Nadia Murad en Lamiya Aji Bashar - 2016, Irak
Op 3 augustus 2014 vermoordde IS op brute wijze alle mannen van het dorp Kocho, de geboorteplaats van Aji Bashar en Murad in Sinjar, Irak. Na de slachting werden vrouwen en kinderen als slaven gevangengenomen: alle jonge vrouwen, onder wie Aji Bashar, Murad en hun zussen, werden meerdere keren doorverkocht en uitgebuit als seksslavinnen. Murad verloor in het bloedbad om Kocho zes van haar broers en haar moeder, die samen met tachtig andere oudere vrouwen werd vermoord omdat zij niet van seksuele waarde werden geacht. Aji Bashar werd samen met haar zes zussen eveneens als seksslavin uitgebuit. Ze werd vijf keer onder de strijders doorverkocht en werd, nadat IS-militanten haar broers en vader hadden vermoord, in Mosul gedwongen om bommen en bomgordels voor zelfmoordaanslagen te maken.
In september 2014 slaagde Murad erin te ontsnappen met hulp van een naburige familie die haar het door IS gecontroleerde gebied uitsmokkelde, zodat zij eerst een vluchtelingenkamp in Noord-Irak en vervolgens Duitsland kon bereiken. Een jaar later, in december 2015, hield Murad een krachtige toespraak over haar ervaringen tijdens de eerste hoorzitting van de VN‑Veiligheidsraad ooit over mensenhandel. In september 2016 werd zij de eerste goodwillambassadeur van het VN-Bureau voor drugs- en misdaadbestrijding (UNODC) voor de waardigheid van overlevenden van mensenhandel. In die hoedanigheid neemt zij deel aan wereldwijde en lokale initiatieven om het bewustzijn rondom de benarde situatie van de talloze slachtoffers van mensenhandel te vergroten. In oktober 2016 kreeg zij door de Raad van Europa de Václav Havel-prijs voor de mensenrechten toegekend. Murad heeft haar memoires gepubliceerd onder de titel The Last Girl: My story of captivity, and my fight against the Islamic State. In 2018 zette zij "Nadia's Initiative" op, een ngo die zich sterk maakt voor middelen en beleidsaanpassingen die noodzakelijk zijn om overlevenden van seksueel geweld te steunen en beschermen en om gemeenschappen in crisissituaties opnieuw op te bouwen, en bracht ze een documentaire uit over haar leven met de titel On her shoulders. In oktober van hetzelfde jaar won ze de Nobelprijs voor de Vrede.
Aji Bashar had al diverse vluchtpogingen ondernomen voor zij er in april 2015 eindelijk in slaagde te ontsnappen met hulp van haar familie, die hiervoor geld aan lokale smokkelaars betaalde. Terwijl zij op weg was naar de Koerdische grens en met IS-militanten op de hielen probeerde het door de Iraakse regering gecontroleerde gebied te bereiken, werden twee van haar kennissen door een landmijn gedood, terwijl zij zelf gewond raakte en bijna blind werd. Gelukkig wist ze te ontkomen en werd ze uiteindelijk voor medische behandeling naar Duitsland overgebracht waar zij werd herenigd met haar overlevende familieleden. Sinds haar herstel zet Aji Bashir zich in om het bewustzijn omtrent de benarde positie van de jezidi-gemeenschap te vergroten en helpt zij vrouwen en kinderen die het slachtoffer zijn geworden van slavernij en wreedheden door IS. Ze is betrokken bij vele activiteiten van het Sacharovprijsnetwerk, onder meer als spreker voor het Sacharovbeurzenprogramma voor mensenrechtenverdedigers. In 2018 is zij begonnen aan een nieuw boek over haar leven.