VERSLAG over de raming van de ontvangsten en uitgaven van het Europees Parlement voor het begrotingsjaar 2022

26.4.2021 - (2020/2264(BUI))

Begrotingscommissie
Rapporteur: Damian Boeselager


Procedure : 2020/2264(BUI)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
A9-0145/2021
Ingediende teksten :
A9-0145/2021
Debatten :
Aangenomen teksten :

ONTWERPRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT

over de raming van de ontvangsten en uitgaven van het Europees Parlement voor het begrotingsjaar 2022

(2020/2264(BUI))

Het Europees Parlement,

 gezien artikel 314 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

 gezien Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juli 2018 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie, tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 1296/2013, (EU) nr. 1301/2013, (EU) nr. 1303/2013, (EU) nr. 1304/2013, (EU) nr. 1309/2013, (EU) nr. 1316/2013, (EU) nr. 223/2014, (EU) nr. 283/2014 en Besluit nr. 541/2014/EU en tot intrekking van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012[1], en met name artikel 39,

 gezien Verordening (EU, Euratom) 2020/2093 van de Raad van 17 december 2020 tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2021-2027[2], en de gezamenlijke verklaringen van het Parlement, de Raad en de Commissie in dit verband[3], alsmede gezien de unilaterale verklaringen daaromtrent[4],

 gezien het Interinstitutioneel Akkoord van 16 december 2020 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende begrotingsdiscipline, samenwerking in begrotingszaken en goed financieel beheer, alsmede betreffende nieuwe eigen middelen, met inbegrip van een routekaart voor de invoering van nieuwe eigen middelen[5],

 gezien Verordening (EU, Euratom) nr. 1023/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2013 tot wijziging van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie en de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie[6],

 gezien zijn resolutie van 14 mei 2020 over de raming van de ontvangsten en uitgaven van het Europees Parlement voor het begrotingsjaar 2021[7],

 gezien zijn resolutie van 12 november 2020 over het standpunt van de Raad inzake het ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2021[8],

 gezien zijn resolutie van 18 december 2020 over het standpunt van de Raad inzake het tweede ontwerp van algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2021[9],

 gezien de resolutie van het Europees Parlement van 26 oktober 2017 over de bestrijding van seksuele intimidatie en seksueel misbruik in de EU[10],

 gezien zijn resolutie van 11 september 2018 over maatregelen ter voorkoming en bestrijding van pesterijen en seksuele intimidatie op het werk, in de openbare ruimte en in het politieke leven in de EU[11],

 gezien zijn resolutie van 15 januari 2019 over gendermainstreaming in het Europees Parlement[12],

 gezien de mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s, getiteld “Een Unie van gelijkheid: strategie voor gendergelijkheid 2020-2025” (COM(2020)0152),

 gezien de mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Europese Raad, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s, getiteld “De Europese Green Deal” (COM(2019)0640), en met name paragraaf 2.1.4. “Op energie- en hulpbronnenefficiënte wijze bouwen en renoveren”,

   gezien de EMAS-strategie voor de middellange termijn 2024, die op 15 december 2020 door het Stuurcomité milieubeheer in Brussel is aangenomen,

 gezien de studie “The European Parliament’s carbon footprint – Towards carbon neutrality”[13],

 gezien Speciaal verslag nr. 14/2014 van de Europese Rekenkamer: “Hoe berekenen, verminderen en verrekenen de EU-instellingen en -organen hun uitstoot van broeikasgassen?”[14],

 gezien de additionaliteitsvereisten in Richtlijn (EU) 2018/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 ter bevordering van het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen (richtlijn hernieuwbare energie), met name overweging 90 en artikel 27,

   gezien zijn resolutie van 17 september 2020 over het maximaliseren van het energie-efficiëntiepotentieel van het gebouwenbestand in de EU[15],

 gezien de richtlijn energieprestatie van gebouwen[16] en de richtlijn energie-efficiëntie[17],

 gezien de verklaring van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie over de voorbeeldfunctie van hun gebouwen in het kader van de richtlijn energie-efficiëntie[18],

 gezien de mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Europese Raad, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s, getiteld “Strategie voor duurzame en slimme mobiliteit — Het Europees vervoer op het juiste spoor naar de toekomst” (COM(2020)0789), met name paragraaf 9 over collectief vervoer,

 gezien het verslag van de secretaris-generaal aan het Bureau met het oog op de opstelling van het voorontwerp van raming van het Parlement voor het begrotingsjaar 2022,

 gezien het voorontwerp van raming, opgesteld door het Bureau op 8 maart 2021, overeenkomstig artikel 25, lid 7, en artikel 102, lid 1, van het Reglement van het Parlement,

 gezien de ontwerpraming, opgesteld door de Begrotingscommissie overeenkomstig artikel 102, lid 2, van het Reglement van het Parlement,

 gezien artikel 102 van zijn Reglement,

 gezien het verslag van de Begrotingscommissie (A9-0145/2021),

A. overwegende dat het steeds grotere belang van het Parlement als medewetgever en als een van de takken van de begrotingsautoriteit, als instelling met controlebevoegdheden en als bevorderaar van de Europese democratie, onder meer in de context van de Europese respons op de COVID-19-pandemie en krachtens de gezamenlijke verklaring van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie inzake begrotingstoezicht op nieuwe voorstellen op basis van artikel 122 VWEU met mogelijk belangrijke gevolgen voor de Uniebegroting[19], heeft aangetoond dat het Parlement voortdurend moet worden uitgerust met passende wetgevingskennis en financiële middelen om de kwaliteit van de wetgevings- en controleactiviteiten te kunnen waarborgen en de resultaten daarvan te kunnen communiceren; overwegende dat de geloofwaardigheid van het Parlement en zijn leden in de ogen van de Europese burgers afhangt van het vermogen van het Parlement om zijn eigen uitgaven zorgvuldig, efficiënt en op gerechtvaardigde wijze te plannen en te verrichten en daarbij rekening te houden met de heersende economische situatie;

B. overwegende dat de Commissie in haar winterprognoses voorspelt dat het bbp in 2020 met 6,9 % is gedaald en niet vóór 2023 zal herstellen tot het niveau van 2019; overwegende dat de door het Parlement aangenomen ramingen een stijging van 2,68 % voor 2020 en een stijging van 2,54 % voor 2021 inhielden;

C. overwegende dat de door de secretaris-generaal voorgestelde begroting voor het voorontwerp van raming van het Parlement voor 2022 neerkomt op een stijging van 3,31 %, hetgeen ruim boven het inflatiepercentage ligt;

D.  overwegende dat het personeelsbestand van het Parlement tijdens het vorige MFK-periode met in totaal 6 % is gekrompen, met name bij de administratie, terwijl het Parlement sinds de aanneming van het Verdrag van Lissabon als medewetgever een groter aantal wetgevingsdossiers behandelt en steeds meer werkzaamheden verricht in verband met Next Generation EU; overwegende dat het zich grote zorgen maakt over de onhoudbare werklast van veel gespecialiseerde commissiesecretariaten en fracties;

E. overwegende dat de Europese Green Deal tot doel heeft de ambitieuze klimaatdoelstellingen te verwezenlijken zonder compensatie (verrekening) voor de uitstoot van broeikasgassen door middel van internationale credits;

F. overwegende dat hoogstwaarschijnlijk in 2021 een besluit zal worden genomen over de toekomst van het Paul-Henri Spaak-gebouw op basis van de uitslag van een door het Bureau georganiseerde competitie, hetgeen een aanzienlijke stijging van de uitgaven in een crisiscontext inhoudt; overwegende dat het Spaak-gebouw aan de hoogste milieu- en veiligheidsnormen moet voldoen;

G. overwegende dat het vrijwillig pensioenfonds in 1990 is opgezet op basis van de regeling van het Bureau inzake het (vrijwillig) aanvullend pensioenstelsel[20]; overwegende dat het Bureau tijdens zijn vergadering van 10 december 2018 heeft besloten de regels die van toepassing zijn op het pensioenfonds te wijzigen door de pensioenleeftijd te verhogen van 63 naar 65 jaar en door een heffing van 5 % in te voeren op pensioenbetalingen voor toekomstige gepensioneerden om de levensvatbaarheid van deze betalingen te verbeteren; overwegende dat deze wijzigingen van de regels naar schatting het actuarieel tekort met 13,3 miljoen EUR hebben verminderd;

Algemeen kader

1. herinnert eraan dat het grootste deel van de begroting van het Parlement is vastgelegd door wettelijke of contractuele verplichtingen; merkt op dat 55 % van de begroting onderworpen is aan salarisindexering overeenkomstig het Statuut van de ambtenaren en het Statuut van de leden van het Europees Parlement; wijst erop dat de salarisindexering die momenteel door de Commissie voor juli 2021 en 2022 wordt voorspeld, respectievelijk 2,9 % en 2,5 % bedraagt, wat neerkomt op een stijging van 31,9 miljoen EUR in 2022;

2. steunt het akkoord dat in het overleg tussen het Bureau en de Begrotingscommissie van 14 april 2021 is gesloten om de verhoging van de begroting 2021 vast te stellen op 2,4 %, hetgeen overeenkomt met een totaalbedrag van zijn ramingen voor 2022 van 2 112 904 198 EUR, om het op 8 maart 2021 door het Bureau goedgekeurde uitgavenniveau van het voorontwerp van raming te verlagen met 18,85 miljoen EUR en om dienovereenkomstig de voor de volgende begrotingsonderdelen voorgestelde kredieten te verlagen:

1004 01 – Normale reiskosten: zittingen, commissies of hun delegaties, fracties en diversen; 1405 01 – Uitgaven voor tolkendiensten: externe vertolking; 2007 01 – Oprichting van gebouwen en inrichting van dienstruimten; 2022 – Onderhoud en schoonmaak van en toezicht op de gebouwen; 2024 – Energieverbruik; 2120 01 – Meubilair: aankoop, huur, vernieuwing, onderhoud en reparatie van meubilair; 2140 – Technisch materieel en technische installaties; 3000 – Dienstreizen van het personeel en reizen tussen de drie werklocaties; 3040 – Interne vergaderingen; 3042 – Vergaderingen, congressen, conferenties en delegaties; 3210 09 – Uitgaven voor de onderzoeksdienst voor de leden, met inbegrip van de bibliotheek, de historische archieven, de evaluatie van wetenschappelijke en technologische keuzes (STOA) en het Europees wetenschaps- en mediaknooppunt: uitgaven voor het Europees wetenschaps- en mediaknooppunt; 3243 01 – Bezoekerscentra van het Europees Parlement: Parlamentarium en “Europa Experience”; 3244 01 – Organisatie en ontvangst van bezoekersgroepen, Euroscola en uitnodigingen aan opiniemakers uit derde landen: ontvangstkosten en subsidies voor bezoekersgroepen; 4220 02 – Uitgaven in verband met de assistentie aan de leden: salarissen en vergoedingen van geaccrediteerde medewerkers – Statuut van de leden; 4220 04 – Uitgaven in verband met de assistentie aan de leden: dienstreizen, reizen tussen de drie werklocaties en externe opleiding van geaccrediteerde medewerkers — Statuut van de leden;

3. dringt sterk aan het aantal posten voor de fracties met 76 te verhogen en het aantal posten bij de commissiesecretariaten met 66 om de toegenomen werklast evenredig op te vangen en het beleid van de Unie uit te voeren; verzoekt het Bureau tegelijkertijd gebruik te maken van mogelijke synergieën om de efficiëntie binnen de administratie te vergroten, en na te gaan hoe digitalisering en nieuwe werkmethoden kunnen bijdragen tot het stroomlijnen van de directoraten en de overdracht van posten naar de commissiesecretariaten mogelijk kunnen maken; dringt er bij het Bureau op aan na te gaan of de vergoeding voor parlementaire medewerkers van leden toereikend is, gezien de toenemende werklast van de leden en hun personeel;

4. benadrukt dat de begroting van het Parlement voor 2022 realistisch en accuraat moet zijn teneinde overbudgettering te vermijden; stelt vast dat er nog steeds gebruik wordt gemaakt van collectieve overschrijvingen aan het einde van het jaar ter financiering van bouwprojecten; merkt op dat deze aanpak vaak systematisch wordt gevolgd bij dezelfde hoofdstukken, titels en vaak ook precies dezelfde begrotingslijnen; is van mening dat een dergelijke praktijk dreigt te worden gezien als geprogrammeerde overbudgettering; verzoekt om, voorafgaand aan de volgende collectieve overschrijving, een op transparantie gebaseerd reflectieproces over de financiering van essentiële investeringen op gang te brengen;

Vergroening van het Parlement

5. benadrukt dat het Parlement het voortouw moet nemen bij het vaststellen van meer digitale, flexibele en energie-efficiënte werkmethoden en vergaderpraktijken, waarbij lering moet worden getrokken uit de ervaringen met de COVID-19-pandemie en gebruik moet worden gemaakt van de reeds gedane technologie-investeringen; dringt in dit verband aan op een alomvattende en ambitieuze evaluatie van de wijze waarop leden, personeel en ambtenaren hun parlementaire werkzaamheden uitvoeren; is van mening dat bij een dergelijke evaluatie vooral moet worden gekeken naar het doeltreffend functioneren van de instelling, en dat ook moet worden beoordeeld hoe volledig op afstand gehouden of hybride vergaderingen de kwaliteit van het overleg beïnvloeden, waarbij extreem algemene maatregelen die bedoeld zijn voor uitzonderlijke omstandigheden moeten worden vermeden;

6. is ingenomen met de doelstellingen van het milieubeheersysteem (EMAS) van het Parlement voor 2024; herinnert eraan dat de EMAS-middellangetermijnstrategie voor 2024 een herzieningsclausule bevat die het mogelijk maakt de milieuambitie op basis van de waargenomen prestaties op te voeren; verzoekt het Parlement in 2022 zijn EMAS-streefdoelen opnieuw te evalueren in het licht van de COVID-19-pandemie en de in 2019 vastgestelde streefcijfers voor de kernprestatie-indicatoren naar boven bij te stellen; herhaalt zijn oproep om zijn huidige plan voor CO2-reductie te wijzigen om uiterlijk in 2030 koolstofneutraliteit te bereiken door middel van een interne koolstofprijs;

7. erkent dat bijna twee derde van de koolstofvoetafdruk van het Parlement afkomstig is van het vervoer van personen; dringt aan op een redelijke vermindering van reizen in het kader van vergaderingen die doeltreffend op afstand of in hybride vorm kunnen worden gehouden, en op bevordering van een verschuiving naar koolstofarme alternatieven voor alle overige reizen, voor zover dit geen afbreuk doet aan de kwaliteit van de wetgevende en politieke werkzaamheden;

8. dringt aan op de uitbreiding van vrijwillig telewerken tot meer dagen en functies; dringt erop aan dat de voorkeur wordt gegeven aan hybride of volledig op afstand gehouden vergaderingen wanneer er geen sprake is van politieke besluitvorming, zoals hoorzittingen en gedachtewisselingen of interne en voorbereidende vergaderingen, waarbij wordt erkend dat fysieke aanwezigheid efficiënter is voor politieke onderhandelingen, met inbegrip van vertolking en vertolking op afstand indien nodig; verzoekt de secretaris-generaal om, naar aanleiding van de COVID-19-maatregelen voor bedrijfscontinuïteit, een nieuw flexibel kader vast te stellen voor vertolking op afstand in het post-COVID-tijdperk; merkt op dat het doorbrengen van buitensporig veel tijd met digitale instrumenten het welzijn van sommige personen negatief kan beïnvloeden; dringt aan op een herziening van de regels voor dienstreizen vóór eind 2022 om te zorgen voor passende, op behoeften gebaseerde goedkeuring, een specifieke onderbouwing van de goedkeuring voor alle dienstreizen, vereisten voor koolstofarme vervoerswijzen zonder de leden te hinderen bij de vervulling van hun mandaat, en de uitsluiting van de meest schadelijke vervoerswijzen, met uitzondering van extreme gevallen waarin alternatieve vervoerswijzen voor lange reizen of naar moeilijk te bereiken gebieden het evenwicht tussen de milieudoelstelling en de efficiëntie van het parlementaire werk zouden verstoren; verwacht bij alle officiële delegatiebezoeken volledig op afstand gehouden voorbereidende vergaderingen en debriefings na dienstreizen als voorwaarde voor toestemming, en vanaf 2022 de beperking van de toestemming tot uitsluitend delegaties die over rechten beschikken; verzoekt het Bureau ervoor te zorgen dat buitengewone commissievergaderingen in Straatsburg strikt beperkt blijven tot uitzonderlijke omstandigheden en dat zij naar behoren moeten worden gemotiveerd voordat ze in elk afzonderlijk geval worden goedgekeurd;

9. moedigt de leden aan om koolstofarme alternatieve vervoerswijzen te gebruiken; herhaalt zijn verzoek om herziening van de bepalingen ter uitvoering van het Statuut van de leden van het Europees Parlement, zodat bij reizen binnen de Unie flexibele economy class-tickets worden vergoed, met uitzondering van vluchten van en naar ultraperifere regio’s, vluchten waarbij moet worden overgestapt of vluchten van langer dan vier uur; wijst erop dat de reizen van sommige leden van hun kiesdistricten naar de werklocaties van het Parlement lange verplaatsingen vereisen en enkel met het vliegtuig kunnen worden afgelegd;

10. dringt aan op verbetering van de infrastructuur voor (elektrische) fietsen, vrachtfietsen en e-steps op de locaties van het Parlement, in het bijzonder door de inrichting van gebruiksvriendelijke en veilige stallingen alsook fietsreparatiepunten; vraagt het Parlement nauw samen te werken met de betrokken lokale autoriteiten en in het bijzonder met het Brussels Gewest bij zijn inspanningen een voortrekkersrol te vervullen op het gebied van duurzame stedelijke mobiliteit door het voortouw te nemen bij de uitvoering van het GoodMove-plan; dringt aan op uitbreiding van de dienstfietsregeling binnen het Parlement; dringt aan op specifieke maatregelen ter aanmoediging van de actieve mobiliteit onder het personeel van het Parlement, waaronder een specifiek opleidingsaanbod inzake veilig woon-werkverkeer, onderhoud en herstel; pleit voor een proefproject met vrachtfietsen voor bepaalde logistieke processen bij het Parlement en tussen gebouwen van de instellingen van de Unie;

