VERSLAG over het gewijzigde voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Beschikking 2008/971/EG van de Raad wat betreft het bosbouwkundig teeltmateriaal van de categorie “getest”, de etikettering ervan en de namen van de voor de goedkeuring van en het toezicht op de productie ervan verantwoordelijke autoriteiten
4.12.2024 - (COM(2024)0517 – C10‑0167/2024 – 2024/0214(COD)) - ***I
Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling
Rapporteur: Veronika Vrecionová
(Vereenvoudigde procedure – artikel 52, lid 2, van het Reglement)
ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT
over het gewijzigde voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Beschikking 2008/971/EG van de Raad wat betreft het bosbouwkundig teeltmateriaal van de categorie “getest”, de etikettering ervan en de namen van de voor de goedkeuring van en het toezicht op de productie ervan verantwoordelijke autoriteiten
(COM(2024)0517 – C10‑0167/2024 – 2024/0214(COD))
(Gewone wetgevingsprocedure: eerste lezing)
Het Europees Parlement,
– gezien het gewijzigd voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2024)0517),
– gezien artikel 294, lid 2, en artikel 43, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C10‑0167/2024),
– gezien artikel 294, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
– gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité[1],
– gezien de schriftelijke toezegging van de vertegenwoordiger van de Raad van … om het standpunt van het Europees Parlement goed te keuren, overeenkomstig artikel 294, lid 4, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
– gezien artikel 60 van zijn Reglement,
– gezien het verslag van de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling (A10-0022/2024),
1. stelt onderstaand standpunt in eerste lezing vast;
2. verzoekt de Commissie om hernieuwde voorlegging aan het Parlement indien zij haar voorstel vervangt, ingrijpend wijzigt of voornemens is het ingrijpend te wijzigen;
3. verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie alsmede aan de nationale parlementen.
Amendement 1
AMENDEMENTEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT[*]
op het voorstel van de Commissie
---------------------------------------------------------
BESLUIT (EU) 2024/…
VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
van …
tot wijziging van Beschikking 2008/971/EG van de Raad wat betreft het bosbouwkundig teeltmateriaal van de categorie “getest”, de etikettering ervan en de namen van de voor de goedkeuring van en het toezicht op de productie ervan verantwoordelijke autoriteiten
HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 43, lid 2,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Na toezending van de wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,
Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité[2],
Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure[3],
Overwegende hetgeen volgt:
(1) Richtlijn 1999/105/EG van de Raad[4] regelt onder meer het in de handel brengen van bosbouwkundig teeltmateriaal in de Unie. Die richtlijn heeft betrekking op teeltmateriaal van boomsoorten en kunstmatige hybriden daarvan die in de gehele Unie of in een deel daarvan van belang zijn voor de bosbouw.
(2) In Beschikking 2008/971/EG van de Raad[5] zijn de voorwaarden vastgesteld, wat de toelating en registratie van uitgangsmateriaal en de daaropvolgende productie van bosbouwkundig teeltmateriaal uit dat uitgangsmateriaal betreft, waaronder bosbouwkundig teeltmateriaal van de categorieën “van bekende origine”, “geselecteerd” en “gekeurd”, dat is geproduceerd in derde landen die zijn opgenomen in de lijst van bijlage I bij die beschikking, naar de Unie mag worden ingevoerd. De betrokken derde landen hebben de OESO-regeling voor de certificering van bosbouwkundig teeltmateriaal in de internationale handel (de “OESO-regeling voor bosbouwkundig zaaizaad en plantgoed”) uitgevoerd.
(3) De OESO-regeling voor bosbouwkundig zaaizaad en plantgoed is in 2013 gewijzigd om bosbouwkundig teeltmateriaal van de categorie “getest” op te nemen naast bosbouwkundig teeltmateriaal van de categorieën “van bekende origine”, “geselecteerd” en “gekeurd”, die sinds 2011 in de OESO-regeling voor bosbouwkundig zaaizaad en plantgoed zijn opgenomen.
(4) De nationale voorschriften voor de certificering van bosbouwkundig teeltmateriaal (de “nationale voorschriften”) in Canada, Noorwegen, Servië, Zwitserland, Turkije, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten (de “gespecificeerde derde landen”) voorzien in de uitvoering van een officiële veldkeuring tijdens de winning en de verwerking van zaaizaad en de productie van plantgoed.
