naar rechts of omhoog en omlaag.
Een kaart kantelen: Houd de 3D-knop ingedrukt en sleep omhoog en omlaag.
Het noorden opnieuw bovenaan weergeven: Klik op de buitenkant van het kompas of druk op Command + Pijl-omhoog.
Je kunt ook zoomen met toetscombinaties of bewegingen.