11. moedigt het personeel aan om uiterlijk in 2022 gebruik te maken van het openbaar vervoer en verzoekt om een systeem met gesubsidieerde openbaarvervoerpassen voor personeel, waarbij het recht op een tweede parkeervignet wordt uitgesloten; verwacht dat dienstauto’s worden gebruikt voor het vervoer tussen Brussel en Straatsburg van leden, personeelsleden en geaccrediteerde medewerkers met een dienstopdracht; dringt aan op een passende toename van het aantal parkeerplaatsen dat uitsluitend voor elektrische voertuigen is gereserveerd, en op een overzicht van het totale aantal parkeerplaatsen overeenkomstig de toepasselijke wetgeving op de drie werklocaties;

12. verwacht dat de diensten van het Parlement alle bezoekersgroepen informeren over de milieueffecten van hun vervoer en dat in 2022 een op aanmoediging gebaseerd systeem voor de vergoeding van reiskosten op basis van milieueffecten wordt ingevoerd; verzoekt het bureau een begin te maken met de herziening van de regels voor bezoekersgroepen overeenkomstig de mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Europese Raad, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s, getiteld “Strategie voor duurzame en slimme mobiliteit — Het Europese vervoer op het juiste spoor naar de toekomst” (COM(2020) 0789), met name paragraaf 9 van die mededeling, over collectief reizen, en de reiskosten van bezoekersgroepen aan te passen aan veranderende marktprijzen, alsmede wijzigingen mogelijk te maken om marktschommelingen van reiskosten, die tot indirecte geografische discriminatie van bezoekers leiden, te voorkomen;

13. roept de administratie op de ook voor 2022 geraamde stijging van de energiekosten in het oog te houden en te onderzoeken of kostenbesparingen en een efficiënter verbruik mogelijk zijn; dringt aan op stopzetting van de modernisering van verwarmingsinstallaties voor fossiele brandstoffen en op een routekaart voor de geleidelijke afschaffing van fossiele brandstoffen, met specifieke mijlpalen die in 2022 moeten worden vastgesteld om gestrande activa te voorkomen, en op een analyse van de doeltreffendheid en efficiëntie van het gebruik van warmtepompsystemen en andere relevante technologieën in overeenstemming met de EMAS-doelstellingen; roept het Parlement op het aandeel van hernieuwbare energie in zijn energiemix en met name zijn energieproductie verder te verhogen en verwacht dat uiterlijk in 2023 in Brussel geavanceerde zonnepanelen op de daken worden geïnstalleerd om het potentieel ervan maximaal te benutten; dringt er tegelijkertijd op aan dat aankoop op basis van garanties van oorsprong geleidelijk wordt vervangen door plaatselijke hernieuwbare energiebronnen;

14. verwacht dat de diensten van het Parlement het papierverbruik verder zullen terugdringen door voor alle vergaderingen over te stappen op een papierloze, collectieve en onlineomgeving, en door verdere modaliteiten voor elektronische handtekeningen in te voeren; verzoekt nogmaals dat er zo spoedig mogelijk een analyse wordt verricht van alternatieven voor de dienstkoffers overeenkomstig de EMAS-doelstelling van een papierloos Parlement;

15. verwacht dat het energie-efficiëntie-eerstbeginsel en de circulaire economie worden toegepast op alle investeringen, waaronder digitale investeringen, en beheersbeslissingen; dringt aan op de volledige invoering van de afvalbeheerstrategie van het Parlement overeenkomstig de beginselen van de afvalhiërarchie, met name waar het gaat om de duurzame en circulaire aanpak van het beheer van bouwafval; dringt aan op de volledige invoering van maatregelen die ervoor zorgen dat er geen plastic voor eenmalig gebruik meer in het Parlement wordt gebruikt;

16. herinnert aan de steun die een grote meerderheid van het Parlement in verschillende resoluties heeft uitgesproken voor één enkele zetel om ervoor te zorgen dat het geld van de belastingbetalers in de Unie doelmatig wordt besteed en dat het Parlement zijn institutionele verantwoordelijkheid kan nemen voor het beperken van zijn koolstofvoetafdruk; herhaalt dat er oplossingen moeten worden gevonden om de parlementaire institutionele werkzaamheden, de financiële lasten en de koolstofvoetafdruk te optimaliseren; is van mening dat de ervaring opgedaan tijdens en de investeringen gedaan in het werken en vergaderen op afstand als uitgangspunt kunnen dienen om de behoeften met betrekking tot dienstreizen van het personeel aan te passen; herinnert eraan dat het Europees Parlement volgens het Verdrag betreffende de Europese Unie zijn zetel in Straatsburg moet hebben; merkt op dat voor permanente veranderingen een wijziging van het Verdrag nodig is en dat daarvoor unanimiteit is vereist;

17. herinnert eraan dat de aanbestedingsvoorwaarden verder moeten gaan dan het beginsel van de beste prijs en eveneens milieu-, sociale en gendercriteria met gedetailleerde indicatoren moeten omvatten; is ingenomen met de uitbreiding van het mandaat van de helpdesk voor groene overheidsopdrachten met sociale en genderaspecten en dringt aan op de verplichting om de helpdesk voor groene overheidsopdrachten te raadplegen voor aanbestedingen van meer dan 15 000 EUR; verwacht van het Bureau dat het uiterlijk in 2022 een systeem voor duurzaamheidsrapportage vaststelt zoals het Global Reporting Initiative en de uitbreiding daarvan tot Embedding Gender in Sustainability Reporting;

Transparantie en verantwoordingsplicht

18. betreurt dat het Bureau weigert uitvoering te geven aan de meermaals door de plenaire vergadering geuite wens om de algemene kostenvergoeding verder te hervormen, waardoor het een hoger niveau van transparantie en verantwoording ten aanzien van het geld van de belastingbetalers in de Unie actief belemmert; vraagt dat het Bureau uiterlijk eind 2021 wijzigingen aanbrengt in de regels inzake de vergoeding voor algemene uitgaven;

19. betreurt dat het Bureau weigert uitvoering te geven aan de meermaals door de plenaire vergadering geuite wens met betrekking tot de belangrijkste hervormingsmaatregelen voor het Parlement die aanvankelijk werden genoemd in zijn resolutie van 26 oktober 2017 over de bestrijding van seksuele intimidatie en seksueel misbruik in de EU1, waaronder de invoering van verplichte cursussen ter voorkoming van intimidatie voor alle personeelsleden en leden; verzoekt het Bureau met klem de besluiten van de plenaire vergadering onmiddellijk en volledig uit te voeren;

20. betreurt dat het Bureau weigert uitvoering te geven aan de meermaals door de plenaire vergadering geuite wens om een hoog niveau van bescherming te bieden aan geaccrediteerde medewerkers die inbreuken op het Unierecht melden overeenkomstig Richtlijn (EU) 2019/1937 inzake de bescherming van klokkenluiders[21], vergelijkbaar met het beschermingsniveau van geaccrediteerde medewerkers die slachtoffer zijn van intimidatie; verzoekt het Bureau duidelijke en rechtszekere normen vast te stellen voor het bieden van bescherming aan klokkenluiders, onder wie geaccrediteerde medewerkers, en die normen openbaar te maken;

21. betreurt dat het Bureau weigert uitvoering te geven aan de meermaals door de plenaire vergadering geuite wens om maatregelen te treffen om de vergoedingspercentages voor dienstreizen tussen de drie werklocaties van het Parlement voor ambtenaren, andere personeelsleden en geaccrediteerde medewerkers volledig gelijk te trekken; verzoekt het Bureau zich onverwijld over deze kwestie te buigen en de nodige maatregelen te nemen om deze ongelijkheid vanaf de hervatting van de plenaire vergaderingen in Straatsburg recht te zetten;

22. verzoekt de Conferentie van voorzitters nogmaals de uitvoeringsbepalingen voor de werkzaamheden van delegaties en missies buiten de Europese Unie te herzien; onderstreept dat bij een dergelijke herziening de mogelijkheid moet worden overwogen dat geaccrediteerde medewerkers leden onder bepaalde voorwaarden vergezellen in officiële delegaties en tijdens dienstreizen van het Parlement;

23. betreurt dat het Bureau heeft gewacht met de uitvoering van de door de plenaire vergadering herhaaldelijk geuite wens om een technische oplossing uit te werken waardoor de leden hun stemrecht kunnen uitoefenen tijdens moederschaps- of vaderschapsverlof, bij langdurige ziekte of in geval van overmacht, en om de juridische, financiële en technische beperkingen die een dergelijke oplossing met zich mee zou brengen, te verduidelijken; is van mening dat elke stap die in dit verband zou zijn gezet, de invoering van de regeling van het Parlement voor het werken en stemmen op afstand die werd ingesteld toen de pandemie zich aandiende, had kunnen bespoedigen; verwacht dat het Bureau de werkzaamheden met betrekking tot het opheffen van de overgebleven wettelijke en financiële beperkingen op zich zal nemen, aangezien inmiddels is bevestigd dat stemmen op afstand technisch mogelijk is;

24. herinnert eraan dat volgens de jaarverslagen van het transparantieregister van de afgelopen jaren ongeveer de helft van alle in het register ingevoerde gegevens onjuist is; is bang dat het register niet zal kunnen zorgen voor meer transparantie omtrent de activiteiten van belangenvertegenwoordigers – het doel waarvoor het is opgezet – als de helft van de ingevoerde informatie onvolledig of onjuist is; verzoekt het Parlement maatregelen te nemen om de nauwkeurigheid van het register te vergroten;

25. herhaalt zijn verzoek aan het Parlement om jaarlijks een gedetailleerd verslag op te stellen over de belangenvertegenwoordigers en andere organisaties die toegang hebben gekregen tot de gebouwen van het Parlement, en dit verslag te publiceren met inachtneming van de verordening gegevensbescherming;

26.  verwacht dat het Bureau de leden in de toekomst proactief zal informeren over de uitvoering van relevante besluiten van de plenaire vergadering;

Gender

27.  dringt aan op een analyse van genderbudgettering ter onderbouwing van het toekomstige voorontwerp van raming, in overeenstemming met de verbintenis die de Unie ten aanzien van genderbudgettering is aangegaan; dringt aan op een specifiek genderboekhoudsysteem met uitgaven voor leden, personeel en deskundigen in een naar gender uitgesplitste vorm;

28.  dringt aan op de vaststelling van evaluatie- en monitoringcriteria voor genderaanbestedingen, die gebaseerd zijn op de bevordering van gelijke kansen bij ieder bestek van het Parlement;

Digitale infrastructuur

29. steunt de investeringen in digitale infrastructuur, met inbegrip van cyberbeveiliging; onderstreept dat ICT veilige softwareoplossingen moet omvatten, zoals opensourcesoftware-oplossingen, om te zorgen voor volledige controle over de software en over het gegevensbeheer door het Parlement, alsmede voor vrijheid bij de ontwikkeling van toepassingen, evenals de aankoop van technologie waarbij afhankelijkheid van of technologische lock-in met betrekking tot grote technologische platforms specifiek wordt vermeden, met name ten aanzien van cloudaanbieders;

30. benadrukt dat het Parlement de milieukwestie moet opnemen in de digitale agenda; benadrukt dat digitale innovatie een positieve bijdrage moet leveren aan de ecologische transitie; verzoekt om het bewerkstelligen van een kleinere ecologische voetafdruk van digitale technologie (groene IT), met name door de aanpassing van het intern beleid; vraagt het Parlement het ecologisch ontwerp van digitale diensten te integreren in zijn ICT-beheer en opties te kiezen die de circulaire economie eerbiedigen en een efficiënt gebruik van hulpbronnen bevorderen;

31. herinnert aan de inherente risico’s voor informatiebeveiliging en privacy van het gebruik van op derden gebaseerde oplossingen voor het delen van gevoelige gegevens en aan de positieve impact van opensourcesoftware op de digitale autonomie en de voordelen ervan wat betreft de veiligheid; dringt erop aan dat gebruikers opensourcesoftware op de apparatuur van het Parlement moeten kunnen gebruiken en onderstreept de noodzaak van gedecentraliseerde, opensource-oplossingen voor virtuele bijeenkomsten en instant messaging; benadrukt dat gebruikers goed moeten worden opgeleid, met bijzondere aandacht voor cyberveiligheid; beklemtoont de noodzaak van automatische transcriptie- en vertaalsoftware ter ondersteuning van de gelijke verspreiding van informatie in alle officiële talen;

32. moedigt ten zeerste aan dat er maatregelen worden genomen die ervoor zorgen dat bij de aanschaf door het Parlement van software en digitale infrastructuur, waaronder cloudoplossingen, lock-ineffecten met betrekking tot leveranciers worden vermeden door overdraagbaarheid en volledige interoperabiliteit verplicht te stellen, dat opensourcesoftware wordt gebruikt en dat overheidsopdrachten worden geoormerkt voor kmo’s en startende ondernemingen;

33. benadrukt dat door de overheidssector gegenereerde softwaregegevens en -instrumenten en/of met belastinggeld gefinancierde softwaregegevens en -instrumenten herbruikbaar, openlijk toegankelijk en in overeenstemming met de grondrechten moeten zijn, en dat er, indien zij bestemd zijn voor kritiek gebruik, een veiligheidscertificering of beveiligingsaudit moet hebben plaatsgevonden; is daarnaast van mening dat door het Parlement gebruikte AI in het kader van de procedure voor overheidsopdrachten moet worden vrijgegeven als open bron, met toegankelijke softwaredocumentatie en algoritmen, zodat kan worden beoordeeld hoe het AI-systeem tot een bepaalde conclusie is gekomen; beklemtoont dat een controle van de grondrechten deel dient uit te maken van iedere conformiteitsbeoordeling vooraf;

34. merkt op dat er systemen voor stemmen op afstand zijn opgezet om de continuïteit van de werkzaamheden van het Parlement tijdens de pandemie te waarborgen; vraagt deze stemsystemen te harmoniseren;

35. dringt aan op snellere en veiligere draadloze netwerken op alle drie de werklocaties;

In gesprek met burgers

36. onderstreept dat het Parlement de enige instelling van de Unie is waarvan de leden door algemene verkiezingen worden verkozen; acht het belangrijk de burgers een beter inzicht te geven in de activiteiten van het Parlement, het politieke bewustzijn te vergroten en de waarden van de Unie te bevorderen; dringt aan op meer digitale middelen om rechtstreeks met de burgers in contact te treden;

37. steunt de oprichting, uiterlijk in 2024, van Europa Experience-centra in alle lidstaten; neemt kennis van de bevestiging dat vertragingen als gevolg van de COVID-19-pandemie kritieke mijlpalen niet in gevaar zullen brengen; steunt de administratie in haar beleid dat gericht is op het maximaliseren van synergieën; verwacht dat de langetermijneffecten op de begroting van Europa Experience wat betreft de exploitatiekosten vóór de goedkeuring van de begroting 2022 aan de Begrotingscommissie worden gepresenteerd; wijst erop dat Europa Experience alle burgers de mogelijkheid moet bieden een beter inzicht te krijgen in de werking van de Europese instellingen;

38. is van oordeel dat de liaisonbureaus van het Europees Parlement hun netwerk moeten uitbreiden en meer met de burgers in gesprek moeten gaan; nodigt het Parlement uit via zijn liaisonbureaus bijeenkomsten en evenementen te ontwikkelen, zoals het Europees Jongerenevenement, waar leden en jongeren elkaar op lokaal niveau kunnen ontmoeten;

39. erkent het belang van bezoekersgroepen; merkt op dat geen enkele bezoekersgroep tijdens de COVID-19-pandemie de gebouwen van het Parlement heeft kunnen bezoeken; herinnert eraan dat, in overeenstemming met het besluit van het Bureau van 5 oktober 2020, 40 % van het ongebruikte quotum van 2020 opnieuw is toegewezen aan 2022; is ingenomen met het feit dat het Parlement veel investeert in de dienstverlening aan bezoekers, met name ten behoeve van jongeren, die een belangrijke doelgroep blijven; dringt erop aan de vergoedingen voor bezoekers voor de rest van het mandaat niet verder te verhogen dan wat operationeel haalbaar is;

40. erkent dat ongeveer 50 miljoen mensen tot diverse taalkundige minderheden, regio’s en gemeenschappen in de Unie behoren; herinnert eraan dat het Parlement de betrokkenheid en participatie van de burgers, met inbegrip van de nationale, regionale en taalkundige minderheden, in de Unie aanmoedigt; wijst erop dat het Parlement zich sterk maakt voor meertaligheid en de rechten van de nationale, regionale en taalkundige minderheden bevordert; is van oordeel dat het Parlement actief kan bijdragen aan de bestrijding van desinformatie door, waar nodig, ook informatie te verstrekken in de talen van taalkundige minderheden, regio’s en gemeenschappen; verzoekt het Bureau na te gaan hoe haalbaar het is om communicatiemateriaal te produceren in de talen van taalkundige minderheden, regio’s en gemeenschappen in de verschillende lidstaten en de financiële kosten daarvan te ramen, bijvoorbeeld voor de Europa Experience-centra en de Conferentie over de toekomst van Europa;

41. verzoekt de secretaris-generaal de haalbaarheid te onderzoeken van de invoering van vertolking in internationale gebarentaal tijdens alle plenaire debatten, in overeenstemming met de verzoeken die zijn goedgekeurd door de plenaire vergadering, en uitvoering te geven aan dat besluit met inachtneming van het beginsel van gelijke toegang voor alle burgers;

42. is van mening dat het van cruciaal belang is dat elke Unie-instelling die betrokken is bij de opzet en de organisatie van de aankomende Conferentie over de toekomst van Europa, met inbegrip van het Parlement, vanaf het moment van de bekendmaking van de raming van de uitgaven en ontvangsten kan beschikken over een toereikend administratief budget om de Conferentie te laten slagen;

43. verzoekt de burgers en ingezetenen van de lidstaten en de partnerlanden de mogelijkheid te bieden virtuele rondleidingen te volgen in het Parlement, zodat een breder publiek een beter inzicht krijgt in de werkzaamheden en de waarden van de instelling;

44. verzoekt om een speciale bezoekersdienst voor senioren, waarbij de programma’s en het beleid van de Unie die actief ouder worden bevorderen, onder de aandacht worden gebracht;

Onroerendgoedprojecten

45. verwacht een transparantere en gedetailleerdere planning en besluitvorming, waaronder de vroegtijdige verstrekking van informatie, met inachtneming van artikel 266 van het Financieel Reglement, met betrekking tot het gebouwenbeleid; verzoekt om een debat over de werking van het Parlement en om een herziening van de behoefte aan kantoorruimte van het Parlement in het licht van de effecten van de pandemie en de verwachte toename van telewerken en zo nodig om de aanpassing van de gebouwenstrategie voor de lange termijn; benadrukt dat een zorgvuldige planning aanzienlijke besparingen mogelijk moet maken;