(5) Overeenkomstig de nationale voorschriften van de gespecificeerde derde landen moeten de systemen voor de toelating en de registratie van uitgangsmateriaal en de daaropvolgende productie van bosbouwkundig teeltmateriaal uit dat uitgangsmateriaal de OESO-regeling voor bosbouwkundig zaaizaad en plantgoed volgen. Bovendien vereisen die nationale voorschriften dat zaaizaad en plantgoed van de categorieën “van bekende origine”, “geselecteerd”, “gekeurd” en “getest” officieel worden gecertificeerd en de zaaizaadverpakkingen officieel worden gesloten overeenkomstig de OESO-regeling voor bosbouwkundig zaaizaad en plantgoed.
(6) Bij gebrek aan een besluit op het niveau van de Unie over de gelijkwaardigheid van bosbouwkundig teeltmateriaal van de categorie “getest”, mochten de lidstaten op grond van Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/773 van de Commissie[6] tijdelijk, tot en met 31 december 2024, besluiten over de gelijkwaardigheid van bosbouwkundig teeltmateriaal van de categorie “getest” dat was geproduceerd in de derde landen die zijn opgenomen in de lijst van bijlage I bij Beschikking 2008/971/EG, waaronder de gespecificeerde derde landen. Die machtiging was nodig om risico’s op verstoring van de invoer van bosbouwkundig teeltmateriaal naar de lidstaten te voorkomen.
(7) Uit bestudering van de nationale voorschriften van de gespecificeerde derde landen met betrekking tot de categorie “getest” is gebleken dat de voorwaarden voor goedkeuring van uitgangsmateriaal als gelijkwaardig aan die van Richtlijn 1999/105/EG moeten worden beschouwd, mits aan de in bijlage II bij Beschikking 2008/971/EG genoemde voorwaarden is voldaan met betrekking tot zaaizaad en plantgoed.
(8) De in bijlage I bij Beschikking 2008/971/EG vermelde namen en adressen van bepaalde voor de goedkeuring van en het toezicht op de productie verantwoordelijke autoriteiten zijn gewijzigd en moeten daarom worden bijgewerkt.
(9) Het is mogelijk genetische modificatie te gebruiken voor de productie van zaaizaad of plantgoed van de categorie “getest”. Om ervoor te zorgen dat de gebruikers van bosbouwkundig teeltmateriaal weloverwogen keuzes kunnen maken, moet daarom op het OESO-etiket en op het etiket of document van de leverancier worden vermeld of dat soort modificatie bij de productie van het uitgangsmateriaal voor die categorie is toegepast, zoals momenteel het geval is voor de categorie “gekeurd”.
(10) Gelet op de toevoeging van de categorie “getest” aan bijlage II bij Beschikking 2008/971/EG, moet, om ervoor te zorgen dat die beschikking duidelijk is en correct wordt toegepast, een bijlage aan die beschikking worden toegevoegd met een tabel waarin de categorieën zijn aangegeven waaronder bosbouwkundig teeltmateriaal dat van de diverse typen uitgangsmateriaal is afgeleid, naar de Unie mag worden ingevoerd. Dit is nodig om te zorgen voor juridische duidelijkheid, voor samenhang met Richtlijn 1999/105/EG, en voor de correcte toepassing van de voorschriften en weloverwogen keuzes door de exploitanten die die beschikking toepassen.
(11) Beschikking 2008/971/EG moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.
(12) Gezien de noodzaak ervoor te zorgen dat dit besluit in werking treedt vóór het verstrijken van Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/773 op 31 december 2024, wordt het passend geacht gebruik te maken van de uitzondering op de periode van acht weken waarin is voorzien door artikel 4 van Protocol nr. 1 betreffende de rol van de nationale parlementen in de Europese Unie, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU), aan het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie.
(13) Daar de doelstelling van dit besluit, namelijk de uitbreiding van de bij Beschikking 2008/971/EG vastgestelde gelijkwaardigheidsregeling voor de invoer van bosbouwkundig teeltmateriaal tot de categorie “getest”, niet door de lidstaten kan worden verwezenlijkt, maar slechts op het niveau van de Unie, kan de Unie overeenkomstig het in artikel 5 VEU neergelegde subsidiariteitsbeginsel maatregelen nemen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat dit besluit niet verder dan nodig is om die doelstelling te verwezenlijken.
(14) Dit besluit moet met spoed in werking treden op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie om ervoor te zorgen dat het in werking treedt vóór het verstrijken van Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/773.
