Vergroting van de mobiliteit van werknemers door het verbeteren van de verwerving en het behoud van aanvullende pensioenrechten (debat)
Ria Oomen-Ruijten, Rapporteur. - Mag ik u zeggen dat ik trots ben dat wij nu na bijna tien jaar dit onderwerp voorgoed hebben kunnen regelen? Pensioenen zijn van heel groot belang voor de verzilverende en langer levende bevolking in Europa. Als je gestraft wordt voor het werken in een ander land, komt dat het vrij verkeer niet ten goede. Wij zien nu al dat er steeds meer jonge mensen studeren in een land en werken in een ander land. Dit voorstel moet ervoor zorgen dat je geen nadelen hebt maar dat er ook voordelen zijn als je gebruik maakt van het vrije verkeer.
Het voorstel dat er nu ligt over de meeneembaarheid van opgebouwde pensioenrechten bouwt in feite voort op datgene wat wij al hebben in de coördinatieverordening 1408. Eerstepijlerpensioenen worden altijd uitgekeerd voor de jaren van arbeid in een andere lidstaat. Dat was niet helemaal het geval voor een tweedepijlerpensioen, de aanvullende pensioenen die je vaak in het bedrijfsleven opbouwt.
Nu geven wij deze deelnemer aan een pensioenfonds ten eerste de mogelijkheid om vroeger in te treden: al op een leeftijd van 21 jaar kun je als in Luxemburg werkende Duitser beginnen met de opbouw van een pensioen. En ten tweede, als je dan drie jaar bij een werkgever hebt gewerkt, weet je ook zeker dat dit pensioen niet verloren gaat.
Dit voorstel past bij het vrije verkeer. Wij vinden het overigens heel belangrijk dat iemand met een slapend pensioen wordt gelijkgesteld aan iemand die al een pensioen heeft en dus geïndexeerd wordt, omdat slapend pensioen meestal niet voordelig is. Maar deze voorwaarde hoort er dus nu bij.
Wat het punt van de gelijke behandeling betreft heb ik wel een andere opmerking. Mensen die gebruikmaken van het vrije verkeer worden in een aantal lidstaten beter behandeld worden dan een werknemer die binnen een land, bijvoorbeeld Duitsland, van het ene naar het andere bedrijf gaat. Op dat punt moeten ook een aantal lidstaten iets doen.
Wij hebben hier een goed voorstel liggen. Ik dank de collega's die hieraan hebben meegewerkt en dat zijn niet alleen de collega's die het laatste halfjaar hieraan hebben meegewerkt. Ook allen die ons in de twee zittingsperiodes zijn voorgegaan, hebben hun bijdrage geleverd. Het is met de steun van de Europese Commissie en met heel hard onderhandelen van de parlementsdelegatie dan uiteindelijk toch nog gelukt om dit voorstel, dat zo belangrijk is voor het vrije verkeer (dat mensen weten: wat ik ook doe, ik word niet benadeeld) vast te stellen.