46. verzoekt het Bureau zijn besluit over het Paul-Henri Spaakgebouw bekend te maken, met inbegrip van een gedetailleerde kostenspecificatie en de bewijsstukken; neemt er kennis van dat het Spaakgebouw tijdens renovatiewerkzaamheden niet beschikbaar is en verzoekt de reeds beschikbare ruimte optimaal te benutten overeenkomstig de behoeften van het Parlement; herinnert in deze context aan de toezegging van het Parlement om de nodige aanpassingen en renovaties van zijn gebouwen door te voeren om ze toegankelijk te maken voor alle gebruikers overeenkomstig de normen van de Unie; beveelt aan om bij de planning en herstructurering van de gebouwen van het Parlement terdege rekening te houden met diversiteits- en inclusiecriteria;

47. is ingenomen met het besluit van het Bureau om gebouwenpaspoorten in te voeren ten behoeve van het levenscyclusbeheer van de gebouwenportefeuille van het Parlement; verwacht dat het gebruik van het nieuwe instrument zal bijdragen tot het daadwerkelijk nemen van de stappen om zo spoedig mogelijk en uiterlijk in 2050 klimaatneutrale of passieve gebouwen te verwezenlijken; verwacht tevens dat het paspoort mede zal bijdragen tot een verbetering van de luchtkwaliteit in gesloten ruimten en tot gezonde gebouwen;

48. merkt op dat in de door de secretaris-generaal voorgestelde begroting voor 2022 4,358 miljoen EUR wordt uitgetrokken voor de bouwwerkzaamheden bij de ingang van het Weissgebouw, en merkt voorts op dat in de begroting voor 2021 al 8 miljoen EUR daarvoor was uitgetrokken; verzoekt om geactualiseerde informatie over de totale kosten van dit project;

Andere kwesties

49. herhaalt zijn verzoek aan het Bureau te zorgen voor volledige flexibiliteit voor de aanwezigheid van leden tijdens de groene weken om hun werkregelingen te vergemakkelijken;

50. herinnert aan artikel 27, leden 1 en 2, van het Statuut van de leden[22] waarin het volgende is bepaald: “Na inwerkingtreding van dit Statuut, blijft het door het Europees Parlement ingestelde vrijwillig pensioenfonds gehandhaafd voor leden of voormalige leden die in dit fonds reeds rechten of aanspraken hebben verworven” en “De verworven rechten en aanspraken blijven in volle omvang bestaan”; verzoekt de secretaris-generaal en het Bureau om volledige naleving van het Statuut van de leden en vraagt om met het pensioenfonds een duidelijk plan op te stellen waarbij het Parlement de verplichtingen en verantwoordelijkheden voor het vrijwillig pensioenfonds van de leden overneemt;

51. merkt op dat dienstverleners hard zijn getroffen door de pandemie; is verheugd over de inspanningen van het Parlement, zoals de levering van solidariteitsmaaltijden, die de gevolgen voor onderaannemers en hun werknemers helpen beperken; benadrukt het feit dat onderaanbesteding van schoonmaak- en cateringdiensten mensen, voornamelijk vrouwen, in een uiterst kwetsbare positie plaatst; is zeer bezorgd over de massale ontslagen van werknemers van het cateringbedrijf COMPASS Group; verzoekt de bevoegde autoriteiten van het Parlement in samenwerking met onderaannemers alle mogelijke alternatieve oplossingen voor het behoud van de werkgelegenheid te onderzoeken in het kader van de sociale dialoog en aanvullende diensten af te nemen die kunnen worden gerechtvaardigd door het gebruik van de begroting van het Parlement; dringt er bij het Parlement op aan alle noodzakelijke voorzorgsmaatregelen te nemen om te waarborgen dat externe contractanten de hoogste normen van het arbeidsrecht voor het schoonmaakpersoneel, dat voornamelijk uit vrouwen bestaat, en het cateringpersoneel naleeft, met name wat betreft de psychologische druk en werkomstandigheden; verzoekt het Bureau het uitbestedingsbeleid van het Parlement te heroverwegen;

52. verzoekt de secretaris-generaal en het Bureau voor een cultuur van prestatiegericht begroten te zorgen in de hele administratie van het Parlement, alsook voor een benadering te kiezen die berust op “lean management” om de efficiëntie te vergroten, de milieuduurzaamheid te verbeteren en de bureaucratische rompslomp in het interne werk van de instelling terug te dringen; beklemtoont dat de ervaring van “lean management” neerkomt op de permanente verbetering van de werkprocedure dankzij vereenvoudiging en de ervaring van het administratief personeel;

53. wijst erop dat het personeelsbeleid van het Parlement moet worden herzien zodat de instelling gebruik kan maken van de deskundigheid die door alle personeelsleden van het Parlement is verworven; is van mening dat het daarom noodzakelijk is om de regels te wijzigen zodat alle categorieën personeelsleden, onder wie geaccrediteerde medewerkers, aan interne vergelijkende onderzoeken kunnen deelnemen alsook om HR-ontwikkelingsprogramma’s op te zetten die het Parlement in staat stellen de deskundigheid van deze categorieën te behouden ten dienste van de instelling;

54. verzoekt de secretaris-generaal om de risico’s in verband met het toenemende aantal arbeidscontractanten te beoordelen, met inbegrip van het gevaar dat een tweelagige personeelsstructuur wordt gecreëerd binnen het Parlement; dringt erop aan dat belangrijke vaste functies en taken worden uitgeoefend door vast personeel;

55. dringt aan op meer flexibiliteit en minder bureaucratie in het kantoorbeheer en de contracten van de leden, met het oog op de herhaaldelijke fouten van de onlineplatforms en de moeilijkheden om tijdens de COVID-19-pandemie op afstand te werken; verzoekt het secretariaat-generaal van het Parlement en de financiële diensten een speciale reeks flexibele regels vast te stellen;

56. merkt op dat het Parlement in Brussel per semester ongeveer 250 stagiairs verwelkomt; is van oordeel dat de stagiairs van het Parlement dezelfde reiskorting moeten krijgen als de overige personeelsleden; is van oordeel dat deze maatregelen de begroting van het Parlement niet noemenswaardig zouden belasten en een aanzienlijke lastenverlichting zouden betekenen voor de stagiairs in Brussel;

57. herinnert eraan dat voldoende middelen moeten worden uitgetrokken voor de financiering van culturele en artistieke activiteiten binnen en buiten de gebouwen van het Parlement, teneinde zijn steun aan de culturele en creatieve sector te onderstrepen;

58. herinnert aan de politieke toezegging van het Parlement ten aanzien van zijn externe liaisonbureaus en verzoekt de Europese Dienst voor extern optreden met klem te zorgen voor de noodzakelijke voorwaarden, zoals het gezamenlijk beheer van gebouwen waar dat nodig is, en de accreditatie van het personeel van het Parlement als diplomaten bij de autoriteiten van de gastlanden;

59. dringt aan op tijdige en transparante jaarverslagen van de Autoriteit inzake politieke partijen en stichtingen;

60. is van mening dat de COVID-19 pandemie negatieve gevolgen heeft voor de levendigheid van het Parlement; onderstreept dat het van belang is te zorgen voor een dynamisch en levendig Parlement zodra de COVID-19-crisis voorbij is; verzoekt daarom het Bureau een analyse te maken met het oog op nieuwe praktijken die het Parlement levendiger zouden kunnen maken, en vervolgens aanbevelingen te doen die, indien nodig, via een herziening van het Reglement kunnen worden uitgevoerd;

o

o o

61. stelt de raming voor het begrotingsjaar 2022 vast;

62. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie en de raming te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.

 


 

 

BIJLAGE: VOORONTWERP VAN RAMING

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

VOORONTWERP VAN RAMING

2022

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 


 

 

 

 

 

 

 

 

 

Bijdrage van de Europese Unie aan de financiering van de uitgaven van het Europees Parlement voor het begrotingsjaar 2022

 

 

 

Omschrijving

Bedrag

 

 

Uitgaven

2 112 904 198

Eigen middelen

182 850 000

Te ontvangen bijdrage

1 930 054 198

 

 

 


ONTVANGSTEN

 

Titel - Hoofdstuk - Artikel - Post

Omschrijving

Begroting 2022

Begroting 2021

Uitvoering 2020

3

ADMINISTRATIEVE ONTVANGSTEN

3 0

ONTVANGSTEN VAN FUNCTIONARISSEN

3 0 0

Belastingen en heffingen

97.757.000

93.120.000

93.413.435

3 0 1

Bijdragen aan de pensioenregeling

85091000

83097000

75.574.698

Hoofdstuk 3 0 — Totaal

182.848.000

176.217.000

168.988.133

3 1

 

3 1 0

Verkoop van onroerende goederen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

1.550.185

3 1 1

Verkoop van andere eigendommen

p.m.

p.m.

0

3 1 2

Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0

Hoofdstuk 3 1 — Totaal

p.m.

p.m.

1.550.185

3 2

 

3 2 0

Ontvangsten van de levering van goederen, diensten en werkzaamheden — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0

3 2 1

Terugbetalingen door andere instellingen of organen van vergoedingen voor dienstreizen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0

3 2 2

Ontvangsten van derde partijen met betrekking tot goederen, diensten en werkzaamheden — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0

Hoofdstuk 3 2 — Totaal

p.m.

p.m.

0

3 3

 

3 3 0

Terugbetaling van ten onrechte betaalde bedragen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0

3 3 1

Ontvangsten voor een specifiek doel (inkomsten van stichtingen, subsidies, giften en legaten) — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0

3 3 3

Ontvangen verzekeringsuitkeringen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0

3 3 8

Overige ontvangsten uit het administratieve beheer — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0

3 3 9

Overige ontvangsten uit het administratieve beheer

2.000

2.000

891.685

Hoofdstuk 3 4 — Totaal

2.000

2.000

891.685

Titel 3 — Totaal

182.850.000

176.219.000

171.430.002

4

FINANCIËLE ONTVANGSTEN, ACHTERSTANDSRENTE EN BOETEN

4 0

ONTVANGSTEN VAN UITGEZETTE MIDDELEN EN REKENINGEN

4 0 0

Ontvangsten van uitgezette en uitgeleende middelen en bankrekeningen

p.m.

50.000

2.028

Hoofdstuk 4 0 — Totaal

p.m.

50.000

2.028

Titel 4 — Totaal

p.m.

50.000

2.028

6

ONTVANGSTEN, BIJDRAGEN EN RESTITUTIES IN VERBAND MET UNIEBELEID

6 6

OVERIGE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

6 6 8

Overige bijdragen en terugbetalingen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

p.m.

0

Hoofdstuk 6 6 — Totaal

p.m.

p.m.

0

Titel 6 — Totaal

p.m.

p.m.

0

TOTAAL-GENERAAL

182.850.000

176.269.000

171.432.030

 

 

 

 

 

 

 


UITGAVEN

Algemene samenvatting van de kredieten (2022 en 2021) en van de uitvoering (2020)

Titel - Hoofdstuk - Artikel - Post

Omschrijving

Begroting 2022

Begroting 2021

Uitvoering 2020

1

AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

1 0

LEDEN VAN DE INSTELLING

209.903.000

207.576.273

180.659.038

1 2

AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

714.893.000

693.916.364

679.166.389

1 4

ANDER PERSONEEL EN PRESTATIES VAN DERDEN

185.424.000

173.260.678

150.587.138

1 6

OVERIGE UITGAVEN IN VERBAND MET AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

23.593.050

22.955.600

19.083.918

Titel 1 — Totaal

1.133.813.050

1.097.708.915

1.029.496.483

2

GEBOUWEN, MEUBILAIR, MATERIEEL EN DIVERSE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

2 0

GEBOUWEN EN DAARMEE SAMENHANGENDE KOSTEN

233.538.212

235.657.000

287.339.852

2 1

INFORMATICA, MATERIEEL EN ROERENDE GOEDEREN

198.398.786

191.697.500

204.061.518

2 3

LOPENDE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

8.158.900

6.706.500

6.743.937

Titel 2 — Totaal

440.095.898

434.061.000

498.145.306

3

UITGAVEN VOORTVLOEIEND UIT DE ALGEMENE TAKEN VAN DE INSTELLING

3 0

VERGADERINGEN EN CONFERENTIES

30.153.900

34.700.500

7.838.908

3 2

EXPERTISE EN INFORMATIE: VERWERVING, ARCHIVERING, PRODUCTIE EN VERSPREIDING

152.090.350

150.461.720

107.598.067

Titel 3 — Totaal

182.244.250

185.162.220

115.436.975

4

UITGAVEN VOORTVLOEIEND UIT SPECIALE TAKEN VAN DE INSTELLING

4 0

UITGAVEN IN VERBAND MET BEPAALDE INSTELLINGEN EN ORGANEN

135.000.000

134.000.000

123.200.426

4 2

ASSISTENTIE AAN DE LEDEN

215.911.000

209.443.000

183.989.920

4 4

VERGADERINGEN EN ANDERE ACTIVITEITEN VAN LEDEN EN VOORMALIGE LEDEN

520.000

500.000

480.000

Titel 4 — Totaal

351.431.000

343.943.000

307.670.345

5

AUTORITEIT VOOR EUROPESE POLITIEKE PARTIJEN EN EUROPESE POLITIEKE STICHTINGEN EN COMITÉ VAN ONAFHANKELIJKE VOORAANSTAANDE PERSONEN

5 0

Uitgaven van de Autoriteit voor Europese politieke partijen en Europese politieke stichtingen en van het Comité van onafhankelijke vooraanstaande personen

320.000

300.000

1.845

Titel 5 — Totaal

320.000

300.000

1.845

10

OVERIGE UITGAVEN

10 0

VOORZIENINGEN

p.m.

p.m.

p.m.

10 1

RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

5.000.000

2.346.000

p.m.

10 3

RESERVE VOOR DE UITBREIDING

p.m.

p.m.

p.m.

10 4

RESERVE VOOR HET VOORLICHTINGS- EN COMMUNICATIEBELEID

p.m.

p.m.

p.m.

10 5

VOORZIENINGEN VOOR ONROEREND GOED

p.m.

p.m.

p.m.

10 6

RESERVE VOOR PRIORITAIRE PROJECTEN IN ONTWIKKELING

p.m.

p.m.

p.m.

10 8

RESERVE VOOR EMAS

p.m.

p.m.

p.m.

Titel 10 — Totaal

5.000.000

2.346.000

p.m.

TOTAAL-GENERAAL

2.112.904.198

2.063.521.135

1.950.749.110

 

 

 


AFDELING I — EUROPEES PARLEMENT

Ontvangsten — ONTVANGSTEN

Titel 3 — ADMINISTRATIEVE ONTVANGSTEN

Hoofdstuk 3 0 — ONTVANGSTEN VAN FUNCTIONARISSEN

Artikel 3 0 0 — Bezoldigingen en heffingen

Post 3 0 0 0 — Belasting op bezoldigingen

Cijfers

Begroting 2022

Begroting 2021

Uitvoering 2020

84 658 000

80 695 000

81 341 562,25

Rechtsgronden

Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, met name artikel 12.

Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 van de Raad van 29 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze van heffing van de belasting ten bate van de Europese Gemeenschappen (PB L 56 van 4.3.1968, blz. 8).

Post 3 0 0 1 — Speciale heffingen op bezoldigingen

Cijfers

Begroting 2022

Begroting 2021

Uitvoering 2020

13 099 000

12 425 000

12 071 872,87

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 66 bis.

Artikel 3 0 1 — Bijdragen aan de pensioenregeling

Post 3 0 1 0 — Bijdragen van het personeel aan de pensioenregeling

Cijfers

Begroting 2022

Begroting 2021

Uitvoering 2020

77 051 000

73 087 000

69 173 578,83

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 83, lid 2.

Post 3 0 1 1 — Overdracht of inkoop van pensioenrechten door het personeel

Cijfers

Begroting 2022

Begroting 2021

Uitvoering 2020

8 000 000

10 000 000

6 397 668,43

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 4, artikel 11, leden 2 en 3, en artikel 48 van bijlage VIII.

Post 3 0 1 2 — Bijdragen aan de pensioenregeling door functionarissen met verlof

Cijfers

Begroting 2022

Begroting 2021

Uitvoering 2020

40 000

10 000

3 450,72

Post 3 0 1 4 — Bijdrage van de leden van het Europees Parlement

Cijfers

Begroting 2022

Begroting 2021

Uitvoering 2020

p.m.

p.m.

0,—

Rechtsgronden

Regeling inzake de kosten en vergoedingen van de leden van het Europees Parlement, met name bijlage III.

Referentiebesluiten

Hoofdstuk 3 1 — AAN EIGENDOM GERELATEERDE ONTVANGSTEN

Artikel 3 1 0 — Verkoop van onroerende goederen — Bestemmingsontvangsten

Cijfers

Begroting 2022

Begroting 2021

Uitvoering 2020

p.m.

p.m.

1 550 184,50

Toelichting

Onder dit artikel worden de inkomsten geboekt die afkomstig zijn van de verkoop van onroerende goederen van de instelling.

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Artikel 3 1 1 — Verkoop van andere eigendommen

Cijfers

Begroting 2022

Begroting 2021

Uitvoering 2020

p.m.

p.m.

 

Toelichting

Onder dit artikel worden de ontvangsten geboekt die afkomstig zijn van de verkoop of de overname van andere eigendommen van de instelling.

Artikel 3 1 2 — Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen — Bestemmingsontvangsten

Cijfers

Begroting 2022

Begroting 2021

Uitvoering 2020

p.m.

p.m.

 

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Details van de uitgaven en ontvangsten die voortvloeien uit leningen of huur of de verlening van diensten in het kader van dit begrotingsonderdeel zijn opgenomen in een bijlage bij deze begroting.

Hoofdstuk 3 2 — ONTVANGSTEN VAN DE LEVERING VAN GOEDEREN, DIENSTEN EN WERKZAAMHEDEN — BESTEMMINGSONTVANGSTEN

Artikel 3 2 0 — Ontvangsten van de levering van goederen, diensten en werkzaamheden — Bestemmingsontvangsten

Post 3 2 0 2 — Ontvangsten van de levering van goederen, diensten en werkzaamheden voor andere instellingen, agentschappen en organen van de Unie — Bestemmingsontvangsten

Cijfers

Begroting 2022

Begroting 2021

Uitvoering 2020

p.m.

p.m.

 

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Onder deze post worden de ontvangsten geboekt in verband met de terugbetaling van voor rekening van een andere instelling gedane sociale uitgaven.

Artikel 3 2 1 — Terugbetalingen door andere instellingen of organen van vergoedingen voor dienstreizen — Bestemmingsontvangsten

Cijfers

Begroting 2022

Begroting 2021

Uitvoering 2020

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Onder dit artikel worden de ontvangsten geboekt in verband met de terugbetaling van voor rekening van een andere instelling gedane sociale uitgaven.