(15) Aangezien Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/773 op 31 december 2024 verstrijkt, moet dit besluit met ingang van 1 januari 2025 van toepassing zijn, om de juridische duidelijkheid en continuïteit van de desbetreffende regels te waarborgen,
HEBBEN HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Wijzigingen van Beschikking 2008/971/EG
Beschikking 2008/971/EG wordt als volgt gewijzigd:
1) in artikel 1 wordt de eerste alinea vervangen door:
“Deze beschikking stelt de voorwaarden vast voor de invoer in de Unie van bosbouwkundig teeltmateriaal van de categorieën “van bekende origine”, “geselecteerd”, “gekeurd” en “getest”, dat is geproduceerd in een derde land dat is opgenomen in bijlage I.”;
2) in artikel 3 wordt lid 2 vervangen door:
“2. Zaaizaad en plantgoed van de categorieën “van bekende origine”, “geselecteerd”, “gekeurd” en “getest” van in bijlage I bij Richtlijn 1999/105/EG opgenomen soorten en kunstmatige hybriden daarvan, geproduceerd in de derde landen die zijn opgenomen in bijlage I bij deze beschikking en officieel gecertificeerd door de in die bijlage opgenomen autoriteiten van derde landen, worden beschouwd als gelijkwaardig aan zaaizaad en plantgoed dat aan Richtlijn 1999/105/EG voldoet, mits zij voldoen aan de in bijlage II bij deze beschikking vastgestelde voorwaarden.”;
3) de bijlagen worden gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij dit besluit.
Artikel 2
Inwerkingtreding en toepassing
Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Het is van toepassing met ingang van 1 januari 2025.
Gedaan te …,
Voor het Europees Parlement Voor de Raad
De voorzitter De voorzitter
BIJLAGE
De bijlagen bij Besluit 2008/971/EG worden als volgt gewijzigd:
1) Bijlage I wordt vervangen door:
“BIJLAGE I Landen en autoriteiten
|
”;
2) In bijlage II wordt deel C vervangen door:
“C. Aanvullende voorwaarden waaraan in derde landen geproduceerd zaaizaad en plantgoed van de categorieën “gekeurd” en “getest” moet voldoen
Ten aanzien van zaaizaad en plantgoed van de categorieën “gekeurd” en “getest” moeten het OESO-etiket en het etiket of document van de leverancier vermelden of bij de productie van het uitgangsmateriaal genetische modificatie is toegepast.”;
3) De volgende bijlage wordt toegevoegd:
“BIJLAGE III
CATEGORIEËN WAARONDER BOSBOUWKUNDIG TEELTMATERIAAL DAT VAN DE DIVERSE TYPEN UITGANGSMATERIAAL IS AFGELEID, NAAR DE UNIE MAG WORDEN INGEVOERD
Uitgangsmateriaal |
Categorie bosbouwkundig teeltmateriaal |
|||
Van bekende origine |
Geselecteerd |
Gekeurd |
Getest |
|
Zaadbron |
x |
|
|
|
Opstand |
x |
x |
|
x |
Zaadgaarde |
|
|
x |
x |
Ouderplanten van families |
|
|
x |
x |
Kloon |
|
|
x |
x |
Mengsels van klonen |
|
|
x |
x |
”.
BIJLAGE: ENTITEITEN WAARVAN OF PERSONEN VAN WIE DE RAPPORTEUR INPUT HEEFT ONTVANGEN
De rapporteur verklaart onder haar exclusieve verantwoordelijkheid geen input te hebben ontvangen van een entiteit of persoon die overeenkomstig artikel 8 van bijlage I bij het Reglement in deze bijlage moet worden vermeld.