Artikel 3 2 2 — Ontvangsten van derden met betrekking tot goederen, diensten en werkzaamheden — Bestemmingsontvangsten

Cijfers

Begroting 2022

Begroting 2021

Uitvoering 2020

p.m.

p.m.

 

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Hoofdstuk 3 3 — OVERIGE ADMINISTRATIEVE ONTVANGSTEN

Artikel 3 3 0 — Terugbetaling van ten onrechte betaalde bedragen — Bestemmingsontvangsten

Cijfers

Begroting 2022

Begroting 2021

Uitvoering 2020

p.m.

p.m.

 

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Artikel 3 3 1 — Ontvangsten voor een specifiek doel (inkomsten van stichtingen, subsidies, giften en legaten) — Bestemmingsontvangsten

Cijfers

Begroting 2022

Begroting 2021

Uitvoering 2020

p.m.

p.m.

 

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 21, lid 2, van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Artikel 3 3 3 — Ontvangen verzekeringsuitkeringen — Bestemmingsontvangsten

Cijfers

Begroting 2022

Begroting 2021

Uitvoering 2020

p.m.

p.m.

 

Toelichting

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Onder dit artikel wordt tevens de terugbetaling door de verzekering van de bezoldiging van ambtenaren in geval van ongevallen geboekt.

Artikel 3 3 8 — Overige ontvangsten uit het administratieve beheer — Bestemmingsontvangsten

Cijfers

Begroting 2022

Begroting 2021

Uitvoering 2020

p.m.

p.m.

 

Toelichting

Onder dit artikel worden andere bijdragen en terugbetalingen in verband met het administratieve beheer van de instelling geboekt.

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 21 van het Financieel Reglement beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van extra kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

Artikel 3 3 9 — Overige ontvangsten uit het administratieve beheer

Cijfers

Begroting 2022

Begroting 2021

Uitvoering 2020

2 000

2 000

891 684,67

Toelichting

Onder dit artikel worden overige ontvangsten uit het administratieve beheer geboekt.

Details van de uitgaven en ontvangsten die voortvloeien uit leningen of huur of de verlening van diensten in het kader van dit artikel zijn opgenomen in een bijlage bij deze begroting.

Titel 4 — FINANCIËLE ONTVANGSTEN, ACHTERSTANDSRENTE EN BOETEN

Hoofdstuk 4 0 — ONTVANGSTEN VAN UITGEZETTE MIDDELEN EN REKENINGEN

Artikel 4 0 0 — Ontvangsten van uitgezette en uitgeleende middelen en bankrekeningen

Cijfers

Begroting 2022

Begroting 2021

Uitvoering 2020

 

50 000

2 027,55

Toelichting

Op dit artikel worden de ontvangsten geboekt die afkomstig zijn van uitgezette of uitgeleende middelen, bankrenten en andere renten, geïnd op de rekeningen van de instelling.

Titel 6 — ONTVANGSTEN, BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN IN VERBAND MET BELEID VAN DE UNIE

Hoofdstuk 6 6 — OVERIGE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

Artikel 6 6 8 — Overige bijdragen en terugbetalingen — Bestemmingsontvangsten

Cijfers

Begroting 2022

Begroting 2021

Uitvoering 2020

p.m.

p.m.

 

Toelichting

Op dit artikel worden, overeenkomstig artikel 21 van het Financieel Reglement, de eventuele ontvangsten geboekt waarin niet is voorzien bij de andere onderdelen van titel 6 en die worden aangewend voor de opvoering van extra kredieten ter financiering van de uitgaven waarvoor deze ontvangsten zijn bestemd.

Uitgaven — UITGAVEN

Titel 1 — AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

Hoofdstuk 1 0 — LEDEN VAN DE INSTELLING

Artikel 1 0 0 — Bezoldigingen en vergoedingen

Post 1 0 0 0 — Bezoldigingen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

79 494 000

76 747 273

76 121 019,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de in het statuut van de leden voorziene bezoldiging.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de leden van het Europees Parlement, met name de artikelen 9 en 10.

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name de artikelen 1 en 2.

Post 1 0 0 4 — Normale reiskosten

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

67 400 000

67 400 000

34 872 664,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de vergoeding van reis- en verblijfkosten in verband met reizen van en naar de plaatsen waar de instelling haar werkzaamheden verricht en andere dienstreizen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 25 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 20.

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name de artikelen 10 tot en met 21 en artikel 24.

Post 1 0 0 5 — Overige reiskosten

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

5 700 000

5 500 000

3 132 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de vergoeding van bijkomende reiskosten, de kosten van reizen in het land van verkiezing.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 20.

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name de artikelen 22 en 23.

Post 1 0 0 6 — Algemene kostenvergoeding

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

39 600 000

39 500 000

39 100 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten die voortvloeien uit de parlementaire werkzaamheden van de leden, overeenkomstig de Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 170 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 20.

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name de artikelen 25 tot en met 28.

Post 1 0 0 7 — Ambtsvergoedingen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

191 000

191 000

190 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de vaste verblijfs- en representatievergoedingen in verband met het uitoefenen van de functie van Voorzitter van het Europees Parlement.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 20.

Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 17 juni 2009.

Artikel 1 0 1 — Ongevallen- en ziektekostenverzekering en andere sociale voorzieningen

Post 1 0 1 0 — Ongevallen- en ziektekostenverzekering en andere sociale lasten

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

3 017 000

2 819 000

2 685 449,75

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de ongevallenverzekering, de vergoeding van medische kosten en de verzekering tegen verlies en diefstal van persoonlijke bezittingen van de leden.

Het dient tevens ter dekking van verzekering en bijstand in geval van repatriëring van de leden bij een officiële reis, als gevolg van ernstige ziekte, ongeval of onvoorziene omstandigheden waardoor voortzetting van de reis onmogelijk is. De bijstand omvat het organiseren van de repatriëring en het voor rekening nemen van de aan de repatriëring verbonden kosten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 200 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de leden van het Europees Parlement, met name de artikelen 18 en 19.

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name de artikelen 3 tot en met 9 en artikel 29.

Gemeenschappelijke regeling voor de verzekering van ambtenaren van de Europese Unie tegen ongevallen en beroepsziekten.

Gemeenschappelijke regeling voor de verzekering van ambtenaren van de Europese Gemeenschappen tegen ziekten.

Besluit van de Commissie houdende vaststelling van de algemene uitvoeringsbepalingen voor de vergoeding van ziektekosten.

Post 1 0 1 2 — Specifieke voorzieningen ten behoeve van gehandicapte leden

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

1 431 000

1 258 000

325 405,01

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van bepaalde uitgaven die nodig zijn om bijstand te verlenen aan ernstig gehandicapte leden.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

Rechtsgronden

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 30.

Artikel 1 0 2 — Overbruggingstoelagen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

1 186 000

2 010 000

14 017 500,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de overbruggingstoelage bij ambtsbeëindiging van leden.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 13.

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name de artikelen 45 tot en met 48 en artikel 77.

Artikel 1 0 3 — Pensioenen

Post 1 0 3 0 — Ouderdomspensioenen (KVL)

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

9 000 000

9 270 000

7 998 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitkering van een ouderdomspensioen na beëindiging van het mandaat van een lid.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 150 000 EUR.

Rechtsgronden

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 75, en bijlage III bij de KVL-regeling (regeling kosten en vergoedingen van leden van het Europees Parlement).

Post 1 0 3 1 — Invaliditeitspensioenen (KVL)

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

190 000

171 000

171 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitkering van een pensioen bij invaliditeit van een lid die tijdens het mandaat is ontstaan.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

Rechtsgronden

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 75, en bijlage II bij de KVL-regeling (regeling kosten en vergoedingen van leden van het Europees Parlement).

Post 1 0 3 2 — Overlevingspensioenen (KVL)

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

1 944 000

1 959 000

1 846 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitkering van een overlevings- of wezenpensioen bij overlijden van een lid of van een voormalig lid.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 15 000 EUR.

Rechtsgronden

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 75, en bijlage I bij de KVL-regeling (regeling kosten en vergoedingen van leden van het Europees Parlement).

Post 1 0 3 3 — Vrijwillige pensioenregeling van de leden

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

p.m.

1 000

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bijdrage van de instelling aan de vrijwillige aanvullende-pensioenregeling voor leden van het Parlement.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 500 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 27.

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 76, en bijlage VII bij de KVL-regeling (regeling kosten en vergoedingen van leden van het Europees Parlement).

Artikel 1 0 5 — Talen- en computercursussen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

750 000

750 000

200 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van talen- en computercursussen voor de leden.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Rechtsgronden

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 44.

Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 23 oktober 2017 betreffende talen- en computercursussen voor de leden.

Hoofdstuk 1 2 — AMBTENAREN EN TIJDELIJKE FUNCTIONARISSEN

Artikel 1 2 0 — Salaris en andere rechten

Post 1 2 0 0 — Salaris en vergoedingen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

708 973 000

688 256 364

672 940 000,00

Toelichting

Dit krediet dient vooral ter dekking, voor de ambtenaren en tijdelijke functionarissen die een ambt bekleden op de lijst van het aantal ambten, van:

 de salarissen, vergoedingen en aan de salarissen gekoppelde toelagen;

 de ziekte-, ongevallen- en beroepsziektekostenverzekering en andere sociale lasten;

 de forfaitaire vergoedingen voor overuren;

 de overige toelagen en vergoedingen;

 de betaling van de jaarlijkse reiskosten van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen, hun echtgenoten en de personen te hunnen laste van de standplaats naar de plaats van herkomst;

 de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op de bezoldigingen en op het gedeelte van de emolumenten dat naar een ander land dan dat van de standplaats wordt overgemaakt;

 de werkloosheidsverzekering voor tijdelijke functionarissen, alsmede betalingen met het oog op de totstandkoming of de handhaving van pensioenrechten in het land van herkomst van tijdelijke functionarissen.

Dit krediet dient tevens ter dekking van de premies voor de verzekering van ongevallen in verband met sportactiviteiten voor gebruikers van de sportcentra van het Europees Parlement in Brussel, Luxemburg en Straatsburg.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 450 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Post 1 2 0 2 — Betaalde overuren

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

100 000

100 000

26 389,19

Toelichting

Dit krediet dient voor het uitbetalen van overuren onder de voorwaarden vervat in de rechtsgronden.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 56 en bijlage VI.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Post 1 2 0 4 — Rechten in verband met indiensttreding, overplaatsing en beëindiging van de dienst

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

3 100 000

3 000 000

3 850 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

 de reiskosten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen (en van hun gezinsleden) bij indiensttreding, beëindiging van de dienst of overplaatsing met verandering van standplaats;

 de inrichtings- en herinrichtingsvergoedingen en de verhuiskosten voor ambtenaren en tijdelijke functionarissen die bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een andere standplaats van woonplaats moeten veranderen, en voor ambtenaren die zich bij de definitieve beëindiging van de dienst in een andere plaats vestigen;

 de dagvergoedingen die verschuldigd zijn aan ambtenaren en tijdelijke functionarissen die aantonen dat zij bij indiensttreding of bij tewerkstelling in een nieuwe standplaats genoodzaakt zijn van woonplaats te veranderen;

 de ontslagvergoeding voor ambtenaren op proef in geval van hun kennelijke onbekwaamheid;

 de vergoeding in geval van ontbinding door de instelling van het contract met een tijdelijk personeelslid;

 het verschil tussen de bijdragen van de contractuele functionarissen aan een pensioenstelsel van een lidstaat en die welke zij aan het communautaire stelsel moeten afdragen in geval van herkwalificatie van een contract.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Artikel 1 2 2 — Vergoedingen bij vervroegde beëindiging van de dienst

Post 1 2 2 0 — Vergoedingen bij ontheffing van het ambt en verlof om redenen van dienstbelang

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

2 720 000

2 560 000

2 350 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de vergoedingen:

 aan ambtenaren die ter beschikking zijn gesteld ingevolge een maatregel tot vermindering van het aantal ambten bij de instelling;

 aan ambtenaren die op verlof zijn geplaatst om organisatorische redenen die verband houden met de verwerving van nieuwe vaardigheden binnen de instelling;

 aan ambtenaren en tijdelijke functionarissen van fracties, die een ambt bekleden in rang AD 16 of AD 15 en van dit ambt worden ontheven om redenen van dienstbelang.

Het dient ook ter dekking van de werkgeversbijdrage voor de ziektekostenverzekering en de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten hierop (met uitzondering van de personen die vallen onder artikel 42 quater van het Statuut, die geen recht hebben op de aanpassingscoëfficiënt).

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 41, 42 quater en 50, alsmede bijlage IV, en artikel 48 bis van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Post 1 2 2 2 — Vergoedingen bij definitieve beëindiging van de dienst en speciale pensioenregeling voor ambtenaren en tijdelijke functionarissen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

 de vergoedingen die verschuldigd zijn uit hoofde van het Statuut of van de Verordeningen (EG, Euratom, EGKS) nr. 2689/95 en (EG, Euratom) nr. 1748/2002 van de Raad;

 de werkgeversbijdrage voor de ziektekostenverzekering van de begunstigden van deze vergoedingen;

 de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten die voor de diverse vergoedingen gelden.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 64 en 72.

Verordening (EG, Euratom, EGKS) nr. 2689/95 van de Raad van 17 november 1995 tot vaststelling van bijzondere maatregelen betreffende de beëindiging van de dienst van tijdelijke functionarissen van de Europese Gemeenschappen naar aanleiding van de toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden (PB L 280 van 23.11.1995, blz. 4).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1748/2002 van de Raad van 30 september 2002 tot vaststelling, in het kader van de modernisering van de instelling, van bijzondere maatregelen inzake beëindiging van de dienst door ambtenaren van de Europese Gemeenschappen die in vaste dienst bij het Europees Parlement zijn aangesteld, en tijdelijke functionarissen van de politieke fracties van het Europees Parlement (PB L 264 van 2.10.2002, blz. 9).

Hoofdstuk 1 4 — ANDER PERSONEEL EN PRESTATIES VAN DERDEN

Artikel 1 4 0 — Andere personeelsleden en externe personen

Post 1 4 0 0 — Andere personeelsleden — Secretariaat-generaal en fracties

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

68 974 000

65 039 727

57 462 658,70

Toelichting

Dit krediet dient hoofdzakelijk ter dekking van:

 de bezoldiging, met inbegrip van toewijzingen en vergoedingen, van de andere personeelsleden, met inbegrip van arbeidscontractanten en bijzondere adviseurs (overeenkomstig de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie), de werkgeversbijdrage voor de diverse socialezekerheidsregelingen, voor het grootste deel voor het communautaire stelsel, en de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op de vergoedingen van deze personeelsleden;

 het inschakelen van uitzendkrachten;

Van dit krediet zijn de uitgaven uitgesloten voor:

 de andere personeelsleden die werkzaam zijn in het directoraat-generaal Beveiliging en Veiligheid en die taken uitvoeren die verband houden met de beveiliging van personen en goederen, de informatiebeveiliging alsook met de risicobeoordeling;

 andere personeelsleden die werkzaam zijn als chauffeur in het secretariaat-generaal.

Een deel van dit krediet dient om personen met een handicap aan te werven als arbeidscontractanten, overeenkomstig het Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 7 en 9 juli 2008.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 4 317 000 EUR.

Rechtsgronden

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie (titel IV, titel V en titel VI).

Algemene uitvoeringsbepalingen inzake vergelijkende onderzoeken en selectieprocedures, aanwerving en inschaling van ambtenaren en andere personeelsleden van het Europees Parlement (besluit van de secretaris-generaal van het Europees Parlement van 17 oktober 2014).

Post 1 4 0 1 — Andere personeelsleden — Beveiliging

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

39 993 000

34 584 545

31 022 000,00

Toelichting

Dit krediet dient hoofdzakelijk ter dekking van de volgende uitgaven voor de andere personeelsleden die werkzaam zijn in het directoraat-generaal Beveiliging en Veiligheid en die taken uitvoeren die verband houden met de beveiliging van personen en goederen, de informatiebeveiliging alsook met de risicobeoordeling:

 de bezoldiging van arbeidscontractanten en arbeidscontractanten voor hulptaken, met inbegrip van de toelagen en vergoedingen alsook de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op hun vergoedingen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 500 000 EUR.

Rechtsgronden

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie (titel IV).

Algemene uitvoeringsbepalingen inzake vergelijkende onderzoeken en selectieprocedures, aanwerving en inschaling van ambtenaren en andere personeelsleden van het Europees Parlement (besluit van de secretaris-generaal van het Europees Parlement van 17 oktober 2014).

Post 1 4 0 2 — Andere personeelsleden — Chauffeurs in het secretariaat-generaal

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

7 600 000

7 444 545

7 266 000,00

Toelichting

Dit krediet dient hoofdzakelijk ter dekking van de volgende uitgaven in verband met de andere personeelsleden die in het secretariaat-generaal de taken van chauffeur uitvoeren of die zorgen voor de coördinatie ervan:

 de bezoldiging van arbeidscontractanten en arbeidscontractanten voor hulptaken, met inbegrip van de toelagen en vergoedingen alsook de gevolgen van de toepassing van de aanpassingscoëfficiënten op hun vergoedingen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Rechtsgronden

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie (titel IV).

Algemene uitvoeringsbepalingen inzake vergelijkende onderzoeken en selectieprocedures, aanwerving en inschaling van ambtenaren en andere personeelsleden van het Europees Parlement (besluit van de secretaris-generaal van het Europees Parlement van 17 oktober 2014).

Post 1 4 0 4 — Stages, gedetacheerde nationale deskundigen, uitwisseling van ambtenaren en studiebezoeken

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

10 262 000

10 130 440

8 270 950,34

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

 emolumenten voor stagiairs (beurzen), met inbegrip van eventuele kostwinnerstoelagen;

 reiskosten voor stagiairs;

 de bijkomende kosten die rechtstreeks voortvloeien uit hun handicap;

 de kosten van ziektekosten- en ongevallenverzekeringen voor stagiairs;

 de kosten van het houden van informatiebijeenkomsten of trainingen voor stagiairs;

 subsidie aan het Comité voor Schuman-stages;

 de uitgaven die voortvloeien uit het wederzijds ter beschikking stellen van personeel door het Europees Parlement en de ambtenarenapparaten van de lidstaten, kandidaat-lidstaten en internationale organisaties die specifiek in de regeling worden genoemd;

 de kosten in verband met de detachering van nationale deskundigen bij het Europees Parlement, met inbegrip van vergoedingen en reiskosten;

 de kosten van ongevallenverzekeringen voor gedetacheerde deskundigen;

 de vergoeding van studiebezoeken en studiebeurzen;

 de organisatie van opleidingen voor conferentietolken en vertalers, met name in samenwerking met tolkenscholen en universiteiten die een vertalersopleiding aanbieden, alsmede de kosten voor de toekenning van beurzen voor de opleiding en bijscholing van tolken en vertalers, de aankoop van didactisch materiaal alsmede bijkomende kosten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

Rechtsgronden

Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 7 maart 2005 betreffende de regeling inzake de terbeschikkingstelling van ambtenaren van het Europees Parlement en tijdelijke functionarissen van fracties bij nationale administraties, hiermee gelijkgestelde organen of internationale organisaties.

Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 4 mei 2009 betreffende de regeling inzake de detachering van nationale deskundigen bij het Europees Parlement.

Besluit van de secretaris-generaal van het Europees Parlement van 18 juni 2019 betreffende de interne regels voor stages bij en studiebezoeken aan het secretariaat-generaal van het Europees Parlement.

Post 1 4 0 5 — Uitgaven voor tolkendiensten

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

50 395 000

48 487 421

38 506 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de volgende uitgaven:

 de vergoedingen en hiermee gelijkgestelde toelagen, sociale bijdragen en andere kosten van de contractuele conferentietolken die door het Europees Parlement worden aangeworven voor vergaderingen die het Europees Parlement voor zichzelf of voor andere instellingen of organen organiseert, waarvoor de benodigde diensten niet door de tolken die als ambtenaar of tijdelijk functionaris werkzaam zijn, kunnen worden geleverd;

 de uitgaven voor technisch en ander personeel voor conferenties voor de hierboven genoemde vergaderingen, wanneer de benodigde diensten niet door ambtenaren, tijdelijke functionarissen of andere personeelsleden van het Europees Parlement kunnen worden geleverd;

 de kosten in verband met de voor het Parlement verrichte diensten van tolken die werkzaam zijn bij andere regionale, nationale of internationale instellingen;

 de kosten in verband met vertolkingsactiviteiten, in het bijzonder de voorbereiding op vergaderingen en de opleiding en selectie van tolken;

 de aan de Commissie betaalde kosten voor het beheer van de betalingen aan de conferentietolken.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 2 600 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Overeenkomst betreffende de arbeidsvoorwaarden en de financiële regeling voor de als hulpfunctionaris aangestelde conferentietolken (en de uitvoeringsbepalingen daarvan), vastgesteld op 28 juli 1999, zoals geannoteerd op 13 oktober 2004 en zoals herzien op 31 juli 2008.

Post 1 4 0 6 — Waarnemers

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten betreffende de waarnemers, overeenkomstig artikel 13 van het Reglement van orde van het Europees Parlement.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Artikel 1 4 2 — Externe vertalingsdiensten

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

8 200 000

7 574 000

8 059 529,39

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van door derden verrichte diensten op het gebied van vertaling, tekstredactie, typewerkzaamheden, codering en technische assistentie.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 50 000 EUR.

Hoofdstuk 1 6 — OVERIGE UITGAVEN IN VERBAND MET AAN DE INSTELLING VERBONDEN PERSONEN

Artikel 1 6 1 — Uitgaven in verband met personeelsbeheer

Post 1 6 1 0 — Aanwerving van personeel

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

160 000

150 000

43 321,97

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

 de kosten voor het organiseren van de in artikel 3 van Besluit 2002/621/EG bedoelde vergelijkende onderzoeken, alsmede de reis- en verblijfkosten van de kandidaten voor aanwervingsgesprekken;

 de kosten van de organisatie van procedures voor de aanwerving van personeelsleden.

In gevallen waarin een en ander naar behoren is aangetoond op grond van functionele behoeften en na raadpleging van het Europees Bureau voor personeelsselectie, kan een deel van dit krediet worden gebruikt voor door de instelling zelf georganiseerde vergelijkende onderzoeken.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 27 tot en met 31 en artikel 33, en bijlage III.

Besluit 2002/620/EG van het Europees Parlement, de Raad, de Commissie, het Hof van Justitie, de Rekenkamer, het Economisch en Sociaal Comité, het Comité van de Regio’s en de Europese Ombudsman van 25 juli 2002 betreffende de oprichting van het Bureau voor personeelsselectie van de Europese Gemeenschappen (PB L 197 van 26.7.2002, blz. 53) en Besluit 2002/621/EG van de secretarissen-generaal van het Europees Parlement, van de Raad en van de Commissie, de griffier van het Hof van Justitie, de secretarissen-generaal van de Rekenkamer, van het Economisch en Sociaal Comité en van het Comité van de Regio’s, en de vertegenwoordiger van de Europese Ombudsman van 25 juli 2002 betreffende de organisatie en de werking van het Bureau voor personeelsselectie van de Europese Gemeenschappen (PB L 197 van 26.7.2002, blz. 56).

Post 1 6 1 2 — Opleiding en ontwikkeling

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

8 181 000

8 115 000

3 751 222,47

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor opleiding met als doel de vaardigheden van het personeel en de prestaties en de efficiëntie van de instelling te verbeteren, bijvoorbeeld door de organisatie van talencursussen in de officiële werktalen.

Het dient ook ter dekking van de uitgaven voor andere opleidingen ten behoeve van de leden.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 24 bis.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Artikel 1 6 3 — Voorzieningen voor het personeel van de instelling

Post 1 6 3 0 — Sociale dienst

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

853 700

867 250

584 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

 in het kader van het interinstitutionele gehandicaptenbeleid, voor gehandicapten die behoren tot een van de volgende groepen:

—  ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst,

—  echtgenoten van ambtenaren en tijdelijke functionarissen in actieve dienst,

—  kinderen ten laste in de zin van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie;

de op grond van de handicap gemaakte, als noodzakelijk erkende, naar behoren aangetoonde niet-medische kosten die niet door de Gemeenschappelijke Regeling voor de ziektekostenverzekering worden vergoed, binnen de grenzen van de budgettaire mogelijkheden en na uitputting van de eventuele rechten die door het land van herkomst of woonplaats worden toegekend;

 de kosten voor bijstand aan ambtenaren en andere personeelsleden die in zeer benarde omstandigheden verkeren;

 de verstrekking van een subsidie voor het Personeelscomité en kleinere uitgaven van sociale aard. De door het Personeelscomité gefinancierde bijdragen of overname van kosten ten behoeve van deelnemers aan sociale activiteiten zijn bestemd voor activiteiten met een sociale, culturele of taaldimensie, maar er wordt geen subsidie verleend aan individuele personeelsleden of gezinsleden;

 andere institutionele of interinstitutionele maatregelen van sociale aard ten behoeve van ambtenaren, ander personeel en gepensioneerden;

 redelijke maatregelen voor het bieden van ondersteuning aan of uitgaven voor medisch of sociaal onderzoek voor ambtenaren en ander personeel met een handicap tijdens de aanwervingsprocedure of met behoefte aan voorzieningen als gevolg van gebeurtenissen tijdens hun loopbaan, en stagiairs met een handicap tijdens de selectieprocedure, uit hoofde van artikel 1 quinquies van het Statuut van de ambtenaren, in het bijzonder individuele ondersteuning op de arbeidsplaats, met inbegrip van vervoer, of tijdens dienstreizen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 70 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 1 quinquies, artikel 9, lid 3, derde alinea, en artikel 76.

Post 1 6 3 1 — Mobiliteit

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

1 760 000

1 610 000

515 269,21

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor het mobiliteitsplan in de verschillende werklocaties.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

Post 1 6 3 2 — Sociale betrekkingen tussen de leden van het personeel en andere maatregelen op sociaal gebied

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

265 000

265 000

210 762,89

Toelichting

Dit krediet dient ter aanmoediging en financiële ondersteuning van alle initiatieven ter bevordering van sociale contacten tussen personeelsleden van verschillende nationaliteiten, zoals subsidies voor verenigingen van het personeel, sportclubs en culturele verenigingen, alsmede voor een bijdrage in de kosten van een ontmoetingscentrum (voor culturele en sportactiviteiten, andere ontspanning, een restaurant) voor vrijetijdsbesteding.

Het dient tevens ter dekking van de financiële bijdrage in de interinstitutionele sociale activiteiten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 600 000 EUR.

Artikel 1 6 5 — Activiteiten met betrekking tot alle aan de instelling verbonden personen

Post 1 6 5 0 — Gezondheid en preventie

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

1 922 350

1 892 350

2 254 195,14

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de huishoudelijke uitgaven van de medische diensten, de dienst Afhandeling ziekteverzuim, de afdeling Preventie en Welzijn op het werk en de afdeling Gelijkheid, Inclusie en Diversiteit in Brussel, Luxemburg en Straatsburg, met inbegrip van de medische controles, de aanschaf van materieel en geneesmiddelen, alsook de kosten van medisch onderzoek, met name in het kader van de arbeidsgeneeskunde, de medische onderzoeken in verband met aanwerving, de periodieke medische onderzoeken en het gezondheidstoezicht voor “beveiligingsposten, posten in de bewaking en posten met een vastgesteld risico”, de medische verslagen, ergonomie, de huishoudelijke uitgaven van het invaliditeitscomité, arbitrage en advies van deskundigen, alsmede van de diensten van externe medische of paramedische specialisten die door de raadgevend geneesheren noodzakelijk worden geacht.

Tevens dient het ter dekking van de aanschaf van bepaalde werkmiddelen die vanuit medisch oogpunt noodzakelijk worden geacht, samen met uitgaven voor verleners van medische of paramedische diensten of tijdelijk vervangend personeel.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de artikelen 33 en 59, en bijlage II, artikel 8.

Post 1 6 5 2 — Catering

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

774 000

750 000

2 659 145,84

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de catering voor officiële evenementen en vergaderingen op hoog niveau en voor bepaalde sociale maatregelen die het Europees Parlement heeft goedgekeurd.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Post 1 6 5 4 — Voorzieningen voor kinderopvang

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

8 937 000

8 655 000

8 440 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bijdrage van het Europees Parlement aan het totaal van de uitgaven voor organisatie en voor dienstverlening voor de interne voorzieningen voor kinderopvang, alsook voor de externe voorzieningen voor kinderopvang waarmee een contract is afgesloten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 3 300 000 EUR.

Post 1 6 5 5 — Bijdrage van het Europees Parlement voor geaccrediteerde type II-Europese scholen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

740 000

651 000

626 000,00

Toelichting

Tenuitvoerlegging van Besluit C(2013) 4886 van de Commissie van 1 augustus 2013 betreffende de toepassing van de EU-bijdrage voor door de raad van bestuur van de Europese Scholen geaccrediteerde Europese Scholen, naar gelang van het aantal ingeschreven kinderen van EU-personeel, tot vervanging van Besluit C(2009) 7719 van de Commissie van 14 oktober 2009, gewijzigd bij Besluit C(2010) 7993 van de Commissie van 8 december 2010 (PB C 222 van 2.8.2013, blz. 8).

Dit krediet dient ter dekking van de bijdrage van het Europees Parlement aan de type II-Europese scholen geaccrediteerd door de raad van bestuur van de Europese scholen of de terugbetaling van de door de Commissie namens het Europees Parlement betaalde bijdrage aan de type II-Europese scholen geaccrediteerd door de raad van bestuur van de Europese scholen. Het dekt de kosten voor in een type II-Europese school ingeschreven kinderen van personeelsleden van het Europees Parlement die vallen onder het Personeelsstatuut.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Titel 2 — GEBOUWEN, MEUBILAIR, MATERIEEL EN DIVERSE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

Toelichting

Daar de dekking van de risico’s van arbeidsconflicten en terroristische aanslagen waaraan de gebouwen van het Europees Parlement zijn blootgesteld door de verzekeringsmaatschappijen is opgezegd, dienen deze risico’s door de algemene begroting van de Unie te worden gedekt.

Dientengevolge dienen de kredieten van deze titel ter dekking van alle uitgaven als gevolg van schade door arbeidsconflicten en terroristische aanslagen.

Hoofdstuk 2 0 — Gebouwen en daarmee samenhangende kosten

Artikel 2 0 0 — Gebouwen

Post 2 0 0 0 — Huur

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

25 204 212

27 301 000

32 860 983,74

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de huurbedragen betreffende de onroerende goederen of gedeelten daarvan die door het Europees Parlement worden gebruikt.

Tevens dient het ter dekking van de onroerende voorheffing. De huren zijn berekend over twaalf maanden en op basis van bestaande of in voorbereiding zijnde contracten, die normaliter voorzien in een indexering op basis van de kosten van het levensonderhoud of van de bouwkosten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 3 000 000 EUR.

Financiële bijdragen van de lidstaten of hun openbare instanties in de vorm van financiering of terugbetaling van kosten en van bijkomende kosten in verband met de aankoop of het gebruik van grond, gebouwen, alsmede van kosten in verband met gebouwen en faciliteiten van de instelling, worden beschouwd als externe bestemmingsontvangsten in de zin van artikel 21, lid 2, van het Financieel Reglement.

Post 2 0 0 1 — Erfpacht

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

p.m.

p.m.

63 351 124,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de erfpacht van gebouwen of gedeelten van gebouwen op grond van lopende of in voorbereiding zijnde contracten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 50 000 EUR.

Financiële bijdragen van de lidstaten of hun openbare instanties in de vorm van financiering of terugbetaling van kosten en van bijkomende kosten in verband met de aankoop of het gebruik van grond, gebouwen, alsmede van kosten in verband met gebouwen en faciliteiten van de instelling, worden beschouwd als externe bestemmingsontvangsten in de zin van artikel 21, lid 2, van het Financieel Reglement.

Post 2 0 0 3 — Aankoop van gebouwen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aankoop van onroerende goederen. De subsidies voor de grondstukken en het bouwrijp maken ervan worden behandeld overeenkomstig het Financieel Reglement.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 810 000 EUR.

Financiële bijdragen van de lidstaten of hun openbare instanties in de vorm van financiering of terugbetaling van kosten en van bijkomende kosten in verband met de aankoop of het gebruik van grond, gebouwen, alsmede van kosten in verband met gebouwen en faciliteiten van de instelling, worden beschouwd als externe bestemmingsontvangsten in de zin van artikel 21, lid 2, van het Financieel Reglement.

Post 2 0 0 7 — Inrichting van dienstruimten

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

95 010 000

96 927 000

82 602 123,11

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

 de kosten van de bouw van gebouwen (werkzaamheden, honoraria voor studies, eerste inrichting en uitrusting noodzakelijk voor ingebruikneming en alle hieraan gerelateerde kosten),

 de werkzaamheden in verband met de inrichting van dienstruimten, alsmede van andere hiermee samenhangende uitgaven, en met name architecten- of ingenieurshonoraria.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 472 000 EUR.

Financiële bijdragen van de lidstaten of hun openbare instanties in de vorm van financiering of terugbetaling van kosten en van bijkomende kosten in verband met de aankoop of het gebruik van grond, gebouwen, alsmede van kosten in verband met gebouwen en faciliteiten van de instelling, worden beschouwd als externe bestemmingsontvangsten in de zin van artikel 21, lid 2, van het Financieel Reglement.

Post 2 0 0 8 — Overige specifieke regelingen voor het beheer van onroerend goed

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

6 319 000

5 607 000

4 768 725,09

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor het beheer van onroerend goed waarin door de overige artikelen van dit hoofdstuk niet speciaal is voorzien, en met name:

 het beheer en de behandeling van afval;

 verplichte controles, kwaliteitscontroles, expertises, audits, toezicht op de naleving van de regelgeving enz.;

 de technische bibliotheek;

 assistentie bij het beheer (building helpdesk);

 het beheer van de plannen van de gebouwen en het informatiemateriaal;

 de overige uitgaven.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 268 000 EUR.

Artikel 2 0 2 — Uitgaven in verband met de gebouwen

Post 2 0 2 2 — Onderhoud en schoonmaak van en toezicht op de gebouwen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

68 170 000

67 790 000

66 344 523,15

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van onderhoud en schoonmaak van en toezicht op de gebouwen (ruimten en technische installaties) die eigendom zijn van of gehuurd worden door het Europees Parlement, overeenkomstig de lopende contracten.

Voorafgaand aan de hernieuwing of de sluiting van contracten, overlegt de instelling met de andere instellingen over de door elk van hen verkregen contractuele voorwaarden (prijs, valuta, indexering, duur, andere clausules) met inachtneming van artikel 164 van het Financieel Reglement.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 479 000 EUR.

Post 2 0 2 4 — Energieverbruik

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

17 435 000

17 580 000

14 614 135,86

Toelichting

Dit krediet dient met name ter dekking van de kosten van het gebruik van water, gas, elektriciteit en verwarming.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 150 000 EUR.

Post 2 0 2 6 — Veiligheid van en toezicht op de gebouwen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

16 300 000

19 530 000

19 229 306,83

Toelichting

Dit krediet dient voornamelijk ter dekking van de kosten van de bewaking van en het toezicht op de gebouwen die het Europees Parlement in gebruik heeft in de drie gebruikelijke werklocaties, zijn voorlichtingskantoren in de Unie en zijn buitenkantoren in derde landen.

Voorafgaand aan de hernieuwing of de sluiting van contracten, overlegt de instelling met de andere instellingen over de door elk van hen verkregen contractuele voorwaarden (prijs, valuta, indexering, duur, andere clausules) met inachtneming van artikel 164 van het Financieel Reglement.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 000 EUR.

Post 2 0 2 8 — Verzekeringen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

5 100 000

922 000

3 568 929,87

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van verzekeringspremies.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

Hoofdstuk 2 1 — INFORMATICA, MATERIEEL EN ROEREND GOED

Toelichting

Op het gebied van overheidsopdrachten overlegt de instelling met de andere instellingen over de door elk van hen verkregen voorwaarden.

Artikel 2 1 0 — Informatica en telecommunicatie

Post 2 1 0 0 — Informatica en telecommunicatie — Terugkerende operationele activiteiten

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

29 845 000

29 326 000

27 153 663,43

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de aankoop, de huur en het onderhoud van de hardware en software, alsook ter dekking van de kosten van de service- en adviesbedrijven voor bijstand en voor de terugkerende operationele activiteiten die nodig zijn voor de goede werking van de informatica- en telecommunicatiesystemen van het Europees Parlement. Deze uitgaven betreffen in het bijzonder de systemen van het informaticacentrum en het telecommunicatiecentrum, het materiaal voor de afdelingen en het beheer van het netwerk.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 308 000 EUR.

Post 2 1 0 1 — Informatica en telecommunicatie — Terugkerende operationele activiteiten in verband met de infrastructuur

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

31 181 836

30 104 000

24 900 870,57

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de aankoop, de huur en het onderhoud van de hardware en software, alsook ter dekking van de kosten van de service- en adviesbedrijven voor bijstand en voor de terugkerende operationele activiteiten met betrekking tot het beheer en het onderhoud van de infrastructuur in verband met de informatica- en telecommunicatiesystemen van het Europees Parlement, met inbegrip van cloudgerelateerde diensten. Deze uitgaven betreffen met name de infrastructuur in verband met de netwerken, de bekabeling, de telecommunicatie, de individuele uitrustingen en de stemsystemen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 132 000 EUR.