PROCEDURE VAN DE BEVOEGDE COMMISSIE
Titel |
Bosbouwkundig teeltmateriaal van de categorie “getest”, de etikettering ervan en de namen van de voor de goedkeuring van en het toezicht op de productie ervan verantwoordelijke autoriteiten |
|||
Document- en procedurenummers |
COM(2024)0517 – C10-0167/2024 – 2024/0214(COD) |
|||
Datum indiening bij EP |
31.10.2024 |
|
|
|
Bevoegde commissie |
AGRI |
|
|
|
Adviserende commissies Datum bekendmaking |
ENVI 25.11.2024 |
|
|
|
Geen advies Datum besluit |
ENVI 26.11.2024 |
|
|
|
Rapporteurs Datum benoeming |
Veronika Vrecionová 12.11.2024 |
|
|
|
Vereenvoudigde procedure - datum besluit |
20.11.2024 |
|||
Behandeling in de commissie |
18.11.2024 |
|
|
|
Datum goedkeuring |
3.12.2024 |
|
|
|
Uitslag eindstemming |
+: –: 0: |
31 7 2 |
||
Bij de eindstemming aanwezige leden |
Stefano Bonaccini, Mireia Borrás Pabón, Barry Cowen, Carmen Crespo Díaz, Ivan David, Salvatore De Meo, Paulo Do Nascimento Cabral, Herbert Dorfmann, Sebastian Everding, Luke Ming Flanagan, Maria Grapini, Krzysztof Hetman, Céline Imart, Stefan Köhler, Camilla Laureti, Cristina Maestre, Dario Nardella, Maria Noichl, Gilles Pennelle, André Rodrigues, Katarína Roth Neveďalová, Bert-Jan Ruissen, Arash Saeidi, Eric Sargiacomo, Christine Singer, Raffaele Stancanelli, Anna Strolenberg, Jessika Van Leeuwen, Veronika Vrecionová, Thomas Waitz, Maria Walsh |
|||
Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers |
Benoit Cassart, David Cormand, Vilis Krištopans, Luis-Vicențiu Lazarus, Tilly Metz, Jessica Polfjärd, Christine Schneider, Emma Wiesner |
|||
Bij de eindstemming aanwezige leden als bedoeld in art. 216, lid 7, van het Reglement |
Vasile Dîncu |
|||
Datum indiening |
4.12.2024 |
HOOFDELIJKE EINDSTEMMING IN DE BEVOEGDE COMMISSIE
31 |
+ |
ECR |
Bert‑Jan Ruissen, Veronika Vrecionová |
ESN |
Ivan David |
NI |
Luis‑Vicențiu Lazarus |
PfE |
Mireia Borrás Pabón, Vilis Krištopans, Raffaele Stancanelli |
PPE |
Carmen Crespo Díaz, Salvatore De Meo, Paulo Do Nascimento Cabral, Herbert Dorfmann, Krzysztof Hetman, Céline Imart, Stefan Köhler, Jessica Polfjärd, Christine Schneider, Jessika Van Leeuwen, Maria Walsh |
Renew |
Benoit Cassart, Barry Cowen, Christine Singer, Emma Wiesner |
S&D |
Stefano Bonaccini, Vasile Dîncu, Maria Grapini, Camilla Laureti, Cristina Maestre, Dario Nardella, Maria Noichl, André Rodrigues, Eric Sargiacomo |
7 |
- |
The Left |
Sebastian Everding, Luke Ming Flanagan, Arash Saeidi |
Verts/ALE |
David Cormand, Tilly Metz, Anna Strolenberg, Thomas Waitz |
2 |
0 |
NI |
Katarína Roth Neveďalová |
PfE |
Gilles Pennelle |
Verklaring van de gebruikte tekens:
+ : voor
- : tegen
0 : onthouding(en)
- [1] Nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad.
- [*] Amendementen: nieuwe of vervangende tekst staat in vet en cursief, schrappingen zijn met het symbool ▌aangegeven.
- [2] Advies van 4 december 2024 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).
- [3] Standpunt van het Europees Parlement van ... (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en besluit van de Raad van ....
- [4] Richtlijn 1999/105/EG van de Raad van 22 december 1999 betreffende het in de handel brengen van bosbouwkundig teeltmateriaal (PB L 11 van 15.1.2000, blz. 17, ELI: http://data.europa.eu/eli/dir/1999/105/oj).
- [5] Beschikking 2008/971/EG van de Raad van 16 december 2008 inzake de gelijkwaardigheid van in derde landen geproduceerd bosbouwkundig teeltmateriaal (PB L 345 van 23.12.2008, blz. 83, ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2008/971/oj).
- [6] Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/773 van de Commissie van 10 mei 2021 tot machtiging van de lidstaten om overeenkomstig Richtlijn 1999/105/EG van de Raad tijdelijke besluiten te nemen over de gelijkwaardigheid van in bepaalde derde landen geproduceerd bosbouwkundig teeltmateriaal van bepaalde categorieën (PB L 169 van 12.5.2021, blz. 1, ELI: http://data.europa.eu/eli/dec_impl/2021/773/oj).
- [7] CA – Canada, CH – Zwitserland, GB – Verenigd Koninkrijk, NO – Noorwegen, RS – Servië, TR – Turkije, US – Verenigde Staten.
- [8] Overeenkomstig het Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en met name artikel 5, lid 4, van het Windsor-kader (zie Gezamenlijke Verklaring nr. 1/2023 van de Unie en het Verenigd Koninkrijk in het bij het Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie ingestelde Gemengd Comité van 24 maart 2023 (PB L 102 van 17.4.2023, blz. 87)), in samenhang met bijlage 2 bij dat kader, gelden vermeldingen van het Verenigd Koninkrijk in deze bijlage niet voor Noord-Ierland.