Post 2 1 0 2 — Informatica en telecommunicatie — Terugkerende operationele activiteiten in verband met algemene ondersteuning van gebruikers

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

16 376 000

14 136 000

16 621 063,68

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voor de aankoop, de huur en het onderhoud van de hardware en software, alsook ter dekking van de kosten van de service- en adviesbedrijven voor bijstand en voor de terugkerende activiteiten met betrekking tot de bijstand en algemene ondersteuning van gebruikers in verband met de informatica- en telecommunicatiesystemen van het Europees Parlement. Deze uitgaven betreffen de ondersteunende diensten voor de leden en andere gebruikers, met name voor administratieve en wetgevingsapplicaties, applicaties op het gebied van veiligheid en beveiliging, en communicatie-applicaties.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 40 000 EUR.

Post 2 1 0 3 — Informatica en telecommunicatie — Terugkerende activiteiten met betrekking tot het beheer van ICT-applicaties

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

30 540 850

29 821 000

28 881 910,76

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de aankoop, de huur en het onderhoud van de hardware en software en de daarmee verband houdende werkzaamheden, alsook ter dekking van de kosten van de service- en adviesbedrijven voor bijstand en voor de terugkerende activiteiten met betrekking tot het beheer van de ICT-applicaties van de instelling. Deze uitgaven betreffen met name de applicaties voor de leden, de communicatie-, veiligheids- en beveiligingsapplicaties, alsook de administratieve en de wetgevingsapplicaties.

Het dient ook ter dekking van de uitgaven voor de ICT-apparatuur die gezamenlijk gefinancierd wordt in het kader van de interinstitutionele samenwerking op taalgebied, als gevolg van de besluiten van het Interinstitutioneel Comité voor vertaling en vertolking.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

Post 2 1 0 4 — Informatica en telecommunicatie — Infrastructuurinvesteringen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

18 090 100

20 361 000

37 539 434,59

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de aankoop van de hardware en software, alsook ter dekking van de kosten van de service- en adviesbedrijven voor bijstand en voor investeringen met betrekking tot de informatica- en telecommunicatie-infrastructuur van het Europees Parlement. De investeringen betreffen met name de systemen van het informaticacentrum en het telecommunicatiecentrum, de netwerken, de bekabeling, alsook de videoconferentiesystemen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 125 000 EUR.

Post 2 1 0 5 — Informatica en telecommunicatie — Projectinvesteringen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

34 538 500

31 973 000

28 860 492,76

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor de aankoop van de hardware en software, alsook ter dekking van de kosten van de service- en adviesbedrijven voor bijstand en voor investeringen met betrekking tot bestaande of nieuwe ICT-projecten. De investeringen betreffen vooral toepassingen voor de leden, toepassingen op het gebied van wetgeving, administratie, financiën, communicatie, veiligheid en beveiliging, alsook toepassingen met betrekking tot het beheer van de informatie- en communicatietechnologieën.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 27 000 EUR.

Artikel 2 1 2 — Meubilair

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

5 630 000

4 910 000

7 398 911,59

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aankoop, de huur, het onderhoud en de reparatie van meubilair, met name de aankoop van ergonomisch kantoormeubilair en de vervanging van verouderd meubilair en meubilair dat niet langer wordt gebruikt, alsmede van kantoormachines. Het dient tevens ter dekking van de diverse beheersuitgaven in verband met het meubilair van het Europees Parlement.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

Artikel 2 1 4 — Technisch materieel en technische installaties

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

27 131 500

26 467 500

29 961 029,02

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van aankoop, huur, onderhoud, reparatie en beheer van technisch materieel en technische installaties, met name:

 diverse vaste of mobiele apparatuur en technische installaties in verband met drukkerij, beveiliging (inclusief software), kantines, gebouwen, opleiding van personeel, sportcentra van de instelling enz.;

 apparatuur, met name voor printshop, telefoondienst, kantines, inkoopcentrales, veiligheid, technische dienst voor conferenties, de audiovisuele sector enz.;

 speciaal materieel (elektronische, elektrische en computerapparatuur), met inbegrip van de eraan verbonden externe prestaties.

Dit krediet dient voorts ter dekking van de kosten voor het bekendmaken van de verkoop en de verwijdering van afgeschreven goederen, alsmede de kosten van technische assistentie (consulting) voor dossiers waarvoor externe expertise nodig is.

Dit krediet dient voorts ter dekking van de kosten van vervoersdiensten voor apparatuur zodat de technische apparatuur die nodig is voor technische conferentiediensten op verzoek van een lid, een delegatie, een fractie of een orgaan van het Europees Parlement waar dan ook ter wereld beschikbaar kan worden gesteld. Deze kosten omvatten zowel de vervoerskosten als de totale daaraan verbonden administratieve kosten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 190 000 EUR.

Artikel 2 1 6 — Vervoer van leden, andere personen en goederen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

5 065 000

4 599 000

2 744 141,57

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van aankoop, onderhoud, gebruik en reparatie van voertuigen (wagenpark en fietsen) en van de huur van auto’s, taxi’s, bussen en vrachtwagens, met of zonder chauffeur, met inbegrip van de bijbehorende verzekeringen, alsook de overige beheerskosten. Bij de vervanging van het wagenpark of de aankoop of de huur van voertuigen moet de voorkeur worden gegeven aan de minst vervuilende typen, zoals hybride auto’s.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 000 EUR.

Hoofdstuk 2 3 — LOPENDE HUISHOUDELIJKE UITGAVEN

Toelichting

Op het gebied van overheidsopdrachten overlegt de instelling met de andere instellingen over de door elk van hen verkregen voorwaarden.

Artikel 2 3 0 — Papier, kantoorbenodigdheden en diverse producten

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

1 309 400

1 366 000

541 826,11

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de aanschaf van papier, enveloppen, kantoorbehoeften, producten voor de drukkerij en de reproductiewerkplaatsen enz., alsook de beheerskosten in verband daarmee.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 48 000 EUR.

Artikel 2 3 1 — Financiële kosten

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

720 000

60 000

30 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bankkosten (commissies, agio’s en diverse kosten) en de andere financiële kosten, met inbegrip van de bijkomende kosten voor de financiering van de gebouwen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Artikel 2 3 2 — Juridische kosten en schadevergoedingen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

1 350 000

1 245 000

3 140 482,27

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

 het te betalen bedrag in geval van een veroordeling van het Europees Parlement tot betaling van de door het Hof van Justitie, het Gerecht en de nationale rechtbanken vastgestelde proceskosten;

 de kosten voor het inschakelen van externe advocaten die het Europees Parlement vertegenwoordigen voor rechtbanken van de Unie of nationale rechtbanken, en het inschakelen van juridische adviseurs of deskundigen ter assistentie van de Juridische Dienst;

 de vergoeding van de kosten van advocaten in het kader van tuchtprocedures en daarmee vergelijkbare procedures;

 de uitgaven die voortvloeien uit schadevergoedingen;

 het bedrag van bij minnelijke regelingen toegekende vergoedingen, in toepassing van hoofdstuk 11 van titel III van het Reglement voor de procesvoering van het Gerecht of hoofdstuk 7 van titel IV van het Reglement voor de procesvoering van het Hof van Justitie;

 administratieve boetes van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

Rechtsgronden

Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de instellingen, organen en instanties van de Unie en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 45/2001 en Besluit nr. 1247/2002/EG (PB L 295 van 21.11.2018, blz. 39).

Artikel 2 3 6 — Porto en verzendkosten

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

216 000

221 000

140 126,24

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uitgaven voor porto en voor verwerking en versturing door nationale postdiensten en koeriersdiensten.

Het dient tevens ter financiering van postdiensten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 10 000 EUR.

Artikel 2 3 7 — Verhuizingen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

1 900 000

1 860 000

1 565 548,56

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor verhuizing en opslag door verhuisbedrijven of door inschakeling van tijdelijke arbeidskrachten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

Artikel 2 3 8 — Overige administratieve uitgaven

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

1 751 000

1 692 000

1 102 121,72

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

 verzekeringen die niet expliciet onder andere posten worden genoemd;

 de uitgaven voor aankoop en onderhoud van uniformen voor bodes, chauffeurs, receptionisten, magazijnbedienden, verhuizers, alsmede voor het personeel van de diensten bezoekers en studiebijeenkomsten, van het Parlamentarium, de medische dienst, de veiligheidsdienst, de dienst onderhoud gebouwen en diverse technische diensten;

 diverse huishoudelijke en beheersuitgaven, met inbegrip van de aan PMO betaalde beheerkosten verbonden aan de statutaire pensioenen van voormalige leden, de kosten in verband met de veiligheidscheck van externe personeelsleden die in de ruimten of de systemen van het Europees Parlement werken, alsook de aankoop van goederen en diensten waarin niet specifiek wordt voorzien door een andere post;

 diverse aankopen in verband met Eco-Management and Audit Scheme (EMAS) (voorlichtingscampagnes enz.).

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

Artikel 2 3 9 — EMAS-activiteiten, met inbegrip van voorlichting, en compensatieregeling voor CO2-emissies van het Europees Parlement

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

912 500

262 500

223 831,74

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voortvloeiend uit EMAS-activiteiten gericht op het verbeteren van de milieuprestaties van het Europees Parlement, met inbegrip van voorlichting over die activiteiten, en uit de compensatieregeling voor CO2-emissies van het Europees Parlement.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 50 000 EUR.

Titel 3 — UITGAVEN VOORTVLOEIEND UIT DE ALGEMENE TAKEN VAN DE INSTELLING

Hoofdstuk 3 0 — VERGADERINGEN EN CONFERENTIES

Artikel 3 0 0 — Dienstreizen van het personeel en reizen tussen de drie werklocaties

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

24 400 000

28 565 000

5 799 676,88

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor reiskosten van het personeel van de instelling, gedetacheerde nationale deskundigen, stagiairs en personeel van andere Europese of internationale instellingen dat door de instelling is uitgenodigd, tussen de standplaats en een van de drie werklocaties van het Europees Parlement (Brussel, Luxemburg en Straatsburg), alsook voor dienstreizen naar elke andere plaats buiten de drie werklocaties. De gedekte uitgaven betreffen de reiskosten, dagvergoedingen en verblijfskosten, en compensatie voor ongebruikelijke arbeidstijden. Bijkomende kosten (met inbegrip van kosten van de annulering van plaatsbewijzen en hotelreserveringen, kosten in verband met elektronische facturering, kosten in verband met verzekeringen) zijn eveneens gedekt.

Dit krediet is ook bedoeld ter dekking van de kosten voor eventuele compensatie voor CO2-emissies als gevolg van dienstreizen en verplaatsingen van het personeel.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 200 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name artikel 71, en bijlage VII, artikelen 11, 12 en 13.

Artikel 3 0 2 — Onthaal en representatie

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

893 900

858 500

390 319,67

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

 de uitgaven in verband met de verplichtingen van de instelling inzake ontvangst, met inbegrip van ontvangst in het kader van de werkzaamheden in verband met de beoordeling van wetenschappelijke keuzen (Scientific and Technological Options Assessment (STOA)), alsook van de uitgaven voor representatie van de leden van de instelling;

 de representatiekosten van de Voorzitter bij reizen buiten de werklocaties;

 de representatiekosten en de bijdrage in de secretariaatskosten van het kabinet van de Voorzitter;

 de kosten van ontvangst en representatie van het secretariaat-generaal, inclusief de aankoop van artikelen en medailles voor ambtenaren met 15 en/of 25 dienstjaren;

 diverse kosten van het protocol, zoals vlaggen, drukwerk, uitnodigingen en menukaarten;

 reis- en verblijfkosten van VIP-bezoekers van de instelling;

 kosten van visa van leden en personeelsleden van het Europees Parlement bij officiële reizen;

 kosten van ontvangst en representatie en andere specifieke kosten voor leden die een officiële functie bij het Europees Parlement bekleden.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Artikel 3 0 4 — Diverse uitgaven voor vergaderingen

Post 3 0 40 — Interne vergaderingen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

235 000

300 000

65 136,74

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor verfrissingen en andere dranken en voor lichte maaltijden die soms tijdens vergaderingen van het Europees Parlement of de in zijn gebouwen georganiseerde interinstitutionele vergaderingen worden verstrekt, met inbegrip van het beheer van die diensten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

Post 3 0 4 2 — Vergaderingen, congressen, conferenties en delegaties

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

2 625 000

2 857 000

202 867,18

Toelichting

Dit krediet dient met name ter dekking van andere kosten dan die welke reeds worden gedekt door hoofdstuk 1 0 en artikel 3 0 0, in verband met:

 het organiseren van vergaderingen buiten de plaatsen waar de instelling haar werkzaamheden verricht (commissies en commissiedelegaties, fracties), met inbegrip, waar passend, van representatiekosten;

 het organiseren van de interparlementaire delegaties, ad-hocdelegaties, de gemengde parlementaire commissies, de parlementaire samenwerkingscommissies, parlementaire delegaties naar de Wereldhandelsorganisatie (WTO), alsmede de Parlementaire Conferentie van de WTO en haar Stuurcomité;

 het organiseren van de delegaties naar de Paritaire Parlementaire Vergadering ACS-EU, de Parlementaire Vergadering van EuroLat, de Parlementaire Vergadering Euronest, alsook van de organen van genoemde vergaderingen;

 het organiseren van de Parlementaire Vergadering van de Unie voor het Middellandse Zeegebied (UMZ), de commissies en het bureau hiervan. Deze uitgaven omvatten de bijdrage van het Europees Parlement aan de begroting van het autonome secretariaat van de UMZ of de rechtstreekse tenlasteneming van de kosten van het aandeel van het Europees Parlement in de begroting van de UMZ;

 de bijdragen aan internationale organisaties waarvan het Europees Parlement of één van zijn organen lid is (Interparlementaire Unie, Vereniging van de secretarissen-generaal van parlementen, Groep 12+ bij de Interparlementaire Unie);

 de terugbetaling aan de Commissie, op basis van een dienstenovereenkomst tussen het Europees Parlement en de Commissie, van het aandeel van het Europees Parlement in de kosten van het produceren van de laissez-passers van de EU (apparatuur, personeel en voorraden), overeenkomstig het Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie (artikel 6), artikel 23 van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, artikelen 11 en 81 van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie en Verordening (EU) nr. 1417/2013 van de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van de vorm van de door de Europese Unie afgegeven laissez-passers (PB L 353 van 28.12.2013, blz. 26).

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

Post 3 0 4 9 — Werkingskosten van het reisbureau

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

2 000 000

2 120 000

1 380 907,12

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten die voortvloeien uit de werking van het reisbureau waarmee het Europees Parlement een contract heeft gesloten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 6 000 EUR.

Hoofdstuk 3 2 — EXPERTISE EN INFORMATIE: VERWERVING, ARCHIVERING, PRODUCTIE EN VERSPREIDING

Artikel 3 2 0 — Verwerving van expertise

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

6 984 000

7 491 500

5 708 466,70

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

 de kosten van overeenkomsten met gekwalificeerde deskundigen en onderzoeksinstituten voor studies en andere onderzoekswerkzaamheden (workshops, rondetafelconferenties, panels of hoorzittingen met deskundigen, conferenties) of technische bijstand waarvoor specifieke vaardigheden vereist zijn, ten behoeve van de organen van het Europees Parlement, de parlementaire commissies en delegaties en de administratie;

 verwerving of huur van gespecialiseerde informatiebronnen, zoals gespecialiseerde databanken, gerelateerde literatuur en technische ondersteuning, om in voorkomend geval de bovengenoemde expertiseovereenkomsten aan te vullen;

 reis- en verblijfkosten en bijkomende kosten van deskundigen en andere personen — met inbegrip van personen die een verzoekschrift aan het Europees Parlement hebben gericht — die worden uitgenodigd voor vergaderingen van commissies, delegaties, studie- en werkgroepen en workshops;

 de kosten van de verspreiding van de resultaten van het interne of externe parlementaire onderzoek en van andere relevante producten ten gunste van de instelling en het grote publiek (met name door middel van publicatie op internet, interne databanken, brochures en publicaties);

 de uitgaven voor een beroep op externen voor deelname aan de werkzaamheden van organen als de tuchtraad;

 de kosten van controle van de juistheid van de door kandidaten voor aanwerving verstrekte documenten door externe gespecialiseerde dienstverleners.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 64 000 EUR.

Artikel 3 2 1 — Uitgaven voor de onderzoeksdienst voor de leden, met inbegrip van de bibliotheek, de historische archieven, de evaluatie van wetenschappelijke en technologische keuzes (STOA) en het Europees wetenschaps- en mediaknooppunt

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

9 430 000

9 830 000

7 749 160,14

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven in verband met de activiteiten van het directoraat-generaal Parlementaire Onderzoeksdiensten (DG EPRS) en van de centrale diensten van de secretaris-generaal, met name:

 de verwerving van gespecialiseerde expertise en ondersteuning voor de onderzoeksactiviteiten van het Europees Parlement (met inbegrip van artikelen, studies, workshops, seminars, rondetafelconferenties, panels van deskundigen, conferenties), indien nodig in het kader van een partnerschap met andere instellingen, internationale organisaties, onderzoeksafdelingen en bibliotheken van nationale parlementen, denktanks, onderzoeksinstanties en andere gekwalificeerde deskundigen;

 de verwerving van gespecialiseerde expertise op het gebied van impactbeoordeling en van ex-ante en ex-postevaluatie, van de Europese meerwaarde en van de evaluatie van wetenschappelijke en technische opties (Scientific and Technological Options Assessment, STOA);

 de verwerving of huur van boeken, tijdschriften, kranten, databanken, producten van persagentschappen en elke andere informatiedrager voor de bibliotheek, in diverse vormen, inclusief kosten als gevolg van de auteursrechten, kwaliteitsbeheerssysteem, materiaal en werkzaamheden in verband met het inbinden en conserveren en andere relevante diensten;

 de kosten van de externe archiveringsdiensten (organisatie, selectie, beschrijving, omzetting op verschillende informatiedragers en in papierloze vorm, verwerving van primaire archiefbronnen);

 de verwerving, de installatie, de exploitatie en het onderhoud van speciale bibliotheek- en archiveringsdocumentatie en speciaal mediatheekmateriaal, inclusief elektrische, elektronische en computerapparatuur en -systemen, alsmede materiaal in verband met het inbinden en conserveren;

 de kosten van de verspreiding van de resultaten van het interne of externe parlementaire onderzoek en van andere relevante producten ten gunste van de instelling en het grote publiek (met name door middel van publicatie op internet, interne databanken, brochures en publicaties);

 reis- en verblijfkosten en bijkomende kosten van deskundigen en auteurs die zijn uitgenodigd om deel te nemen aan presentaties, seminars, workshops of andere, soortgelijke activiteiten;

 deelname van de diensten die belast zijn met de evaluatie van wetenschappelijke en technische opties (STOA) aan activiteiten van Europese en internationale wetenschappelijke organen;

 de verplichtingen van het Europees Parlement op grond van internationale en interinstitutionele samenwerkingsovereenkomsten, inclusief de bijdrage van het Parlement aan de dekking van de kosten als gevolg van het beheer van de historische archieven van de Unie overeenkomstig Verordening (EEG, Euratom) nr. 354/83 van de Raad;

 de kosten van het Europees wetenschaps- en mediaknooppunt, onder leiding van het panel voor de toekomst van wetenschap en technologie (STOA) van het Europees Parlement, bij het versterken van het raakvlak tussen het Europees Parlement, de wetenschappelijke gemeenschap en de media, met name ter bevordering van netwerken, opleiding en verspreiding van kennis. Dit betreft bijvoorbeeld:

—  de organisatie van activiteiten en kosten (met inbegrip van reis- en verblijfskosten en catering) in verband met de uitnodiging van journalisten, belanghebbenden en andere deskundigen bij deze werkzaamheden,

—  netwerken op het raakvlak tussen het Europees Parlement, de wetenschappelijke wereld en de media op te zetten en te onderhouden,

—  seminars, conferenties en opleidingscursussen over actuele wetenschappelijke en technologische ontwikkelingen en vraagstukken, en over de aard en de doeltreffendheid van wetenschapsjournalistiek te organiseren,

—  deskundige informatie en analyses van deskundigen uit de academische wereld, de media en andere bronnen op het gebied van wetenschap en technologie te benutten ten behoeve van beleidsmakers en burgers,

—  onderzoek van het Europees Parlement en ander relevant materiaal op het gebied van wetenschap en technologie op grotere schaal beschikbaar te stellen met schriftelijke, audiovisuele en andere middelen,

—  technieken en methodologieën te ontwikkelen om betrouwbare bronnen op het gebied van wetenschap en technologie beter te kunnen identificeren en verspreiden,

—  de installatie, modernisering en/of het gebruik van geavanceerde technische apparatuur en mediafaciliteiten te ondersteunen om een dergelijke dialoog in de hand te werken,

—  nauwere samenwerking en banden in het algemeen tussen het Europees Parlement, relevante media en universiteiten en onderzoekscentra op dit gebied te ontwikkelen, onder meer door de rol en het werk van het knooppunt in de media te promoten alsook de toegankelijkheid ervan voor de burgers te bevorderen.

De kredieten van deze post kunnen ook worden gebruikt ter ondersteuning van de dialoog van het Europees Parlement met de academische wereld, de media, denktanks en burgers, met het oog op verkennende werkzaamheden in verband met de langetermijntendensen waarmee de besluitvormers in de Europese Unie geconfronteerd worden, zowel op wetenschappelijk gebied als ruimer, door middel van seminars, publicaties en andere hierboven genoemde activiteiten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Rechtsgronden

Verordening (EEG, Euratom) nr. 354/83 van de Raad van 1 februari 1983 inzake het voor het publiek toegankelijk maken van de historische archieven van de Europese Economische Gemeenschap en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (PB L 43 van 15.2.1983, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2001 inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie (PB L 145 van 31.5.2001, blz. 43).

Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 28 november 2001 betreffende de regeling inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, zoals laatst gewijzigd op 22 juni 2011 (PB C 216 van 22.7.2011, blz. 19).

Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 2 juli 2012 betreffende voorschriften voor documentbeheer in het Europees Parlement.

Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 10 maart 2014 over de regeling inzake de verwerking van persoonlijke archieven van leden en voormalige leden van het Europees Parlement.

Resolutie van het Europees Parlement van 8 oktober 2013 over vooruitziende beleidsplanning en langetermijntendensen: gevolgen voor de begroting van capaciteitsopbouw (PB C 181 van 19.5.2016, blz. 16), met name paragrafen 7 en 9.

Resolutie van het Europees Parlement van 29 april 2015 over de raming van de ontvangsten en uitgaven van het Europees Parlement voor het begrotingsjaar 2016 (PB C 346 van 21.9.2016, blz. 188), met name paragraaf 30.

Resolutie van het Europees Parlement van 14 april 2016 over de raming van de ontvangsten en uitgaven van het Europees Parlement voor het begrotingsjaar 2017 (PB C 58 van 15.2.2018, blz. 257), met name paragraaf 54.

Resolutie van het Europees Parlement van 18 april 2018 over de raming van de ontvangsten en uitgaven van het Europees Parlement voor het begrotingsjaar 2019 (PB C 390 van 18.11.2019, blz. 215), met name paragraaf 49.

Resolutie van het Europees Parlement van 28 maart 2019 over de raming van de ontvangsten en uitgaven van het Europees Parlement voor het begrotingsjaar 2020 (Aangenomen teksten, P8_TA(2019)0326), met name paragraaf 47.

Artikel 3 2 2 — Documentatie

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

3 222 000

3 216 000

2 572 177,70

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

 abonnementen op dagbladen, tijdschriften, nieuwsagentschappen en op hun publicaties en diensten online, met inbegrip van de kosten van auteursrechten voor de reproductie en verspreiding van deze abonnementen langs klassieke of elektronische weg en dienstverleningscontracten voor persoverzichten en krantenknipsels;

 abonnementen of dienstverleningscontracten voor de levering van samenvattingen en inhoudsanalysen van tijdschriften of van het invoeren in optische dragers van uit deze tijdschriften geselecteerde artikelen;

 kosten in verband met het gebruik van externe databanken voor documenten en statistische gegevens, met uitzondering van computerapparatuur en telecommunicatiekosten;

 de aanschaf van nieuwe of vervangende woordenboeken, lexicons, ongeacht het medium, ook voor de nieuwe taalsecties, alsmede andere werken voor de taaldiensten en voor de Afdelingen kwaliteit van de wetgeving.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Artikel 3 2 3 — Ondersteuning van de democratie en versterking van de capaciteit van de parlementen van derde landen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

1 400 000

1 400 000

175 997,15

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

 de kosten als gevolg van de programma’s inzake informatie-uitwisseling en samenwerking tussen het Europees Parlement en de nationale parlementen van de pretoetredingslanden, met name de Westelijke Balkan en Turkije;

 de uitgaven voor het bevorderen van de (niet onder het vorige streepje bedoelde) betrekkingen tussen het Europees Parlement en democratisch verkozen nationale parlementen van derde landen alsook met regionale parlementaire organisaties. De activiteiten in kwestie hebben als doel de parlementaire capaciteit te versterken in nieuwe en ontluikende democratieën, met name in de (zuidelijke en oostelijke) Europese buurlanden;

 de uitgaven voor de bevordering van activiteiten ter ondersteuning van bemiddeling en van programma’s ten gunste van jonge politieke leiders uit de Europese Unie en de Europese buurlanden in brede zin: Maghreb, Oost-Europa en Rusland, Israëlisch-Palestijnse dialoog en andere prioritaire landen volgens de besluiten van de coördinatiegroep democratieondersteuning en verkiezingen;

 de kosten van de organisatie van de Sacharovprijs (met name het geldbedrag van de prijs, de kosten in verband met de verplaatsing en het onthaal van de laureaat of laureaten en andere finalisten, de werkingskosten van het Sacharovnetwerk en de dienstreizen van de leden van dit netwerk) en van de activiteiten ter bevordering van de mensenrechten.

Deze activiteiten omvatten onder meer voorlichtingsbezoeken aan het Europees Parlement te Brussel, Luxemburg of Straatsburg, alsook bezoeken aan lidstaten en derde landen. Dit krediet dient ter volledige of gedeeltelijke dekking van de kosten van de deelnemers, met name reiskosten, kosten van vervoer, verblijfkosten en dagvergoedingen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Rechtsgronden

Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 12 december 2011 tot oprichting van het directoraat Democratieondersteuning binnen het directoraat-generaal Extern Beleid van de Unie.

Artikel 3 2 4 — Productie en verspreiding

Post 3 2 4 0 — Publicatieblad

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van het aandeel van de instelling in de kosten van publicatie, verspreiding en andere bijkomende kosten van het Publicatiebureau voor de teksten die gepubliceerd moeten worden in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 5 000 EUR.

Post 3 2 4 1 — Digitale en traditionele publicaties

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

5 519 000

5 053 000

4 526 902,95

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

 de kosten van digitale (intranet) en traditionele (diverse documenten en drukwerk in onderaanneming) uitgaven, met inbegrip van distributie;

 de actualisering en het updaten en corrigeren van de systemen voor publicatie.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 21 000 EUR.

Post 3 2 4 2 — Kosten van publicatie, voorlichting en deelneming aan openbare evenementen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

29 942 000

28 420 000

36 513 037,95

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

 de uitgaven voor communicatie betreffende de waarden van de instelling door middel van voorlichtingspublicaties, met inbegrip van elektronische publicaties, voorlichtingsactiviteiten, public relations, deelname aan openbare evenementen, beurzen en tentoonstellingen;

 de uitgaven voor communicatie om het Europees Parlement een herkenbaar, coherent en positief openbaar beeld te geven, communicatieproducten te ontwikkelen van het creatieve concept tot het eindproduct en de capaciteit op te bouwen voor een intern communicatiebureau, met inbegrip van toegang tot instrumenten van deze sector en advies van externe deskundigen;

 de medefinanciering van communicatieacties via een subsidieprogramma om een beter begrip van de identiteit, de rol en de politieke aard van het Europees Parlement te bevorderen en te vergroten en om samenwerking met multiplicatornetwerken te stimuleren;

 de kosten voor monitoring van de openbare opinie;

 de kosten voor monitoring, bestrijding en bewustmaking van de reputatierisico’s, desinformatie en hybride bedreigingen;

 de kosten van culturele initiatieven van Europees belang, zoals de LUX-filmprijs van het Europees Parlement voor de Europese film;

 het organiseren en houden van evenementen voor jongeren, het zorgen voor grotere zichtbaarheid van het Parlement op de sociale media, het toezicht houden op trends onder jongeren;

 de kosten in verband met mobiel internet, interactieve technologie, interactieruimte, deelplatforms en veranderingen in het gedrag van internetgebruikers, met het doel het Europees Parlement dichter bij de burger te brengen;

 de kosten in verband met de productie, distributie en huisvesting door het Europees Parlement van clips voor het web en ander uitzendklaar multimediamateriaal, in overeenstemming met de communicatiestrategie van de instelling.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 50 000 EUR.

Post 3 2 4 3 — Bezoekerscentra van het Europees Parlement

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

29 708 500

31 811 500

11 694 221,17

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van installaties, materiaal en tentoonstellingen in de bezoekerscentra van het Europees Parlement, met name:

 het Parlamentarium — het bezoekerscentrum van het Europees Parlement in Brussel, met inbegrip van de mobiele informatiepunten;

 de ontvangstruimten, de “Europa Experience”-centra en de informatiepunten buiten Brussel,

 de activiteiten van het Huis van de Europese geschiedenis, zoals de specifieke interieurinrichting, de aankoop van collecties, de organisatie van tentoonstellingen en de exploitatiekosten, met inbegrip van de kosten voor de aanschaf van boeken, tijdschriften en andere publicaties die verband houden met de activiteiten van het Huis van de Europese geschiedenis;

 de uitgaven voor kunstwerken van het Europees Parlement, zowel voor de aanschaf van specifiek materiaal als de daarmee samenhangende lopende uitgaven, zoals die voor expertise, het conserveren, inlijsten, restaureren en schoonmaken, voor verzekeringen en voor incidenteel vervoer.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 4 000 000 EUR.

Post 3 2 4 4 — Organisatie en ontvangst van bezoekersgroepen, Euroscola en uitnodigingen aan opiniemakers uit derde landen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

34 945 000

33 148 470

12 218 807,41

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

 subsidies voor bezoekersgroepen, alsmede de daarmee samenhangende uitgaven voor begeleiding en infrastructuur, de financiering van stages voor opiniemakers uit derde landen (EUVP) en de kosten van het functioneren van het Euroscola-, het Euromed-Scola- en het Euronest-Scolaprogramma. Het Euromed-Scola- en het Euronest-Scolaprogramma vinden ieder jaar beurtelings plaats in de gebouwen van het Europees Parlement in Straatsburg of Brussel, behalve tijdens verkiezingsjaren;

 activiteiten ter bevordering van het EUVP;

 uitgaven voor de uitvoering van de nieuwe bezoekersstrategie en de organisatie van de open dagen;

 mediacampagnes en de organisatie van het Ambassador School Programme van het Europees Parlement.

Dit krediet wordt jaarlijks verhoogd door toepassing van een deflator waarbij rekening wordt gehouden met de wijzigingen van het bni en het prijspeil.

Elk lid van het Europees Parlement heeft het recht om per kalenderjaar ten hoogste vijf bezoekersgroepen uit te nodigen met in totaal 110 bezoekers. De bezoekersgroepen die officieel door een lid worden gesponsord, kunnen op diens uitnodiging deelnemen aan het Euroscola-programma.

Er wordt ook voorzien in een adequaat bedrag voor bezoekers met een handicap.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 525 000 EUR.

Rechtsgronden

Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 16 december 2002 betreffende de regeling voor de ontvangst van bezoekersgroepen en voor het Euroscola-, Euromed-Scola- en Euronest-Scola-programma, geconsolideerd op 3 mei 2004, als laatst gewijzigd op 24 oktober 2016.

Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 3 oktober 2016 betreffende de regels voor de lancering van het Ambassador School Programme van het Europees Parlement in alle lidstaten en besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 16 september 2019 betreffende de voortzetting van het Ambassador School Programma van het Europees Parlement na 2019.

Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 16 december 2020 betreffende de deelname van Britse burgers en burgers van de EU27 die in het VK wonen aan de communicatieprogramma’s van het Parlement.

Post 3 2 4 5 — Organisatie van colloquia en studiedagen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

3 099 850

2 902 750

1 323 769,44

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

 de kosten of subsidies in verband met de organisatie van colloquia en studiedagen van nationale of internationale aard voor opiniemakers uit de lidstaten, de toetredingslanden en de landen waar het EP over een kantoor beschikt, alsmede de kosten voor het organiseren van parlementaire colloquia en symposia;

 de uitvoering van “vergaderzaalactiviteiten” in Straatsburg en Brussel, overeenkomstig het door het Bureau van het Europees Parlement vastgestelde jaarlijkse programma;

 conferentiebeheersdiensten, ondersteunende maatregelen en instrumenten voor het beheer van conferenties en meertaligheid, zoals studiedagen en conferenties, vergaderingen met aanbieders van opleidingen voor tolken of vertalers, maatregelen en acties gericht op de bewustmaking voor meertaligheid en de bevordering van het beroep van tolk of vertaler, met inbegrip van een subsidieprogramma voor universiteiten, scholen en andere instellingen die zich met tolken- en vertaalstudies bezighouden waarbij gebruik wordt gemaakt van virtuele communicatie, evenals deelneming aan soortgelijke acties en maatregelen georganiseerd tezamen met andere diensten in het kader van de interinstitutionele en internationale samenwerking;

 kosten in verband met de organisatie van colloquia en seminars met betrekking tot informatie- en communicatietechnologieën;

 de kosten van het uitnodigen van journalisten of andere opiniemakers voor voltallige vergaderingen, commissievergaderingen, persconferenties en andere parlementaire activiteiten;

 uitgaven in verband met de Daphne Caruana Galizia-prijs.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 25 000 EUR.

Rechtsgronden

Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 5 oktober 2020 betreffende de Daphne Caruana Galizia-prijs voor journalisten.

Post 3 2 4 8 — Audiovisuele voorlichting

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

17 755 000

17 553 500

17 517 730,94

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

 aankoop, huur, onderhoud, reparatie en beheer van technisch materieel en technische installaties van de audiovisuele sector;

 de huishoudelijke uitgaven van de audiovisuele sector (eigen producties en externe bijstand), zoals technische werkzaamheden bij radio- en televisiestations, realisatie, productie, coproductie en verspreiding van audiovisuele programma’s, huur van straalverbindingen en uitzending van televisie- en radioprogramma’s, alsmede andere activiteiten ter ontwikkeling van de contacten van de instelling met de audiovisuele sector;

 de uitgaven voor het direct via internet uitzenden van plenaire vergaderingen en vergaderingen van de commissies van het Parlement;

 het opzetten van een passend archief om de media en burgers permanent toegang tot deze informatie te garanderen;

 de uitgaven voor het onderhoud van de IT-infrastructuur in de perskamers in Brussel en Straatsburg.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 50 000 EUR.

Rechtsgronden

Resolutie van het Europees Parlement van 12 maart 2002 over de richtsnoeren voor de begrotingsprocedure 2003 (PB C 47 E van 27.2.2003, blz. 72).

Resolutie van het Europees Parlement van 14 mei 2002 over de raming van de ontvangsten en uitgaven van het Europees Parlement voor het begrotingsjaar 2003 (PB C 180 E van 31.7.2003, blz. 150).

Resolutie van het Europees Parlement van 14 mei 2003 over de raming van de ontvangsten en uitgaven van het Europees Parlement voor het begrotingsjaar 2004 (PB C 67 E van 17.3.2004, blz. 179).

Post 3 2 4 9 — Informatie-uitwisseling met de nationale parlementen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

235 000

235 000

36 551,74

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

 uitgaven voor de bevordering van de betrekkingen tussen het Europees Parlement en de nationale parlementen. De uitgaven hebben betrekking op de parlementaire betrekkingen, andere dan die genoemd onder de hoofdstukken 1 0 en 3 0, de uitwisseling van informatie en documentatie en bijstand bij de analyse en het beheer van deze informatie, met inbegrip van uitwisseling met het Europees Centrum voor parlementair onderzoek en documentatie (ECPOD);

 de financiering van samenwerkingsprogramma’s en opleidingsactiviteiten voor ambtenaren van het Europees Parlement en nationale parlementen en, in het algemeen, activiteiten ter versterking van hun parlementaire capaciteiten.

Deze activiteiten omvatten onder meer voorlichtingsbezoeken aan het Europees Parlement te Brussel, Luxemburg of Straatsburg; de kredieten dienen ter volledige of gedeeltelijke dekking van de kosten van de deelnemers, met name reiskosten, kosten van lokaal vervoer, verblijfkosten en dagvergoedingen;

 samenwerkingsacties, met name in verband met de wetgevingsactiviteiten, alsmede de acties in verband met documentatie, analyse, voorlichting en beveiliging van het domein, met inbegrip van de acties die worden uitgevoerd door het Europees Centrum voor parlementair onderzoek en documentatie (ECPOD).

Dit krediet dient ter voorbereiding op de nauwere samenwerking tussen het Europees Parlement en de nationale parlementen op het gebied van de parlementaire controle op het GBVB/GVDB, overeenkomstig het VEU en het VWEU, met name de artikelen 9 en 10 van Protocol nr. 1 over de rol van nationale parlementen in de Europese Unie.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Rechtsgronden

Conferenties van de voorzitters van de Europese parlementaire vergaderingen (juni 1977) en van de parlementen van de Europese Unie (september 2000, maart 2001).

Artikel 3 2 5 — Uitgaven in verband met de liaisonbureaus

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

9 850 000

9 400 000

7 561 244,05

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven van de liaisonbureaus van het Europees Parlement in de lidstaten:

 communicatie en voorlichting (voorlichting en openbare evenementen; internet — productie, reclame, advies; seminars; audiovisuele producties);

 algemene uitgaven en diverse incidentele uitgaven (kantoorbenodigdheden, telecommunicatie, portokosten, behandeling, vervoer, opslag, standaardpromotiemateriaal, databanken, abonnementen op persdiensten enz.);

 mediacampagnes en de organisatie van het Ambassador School Programme van het Europees Parlement.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 10 000 EUR.

Titel 4 — UITGAVEN VOORTVLOEIEND UIT SPECIALE TAKEN VAN DE INSTELLING

Hoofdstuk 4 0 — UITGAVEN IN VERBAND MET BEPAALDE INSTELLINGEN EN ORGANEN

Artikel 4 0 0 — Lopende huishoudelijke uitgaven en uitgaven in verband met de politieke en de voorlichtingsactiviteiten van de fracties en de niet-fractiegebonden leden

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

66 000 000

65 000 000

61 733 127,76

Toelichting

Dit krediet dient, voor de fracties en de niet-fractiegebonden leden, ter dekking van:

 secretariaatskosten en administratieve en huishoudelijke uitgaven;

 de uitgaven voor politieke en voorlichtingsactiviteiten in het kader van de politieke activiteiten van de Unie.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 000 EUR.

Rechtsgronden

Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 30 juni 2003 betreffende de regeling inzake het gebruik van kredieten van begrotingspost 4 0 0, als laatst gewijzigd op 6 juli 2020.

Artikel 4 0 2 — Financiering van de Europese politieke partijen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

46 000 000

46 000 000

40 467 300,02

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van de politieke partijen op Europees niveau. Goed bestuur en grondig toezicht op het gebruik van middelen moeten worden gewaarborgd.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 1 000 000 EUR.

Rechtsgronden

Verdrag betreffende de Europese Unie, met name artikel 10, lid 4.

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name artikel 224.

Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2014 betreffende het statuut en de financiering van Europese politieke partijen en Europese politieke stichtingen (PB L 317 van 4.11.2014, blz. 1).

Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 1 juli 2019 houdende de uitvoeringsbepalingen van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het statuut en de financiering van Europese politieke partijen en Europese politieke stichtingen (PB C 249 van 25.7.2019, blz. 2).

Artikel 4 0 3 — Financiering van Europese politieke stichtingen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

23 000 000

23 000 000

20 999 998,00

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van de politieke stichtingen op Europees niveau. Goed bestuur en grondig toezicht op het gebruik van middelen moeten worden gewaarborgd.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 000 EUR.

Rechtsgronden

Verdrag betreffende de Europese Unie, met name artikel 10, lid 4.

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met name artikel 224.

Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2014 betreffende het statuut en de financiering van Europese politieke partijen en Europese politieke stichtingen (PB L 317 van 4.11.2014, blz. 1).

Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 1 juli 2019 houdende de uitvoeringsbepalingen van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het statuut en de financiering van Europese politieke partijen en Europese politieke stichtingen (PB C 249 van 25.7.2019, blz. 2).

Hoofdstuk 4 2 — ASSISTENTIE AAN DE LEDEN

Artikel 4 2 2 — Assistentie aan de leden

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

215 911 000

209 443 000

183 989 919,65

Toelichting

Dit krediet dient ter financiering van:

 de kosten voor personeel en dienstverleners die belast zijn met de parlementaire assistentie aan de leden, alsook de kosten verbonden aan derdebetalenden;

 de kosten van dienstreizen en opleiding (externe cursussen) van geaccrediteerde parlementaire medewerkers alsmede van de kosten van eventuele compensatie van de koolstofemissies in verband met hun werkbezoeken en dienstreizen;

 de koersverschillen ten laste van de begroting van het Europees Parlement, overeenkomstig de voorschriften die van toepassing zijn op de terugbetaling van de kosten voor parlementaire assistentie, alsook de kosten voor de ondersteunende diensten voor het beheer van de parlementaire assistentie;

 emolumenten voor stagiairs (beurzen);

 de vergoeding van studiebezoeken met leden;

 de reiskosten van stagiairs en studiebezoekers van leden;

 de ziektekosten- en ongevallenverzekering voor stagiairs en studiebezoekers van leden;

 de kosten van het houden van informatiebijeenkomsten of trainingen voor stagiairs.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 775 000 EUR.

Rechtsgronden

Statuut van de leden van het Europees Parlement, met name artikel 21.

Bepalingen ter uitvoering van het statuut van de leden van het Europees Parlement, met name de artikelen 33 tot en met 44.

Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie, met name artikel 5 bis en de artikelen 125 tot en met 139.

Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 14 april 2014 betreffende de maatregelen ter uitvoering van titel VII van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.

Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 10 december 2018 betreffende de regels inzake stagiairs van de leden.

Besluit van de secretaris-generaal van het Europees Parlement van 18 juni 2019 betreffende de interne regels voor stages bij en studiebezoeken aan het secretariaat-generaal van het Europees Parlement.

Hoofdstuk 4 4 — VERGADERINGEN EN ANDERE ACTIVITEITEN VAN LEDEN EN VOORMALIGE LEDEN

Artikel 4 4 0 — Kosten voor vergaderingen en andere activiteiten van voormalige leden

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

260 000

250 000

240 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten van vergaderingen van de Vereniging van voormalige leden van het Europees Parlement, alsmede van eventuele andere kosten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Artikel 4 4 2 — Kosten van vergaderingen en andere activiteiten van de Europese Parlementaire Vereniging

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

260 000

250 000

240 000,00

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten voor vergaderingen van de Europese Parlementaire Vereniging, alsmede van eventuele bijkomende kosten.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Titel 5 — AUTORITEIT VOOR EUROPESE POLITIEKE PARTIJEN EN EUROPESE POLITIEKE STICHTINGEN EN COMITE VAN ONAFHANKELIJKE VOORAANSTAANDE PERSONEN

Hoofdstuk 5 0 — Uitgaven van de Autoriteit voor Europese politieke partijen en Europese politieke stichtingen en van het Comité van onafhankelijke vooraanstaande personen

Artikel 5 0 0 — Operationele uitgaven voor de Autoriteit voor Europese politieke partijen en Europese politieke stichtingen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

300 000

300 000

1 845,12

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven van de Autoriteit voor Europese politieke partijen en Europese politieke stichtingen om het volledig en onafhankelijk functioneren daarvan te waarborgen.

Het dekt met name de uitgaven die specifiek onder de opdracht van de Autoriteit vallen in verband met opleiding, aanschaf van software en IT-apparatuur, verwerving van expertise, adviesdiensten en documentatie, juridische kosten en schadevergoedingen en publicaties en voorlichtingsactiviteiten. Het dekt ook uitgaven bij eventuele facturering door een instelling in geval van overschrijding met betrekking tot de omvang of kosten van goederen of diensten die door instellingen ter beschikking worden gesteld van de Autoriteit in het kader van dienstenovereenkomsten overeenkomstig artikel 6, lid 4 en volgende, van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014. Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 300 000 EUR. Die ontvangsten omvatten met name de ondersteuning van de werkzaamheden van de Autoriteit door andere instellingen dan het Europees Parlement, overeenkomstig artikel 6, lid 6, van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014.

Rechtsgronden

Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2014 betreffende het statuut en de financiering van Europese politieke partijen en Europese politieke stichtingen (PB L 317 van 4.11.2014, blz. 1), met name artikel 6, leden 1 en 7.

Artikel 5 0 1 — Uitgaven in verband met het Comité van onafhankelijke vooraanstaande personen

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

20 000

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor het secretariaat en de financiering van het Comité van onafhankelijke vooraanstaande personen.

Het bedrag van de bestemmingsontvangsten bedoeld in artikel 21, lid 3, van het Financieel Reglement wordt geraamd op 100 EUR.

Rechtsgronden

Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2014 betreffende het statuut en de financiering van Europese politieke partijen en Europese politieke stichtingen (PB L 317 van 4.11.2014, blz. 1), met name artikel 11, lid 2.

Titel 10 — OVERIGE UITGAVEN

Hoofdstuk 10 0 — VOORZIENINGEN

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

 

 

 

Hoofdstuk 10 1 — RESERVE VOOR ONVOORZIENE UITGAVEN

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

5 000 000

2 346 000

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van niet te voorziene uitgaven, voortkomend uit tijdens het begrotingsjaar te nemen begrotingsbesluiten.

Hoofdstuk 10 3 — RESERVE VOOR DE UITBREIDING

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de kosten die worden gemaakt om de instelling voor te bereiden op de uitbreiding.

Hoofdstuk 10 4 — RESERVE VOOR HET VOORLICHTINGS- EN COMMUNICATIEBELEID

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor het voorlichtings- en communicatiebeleid.

Hoofdstuk 10 5 — VOORZIENINGEN VOOR ONROEREND GOED

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven voor investeringen in onroerend goed en inrichtingswerken door de instelling. Het Bureau van het Europees Parlement wordt verzocht een coherente en verantwoordelijke strategie voor de lange termijn op het gebied van onroerend goed vast te stellen, waarbij rekening wordt gehouden met het specifieke probleem van stijgende onderhoudskosten, de noodzaak van renovatie en beveiligingskosten, en waarbij de duurzaamheid van de begroting van het Europees Parlement wordt gewaarborgd.

Hoofdstuk 10 6 — RESERVE VOOR PRIORITAIRE PROJECTEN IN ONTWIKKELING

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de uitgaven van de instelling voor prioritaire projecten in ontwikkeling.

Hoofdstuk 10 8 — RESERVE VOOR EMAS

Cijfers

Begroting 2022

Kredieten 2021

Uitvoering 2020

p.m.

p.m.

0,—

Toelichting

Aansluitend op de besluiten die het Bureau van het Europees Parlement moet nemen inzake de tenuitvoerlegging van het EMAS-actieplan, met name na de koolstofaudit van het Europees Parlement, dient dit krediet ter financiering van de relevante huishoudelijke lijnen.


1. S — Personeel

1.1. S 1 — Afdeling I — Europees Parlement

 

Functiegroep en rang

 

2022

2021

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Vaste ambten

Tijdelijke ambten

Overige

Fracties

Overige

Fracties

Niet-ingedeeld

1

 

 

 

1

 

 

 

AD 16

13

 

1

7

13

 

1

7

AD 15

59

 

1

5

54

 

1

5

AD 14

222

2

7

36

212

2

7

36

AD 13

409

8

2

38

424

8

2

38

AD 12

343

 

15

61

339

 

15

61

AD 11

276

 

6

29

220

 

6

28

AD 10

509

 

11

46

439

 

11

43

AD 9

327

 

9

60

468

 

9

56

AD 8

236

 

4

51

251

 

4

50

AD 7

170

 

9

69

160

 

9

62

AD 6

111

 

4

56

106

 

4

66

AD 5

153

 

4

94

99

 

4

65

Subtotaal AD

2 828

10

73

552

2 785

10

73

517

AST 11

114

10

 

37

104

10

 

37

AST 10

68

 

19

35

68

 

19

35

AST 9

598

 

8

42

588

 

8

41

AST 8

231

 

8

43

267

 

8

42

AST 7

291

 

4

59

283

 

4

50

AST 6

430

 

12

82

423

 

12

79

AST 5

394

 

8

87

414

 

7

88

AST 4

156

 

4

65

216

 

4

69

AST 3

72

 

12

68

78

 

12

71

AST 2

4

 

 

48

4

 

 

47

AST 1

21

 

 

93

1

 

 

59

Subtotaal AST

2 379

10

75

659

2 446

10

74

618

AST/SC 6

 

 

 

 

 

 

 

 

AST/SC 5

 

 

 

 

 

 

 

 

AST/SC 4

10

 

 

 

5

 

 

 

AST/SC 3

30

 

 

 

30

 

 

 

AST/SC 2

125

 

 

 

125

 

 

 

AST/SC 1

41

 

 

 

46

 

 

 

Subtotaal AST/SC

206

 

 

 

206

 

 

 

Totaal

5 414

20[2]

148[3]

1 211

5 438[1]

20[2]

147[3]

1 135

Totaal-generaal

6 773[4]

6 720[5]

(1) Waarvan drie bevorderingen ad personam (drie van AD 14 naar AD 15), verleend in bijzondere gevallen aan verdienstelijke ambtenaren.

(2) Virtuele reserve voor ambtenaren die in het belang van de dienst gedetacheerd zijn en niet zijn opgenomen in het totaal.

(3) Waaronder één tijdelijk AD 12-ambt voor de directeur van de Autoriteit voor Europese politieke partijen en Europese politieke stichtingen.

(4) Twee vaste AD-ambten, één vast AST-ambt, twee vaste AST/SC-ambten, twee tijdelijke AD-ambten en twee tijdelijke AST-ambten voor de Autoriteit voor Europese politieke partijen en Europese politieke stichtingen, niet aangemerkt als ambten van het Europees Parlement.

(5) Twee vaste AD-ambten, één vast AST-ambt, twee vaste AST/SC-ambten, twee tijdelijke AD-ambten en twee tijdelijke AST-ambten voor de Autoriteit voor Europese politieke partijen en Europese politieke stichtingen, niet aangemerkt als ambten van het Europees Parlement, alsmede 89 vaste ambten (1 AD 12, 4 AD 11, 5 AD 10, 43 AD 9, 1 AST 8, 7 AST 7 en 28 AST 6) die zijn gecreëerd ter vergemakkelijking van de aanstelling van stagiair-ambtenaren van personeel van de fracties die de “passerelle”-vergelijkende onderzoeken hebben gehaald, overeenkomstig artikel 29, lid 4, van het Statuut. Ingevolge de OB2020-bemiddelingsovereenkomst worden de “passerelle”-posten in 2022 uit de personeelsformatie geschrapt.

 

 

 


BESTEMMINGSONTVANGSTEN

 

 

Begrotingsonderdeel

Omschrijving

Geïnde ontvangsten

Raming

2020

2022

3 1 0

Verkoop van onroerende goederen — Bestemmingsontvangsten

1.550.185

p.m.

3 1 2

Verhuur en onderverhuur van onroerende goederen — Bestemmingsontvangsten

5.265.175

5.703.000

3 2 0 2

Ontvangsten van de levering van goederen, diensten en werkzaamheden voor andere instellingen, agentschappen en organen van de Unie — Bestemmingsontvangsten

12.021.436

1.367.000

3 2 1 0

Terugbetalingen door andere instellingen of organen van vergoedingen voor dienstreizen — Bestemmingsontvangsten

-

p.m.

3 3 0 0

Terugbetaling van ten onrechte betaalde bedragen — Bestemmingsontvangsten

10.137.451

410.000

3 3 1 0

Ontvangsten voor een specifiek doel (inkomsten van stichtingen, subsidies, giften en legaten) — Bestemmingsontvangsten

-

p.m.

3 3 8 0

Overige ontvangsten uit het administratieve beheer — Bestemmingsontvangsten

-

p.m.

6 6 8 0

Overige bijdragen en terugbetalingen — Bestemmingsontvangsten

-

p.m.

 

 TOTAAL

28.974.247

7.480.000

 

 


INFORMATIE OVER DE GOEDKEURING IN DE BEVOEGDE COMMISSIE

Datum goedkeuring

26.4.2021

 

 

 

Uitslag eindstemming

+:

–:

0:

34

4

0

Bij de eindstemming aanwezige leden

Rasmus Andresen, Robert Biedroń, Anna Bonfrisco, Olivier Chastel, Lefteris Christoforou, David Cormand, Paolo De Castro, José Manuel Fernandes, Eider Gardiazabal Rubial, Alexandra Geese, Vlad Gheorghe, Valentino Grant, Elisabetta Gualmini, Valérie Hayer, Eero Heinäluoma, Niclas Herbst, Monika Hohlmeier, Moritz Körner, Joachim Kuhs, Zbigniew Kuźmiuk, Hélène Laporte, Pierre Larrouturou, Janusz Lewandowski, Margarida Marques, Silvia Modig, Siegfried Mureşan, Victor Negrescu, Andrey Novakov, Jan Olbrycht, Dimitrios Papadimoulis, Karlo Ressler, Bogdan Rzońca, Nils Torvalds, Johan Van Overtveldt, Rainer Wieland, Angelika Winzig

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers

Damian Boeselager, Mario Furore

 


 

HOOFDELIJKE EINDSTEMMING IN DE BEVOEGDE COMMISSIE

34

+

ECR

Zbigniew Kuźmiuk, Bogdan Rzońca, Johan Van Overtveldt

NI

Mario Furore

PPE

Lefteris Christoforou, José Manuel Fernandes, Niclas Herbst, Monika Hohlmeier, Janusz Lewandowski, Siegfried Mureşan, Andrey Novakov, Jan Olbrycht, Karlo Ressler, Rainer Wieland, Angelika Winzig

RENEW

Olivier Chastel, Vlad Gheorghe, Valerie Hayer, Moritz Körner, Nils Torvalds

S&D

Robert Biedroń, Paolo De Castro, Eider Gardiazabal Rubial, Elisabetta Gualmini, Eero Heinäluoma, Pierre Larrouturou, Margarida Marques, Victor Negrescu

The Left

Silvia Modig, Dimitrios Papadimoulis

VERTS/ALE

Rasmus Andresen, Damian Boeselager, David Cormand, Alexandra Geese

 

4

-

ID

Anna Bonfrisco, Valentino Grant, Joachim Kuhs, Hélène Laporte

 

0

0

 

 

 

Verklaring van de gebruikte tekens:

+ : voor

- : tegen

0 : onthouding

 

 

 

 

Laatst bijgewerkt op: 28 april 2021
Juridische mededeling - Privacybeleid